Resultaat 301–312 van de 408 resultaten wordt getoond
L. Stevens
Hoge Raad 4 april 2017, nr. 15/03882, ECLI:NL:HR:2017:584; Hoge Raad 4 april 2017, nr. 15/05365, ECLI:NL:HR:2017:588; Hoge Raad 4 april 2017, nr. 15/01973, ECLI:NL:HR:2017:592
Annotaties en wetgeving | Annotatieseptember 2017AA20170730
M.F.H. Hirsch Ballin
De bestrijding van terrorisme heeft in het laatste decennium van de vorige eeuw het strafrechtelijk opsporingsonderzoek veranderd. Het proefschrift van Marianne Hirsch Ballin brengt in beeld hoe Nederlandse en Amerikaanse antiterrorismemaatregelen zich verhouden tot de fundamentele rechten en beginselen die in het strafrechtelijk onderzoek en het strafproces dienen te worden gewaarborgd. In dit artikel licht zij toe welke onderzoeksbevoegdheden ter voorkoming van terroristische misdrijven aan de Amerikaanse autoriteiten ter beschikking staan. Vervolgens geeft zij aan hoe de Verenigde Staten zowel in positieve als negatieve zin als voorbeeld kunnen dienen voor reflectie op ons eigen systeem van opsporing van terroristische misdrijven.
Literatuur | Proefschriftbijdragemaart 2013AA20130247
L.A.G.M. van der Geld
Wat hebben erfrecht en strafrecht met elkaar te maken? Nogal veel! De bloedige hand erft niet: je erft niet van degene die je zelf om het leven hebt gebracht. En wat te denken van het erven van een ‘criminele’ nalatenschap? Met spraakmakende zaken zoals die van Yvon K. is het ‘strafrechtelijke erfrecht’ weer volop in de belangstelling. Yvon K., verdacht van het om het leven brengen van haar partner, overleed een paar dagen vóór de uitspraak in haar strafzaak. Vererft nu de erfenis van de om het leven gebrachte partner naar haar kinderen?
Rode draad | Snijvlakken & Kruisbestuivingendecember 2023AA20230986
K.K. Lindenberg
Het voorontwerp Wet seksuele misdrijven beoogt de huidige zedendelicten fundamenteel te herzien. In deze bijdrage wordt ingegaan op het nieuwe misdrijf ‘seksuele interactie tegen de wil’ in relatie tot de misdrijven ‘aanranding’ en ‘verkrachting’. Het voorontwerp roept hierover de nodige vragen op die van belang zijn voor de acceptatie, werkbaarheid en houdbaarheid van de nieuwe wet.
Opinie | Opiniërend artikelnovember 2020AA20201014
B. van der Vorm
De sluitingsbevoegdheid van de burgemeester die is neergelegd in artikel 13b Opiumwet is bij uitstek een voorbeeld van een bepaling die zich bevindt op het snijvlak van het bestuursrecht en het strafrecht. In deze bijdrage wordt artikel 13b Opiumwet besproken in het perspectief van de burgemeester als misdaadbestrijder. Vanuit het gegeven dat artikel 13b Opiumwet als (extra) doel de drugsbestrijding heeft gekregen, wordt betoogd dat een burgemeester die deze bepaling toepast onder omstandigheden zeker als een misdaadbestrijder kan worden aangemerkt.
Rode draad | Snijvlakken & Kruisbestuivingenfebruari 2023AA20230140
M.J. Borgers, E.M. van Poecke
De illegale hennepteelt in Nederland en de internationale handel in hennep vormen belangrijke aandachtspunten van het huidige kabinet. In het kader van het intensiveren en optimaliseren van de bestrijding van illegale hennepteelt heeft het kabinet dan ook een pakket aan maatregelen aangekondigd. In dit artikel wordt ingegaan op het voorgestelde artikel 11a Opiumwet. Daarbij staat de vraag centraal wat de betekenis en de toegevoegde waarde is van de voorgenomen invoering van het nieuwe artikel 11a Opiumwet. Of iets anders gezegd: biedt dit wetsvoorstel een oplossing voor het door het kabinet geschetste probleem?
Verdieping | Verdiepend artikelmaart 2012AA20120171
J.M. ten Voorde
Hoge Raad 3 juli 2018, nr. 16/03539, ECLI:NL:HR:2018:1008, NJ 2018/436, m.nt. N. Rozemond
Annotaties en wetgeving | Annotatiefebruari 2019AA20190135
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 2017AA20170528
D.R. Doorenbos
Volgens de Hoge Raad moet ook in het economisch strafrecht de leer van het kleurloos opzet gelden. Dat uitgangspunt wordt in deze opinie ter discussie gesteld. Wie zich niet bewust is van het bestaan van een voorschrift, kan dat voorschrift niet opzettelijk overtreden. Hij begaat geen misdrijf, maar een overtreding. De aanvaarding van boos opzet past in het systeem van de Wet op de economische delicten.
Opinie | Opiniërend artikelmaart 2021AA20210253
J.A.W. Lensing
Binnen de Nederlandse strafrechtspraak zijn voor de rechterlijke straftoemeting zogenaamde oriëntatiepunten geformuleerd, vaak aangeduid als ‘LOVS-oriëntatiepunten’. De auteur bespreekt onder meer de volgende vragen. Wat zijn oriëntatiepunten? Wat is hun status? Hoe komen ze tot stand? Hoe moeten ze worden gebruikt? Wat is de verhouding tot de rechterlijke straftoemetingsvrijheid?
Verdieping | Verdiepend artikeljuni 2021AA20210541
J.E. Jansen
Oscar Pistorius schoot in 2013 zijn geliefde dood, naar eigen zeggen omdat hij haar aanzag voor een dief. Deze maand staat hij daarvoor terecht, mogelijk met de hoop dat de Romeinsrechtelijke wortels van het Zuid-Afrikaanse recht hem uitkomst zullen bieden. Dat deze hoop waarschijnlijk ijdel is legt Jelle Jansen uit in deze column.
Opinie | Columnmaart 2014AA20140189
M. Lochs
Bij de bestrijding van de georganiseerde, ondermijnende criminaliteit worden middelen ingezet die potentieel problematisch zijn uit oogpunt van betrouwbaarheid en integriteit van de opsporing. In dit artikel passeren enkele de revue en wordt betoogd dat transparantie en toetsbaarheid bij de inzet van dergelijke methoden van het grootste belang is. Recente ontwikkelingen geven aanleiding om de wettelijke regelingen op dit punt te verbeteren.
Opinie | Opiniërend artikelmei 2021AA20210465