Verdiepend artikel

De koop van een woning na 2003: op weg naar versterking van de positie van de verkoper

N.C. van Oostrom-Streep

Post thumbnail In deze bijdrage gaat Nora van Oostrom-Streep in op de geschiedenis en achtergrond van de Wet koop onroerende zaken, op de bij de Wet ingevoerde maatregelen en op de ontwikkelingen sinds 2003. Met name gaat zij in op een arrest van de Hoge Raad van 9 december 2011 waarin de Wet een bredere reikwijdte krijgt dan deze tot dan toe had. Tot slot concludeert zij dat het arrest een stap in de goede richting is, maar dat de reikwijdte nog wel wat breder mag.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2012
AA20120824

De kroonbenoeming voorbij!

J.I.H. Janssen

De relletjes rond de benoeming van een nieuwe burgemeester in Wijchen, Schagen en Maastricht suggererendat de nieuwe benoemingsprocedure voor burgemeesters met een openbare aanbeveling die uitgaatvan de gemeenteraad op gespannen voet staat met de formele kroonbenoeming. Wat doet de regeringals op de dag van de raadsverkiezingen in maart 2002 een kandidaat met een ‘vlekje’ of van een‘verkeerde’ politieke partij het burgemeestersreferendum in Vlaardingen wint en vervolgens unaniem doorde raad wordt aanbevolen voor benoeming? Wat als de Utrechtse bevolking zich in zo’n referendum massaalvoor een vermaarde DJ van een lokale partij zou uitspreken? De vraag is in hoeverre de nieuwe procedureverenigbaar is met de grondwettelijk vastgelegde formele kroonbenoeming.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2002
AA20020078

De lange weg naar de Omgevingswet

G.A. van der Veen

Post thumbnail Op 1 januari 2024 treedt de Omgevingswet in werking. Samen met vier algemene maatregelen van bestuur vervangt die 26 wetten en vele amvb’s op het terrein van de ruimtelijke ordening en het milieu. Dat is niet zonder slag of stoot gegaan. Na de achtergronden en doelstellingen van de wet, de totstandkomingsgeschiedenis en de inhoud van de Omgevingswet komen in dit artikel mogelijke pijnpunten en kritiek op de wet of onderdelen daarvan aan de orde.

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2023
AA20230649

De last van het compromis

C. Smit

Post thumbnail Het is tegenwoordig moeilijk voorstelbaar hoe ons parlementair stelsel zou kunnen functioneren zonder regeerakkoorden. Tegelijkertijd kunnen politieke partijen aan de totstandkoming van een akkoord in de weg staan als zij onder druk van hun achterban geen compromissen willen sluiten. In deze bijdrage wordt onderzocht hoe het staatsrecht en in het bijzonder het lastverbod compromisvorming faciliteert.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2020
AA20200243

De ledigheid van de publieke taak

J.A.F. Peters

Post thumbnail

In het bestuursrecht wordt vaak gesproken over de publieke taak. Vraag is echter welke betekenis en werking van dit begrip uitgaan in het licht van de duiding en de normering van bestuursrechtelijk relevant handelen.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2017
AA20170104

De lijfsdwang heeft een januskop

P.H.J. Körver

Gijzeling is een ultimum remedium dat men tegenkomt in het civiele recht. In de praktijk vertoont het dwangmiddel echter vaak ook veel trekken van de strafrechtelijke lijfsdwang. Dient dit ingrijpende dwangmiddel onverkort gehandhaafd te worden in het Nederlandse recht?

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2007
AA20070663

De lokpuber verstopt zich in het materiële recht

Over het aanpassen van de zedendelicten door Computercriminaliteit III en hoe dit meer is dan het lijkt

K.K. Lindenberg

Post thumbnail

De lokpuber is een opsporingsambtenaar die zich op het internet voordoet als jeugdige en zodoende in staat is groomers op heterdaad te betrappen. Lokpuberzaken zijn tot nu toe evenwel gedoemd te mislukken, omdat grooming volgens het huidige materiële strafrecht alleen kan worden gepleegd jegens een echt kind. Het wetsvoorstel Computercriminaliteit III beoogt hierin verandering te brengen, maar de wijze waarop dat gebeurt brengt materieelrechtelijke gevolgen mee die meer omvatten dan de enkele huisvesting van de lokpuber. Dit artikel bespreekt de aard en mogelijke impact van die gevolgen.

Verdieping | Verdiepend artikel
december 2016
AA20160942

De moed tot onpartijdigheid

J.E. Soeharno

Post thumbnail In Nederland woedt discussie over de vraag in hoeverre rechters morele moed moeten tonen. De rechterscode is daarover duidelijk: ja, en zo nodig mogen zij daartoe zelfs de grenzen van het recht overschrijden. Maar past rechters wel morele moed in een moreel pluriforme samenleving? Dit artikel bepleit terughoudendheid met betrekking tot het tonen van morele moed door rechters en zet in op een andere moed: de moed tot onpartijdigheid.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2020
AA20200942

De mythe van de trias

H. Gommer

De leer van de trias politica wordt eerstejaars studenten met de paplepel ingegoten. De daaraan gekoppelde machtenscheiding is een van de voornaamste obstakels voor externe controle van de rechter. In dit artikel wordt gesteld dat de leer van de machtenscheiding geen adequate beschrijving van de werkelijkheid geeft en daarom nauwelijks als argument kan worden gebruikt. Het gaat in de rechtsstaat veel meer om machtsevenwicht. De auteur introduceert een alternatief, waarbij niet langer de trias van staatsmachten, maar de burger centraal staat: de machtencirkel.

Verdieping | Verdiepend artikel
januari 2007
AA20070021

De noodzakelijke verwevenheid van recht en ethiek

R.G.M.E. Foqué

In dit eerste artikel bij de Rode draad 'Recht & Ethiek' wordt ingegaan op de verbondenheid tussen recht en ethiek. In de bijdrage worden verschillende filosofische visies omtrent dit onderwerp behandeld.

Overig | Rode draad | Recht en ethiek | Verdieping | Verdiepend artikel
januari 1998
AA19980006

De ondertoezichtstelling herzien – snellere bemoeienis met meer rechtswaarborgen

M.R. Bruning

Post thumbnail De overheid bemoeit zich met gezinnen als er zorgen bestaan over de ontwikkeling van een minderjarige en vrijwillige hulp geen optie (meer) is. In deze bijdrage wordt, aan de hand van de voorstellen met betrekking tot de ondertoezichtstelling in het wetsvoorstel herziening kinderbeschermingsmaatregelen – momenteel aanhangig in de Eerste Kamer – geschetst dat snel(ler) ingrijpen in gezinnen om kinderen te beschermen in het huidige klimaat belangrijker is geworden in verhouding tot het recht op een ongestoord gezinsleven. Daarbij worden verschillende voorstellen tot wijziging van de huidige regeling van ondertoezichtstelling kritisch besproken.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2011
AA20110779

De ontneming van wederrechtelijk voordeel in verhouding tot het EVRM

C. Philips

Is de Nederlandse regelgeving ter zake van de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel (art.36e Sr)strijdig met de onschuldpresumptie van artikel 6 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM),wanneer niet buiten redelijke twijfel kan worden vastgesteld dat de betrokkene het strafbaar feit ter zake waarvan de vordering is ingesteld heeft gepleegd,en evenmin kan worden vastgesteld dat hij vermogensbestanddelen bezit waarvan hij de herkomst niet kan verklaren? Op 1 maart 2007 deed het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM)een opmerkelijke uitspraak in de zaak Geerings versus Nederland, waarin geconcludeerd werd dat de in die zaak op artikel 36e lid 2 Sr gebaseerde ontnemingsmaatregel onverenigbaar is met artikel 6 lid 2 EVRM. Vegl: EHRM 1 maart 2007, LJN: BA1112

Verdieping | Verdiepend artikel
juli 2007
AA20070583