Staatsrecht / constitutioneel recht

Resultaat 373–384 van de 407 resultaten wordt getoond

Tussen Montesquieu en Judge Dredd

G. Boogaard, J. Uzman

Post thumbnail

Denken over rechterlijke rechtsvorming gaat in beelden. Iedereen kent Montesquieus ‘bouche de la loi’ en de liefhebbers kennen Judge Dredd’s ‘I am the law’. Het eerste beeld klopt niet, zeggen de civilisten: de rechter doet ook aan rechtsvorming. En het tweede beeld moeten we niet willen, benadrukken de staatsrechtgeleerden: de rechtsstaat verbiedt het. Maar wat is rechtsvorming eigenlijk? Mag de Hoge Raad recht vormen? En waar liggen dan de grenzen?

Rode draad | Rechtsvorming door de Hoge Raad
januari 2015
AA20150061

Twee petten of wederzijdse bevruchting?

Raad van State als adviseur en rechter

B.H. van den Braak

Post thumbnail In 1976 kreeg de Raad van State, naast zijn adviserende taak, ook een rechtsprekende taak. De mogelijke dubbelfunctie van staatsraden daarbij leidde tot (inter)nationale kritiek, met name van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Die kritiek werd enerzijds gepareerd door herziening van de wetgeving en anderzijds door een striktere personele scheiding. Onmogelijk is de dubbelfunctie echter niet. Een poging om dat te veranderen, strandde in 2016.

Blauwe pagina's | Recht en politiek
december 2020
AA20201102

Tweede Kamercommissies: je gaat het pas zien als je het doorhebt!

M.M. Julicher

Post thumbnail Als we denken aan Nederlandse politiek, denken we aan beelden uit de Tweede Kamer. Het échte politieke werk vindt echter plaats in Tweede Kamer-commissies. Manon Julicher legt in deze amuse uit wat daar gebeurt.

Opinie | Amuse
februari 2024
AA20240086

Tweede Kamerlid: bezint eer gij begint

P.H.M. Broere, F.Q. van de Pol

In 2016 brachten twee Kamerleden roering vanwege een vroegtijdig vertrek uit de Tweede Kamer. Beiden vertrokken voor een ‘carrièreswitch’, en riepen hiermee een stroom aan kritiek over zich af. Terecht. Kamerleden worden voor vier jaren gekozen en genieten gedurende die termijn het vertrouwen van de kiezer. Laat toekomstige Kamerleden dus bij zichzelf te rade gaan: kan ik mij (weer) voor vier jaren committeren?

Opinie | Redactioneel
december 2016
AA20160907

Uitgesproken vertrouwen

F. Kartner, J. Streefkerk

Vertrouwen wordt in de Nederlandse politiek niet onder woorden gebracht, wantrouwen des te vaker. Tijd voor een positieve vertrouwenregel?

Opinie | Redactioneel
oktober 2013
AA20130721

Urgenda en de rol van de rechter

Over de ondraaglijke leegheid van de trias politica

G. Boogaard

Post thumbnail

In het Urgenda-vonnis motiveert de rechtbank haar uitspraak met het argument dat zij zich beperkt heeft tot haar eigen domein: de rechtstoepassing. Maar mag een rechter alles bevelen, als de inhoud maar klopt? Of moeten er vanuit de Trias Politica ook grenzen worden ontwikkeld voor een rechter die gelijk heeft?

Opinie | Tweeluik
januari 2016
AA20160026

Urgenda: tijd voor een constitutioneel hof?

G. Boogaard

Post thumbnail De opwinding over het Urgenda-arrest is vooral van staatsrechtrechtelijke aard. In het civiele recht lijkt eerder sprake van een zekere onverstoorbaarheid. Rechterlijke onverstoorbaarheid is op zich goed voor de trias politica, maar bij te veel civiele onverstoorbaarheid in grote constitutionele kwesties, wordt het misschien toch tijd voor een constitutioneel hof.

Blauwe pagina's | Recht en politiek
oktober 2020
AA20200862

Van ‘waar bemoeit die rechter zich mee?’ tot ‘res loquitur ipsa’. De Urgenda-zaak bij de Hoge Raad

K.J. de Graaf, A.T. Marseille

Hoge Raad 20 december 2019, nr. 19/00135, ECLI:NL:HR:2019:2006, NJ 2020/41, m.nt. J. Spier, AB 2020/24, m.nt. Ch.W. Backes & G.A. van der Veen, JB 2020/37, m.nt. D.G.J. Sanderink, M en R 2020/8, m.nt. T.J. Thurlings-Rassa (Urgenda) Als er in de afgelopen jaren één (Nederlands) geschil zou moeten worden aangewezen waarover de rechter uitspraak deed en waarover veel juristen in de wereld verbaasd waren, vanwege de mate waarin de rechterlijke macht meende te kunnen interveniëren in het politieke domein, dan betreft dat het geschil tussen de Nederlandse Staat en de stichting Urgenda. Kars de Graaf & Bert Marseille annoteren de uitspraak in het kader van het themanummer over de rechter in de trias politica.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 2020
AA20200955

Van het openbaar lichaam Sint Eustatius naar een onafhankelijk Statia?

P. van den Berg

Post thumbnail

Begin februari van dit jaar kwam Sint Eustatius in het nieuws omdat het onder curatele werd geplaatst. Naar aanleiding daarvan werd in de media de vraag gesteld of dit bovenwindse eiland niet beter onafhankelijk kon worden. Betoogd wordt hier dat het verlenen van onafhankelijkheid aan Caribische delen van het Koninkrijk volkenrechtelijk geen eenvoudige opgave is. Er wordt daarom voor gepleit om de idee van opsplitsing van het Koninkrijk te laten varen. De aandacht kan beter gericht worden op het verbeteren van de verhoudingen tussen de verschillende delen van het Koninkrijk.
 

Opinie | Amuse
juni 2018
AA20180446

Van Monisme naar Dualisme; 18 jaar later

R. van Boxtel

In de rubriek `recht in zicht´ wordt door een oud-redacteur teruggekeken op zijn of haar artikel dat deze redacteur destijds schreef en wat de uitwerkingen van het artikel waren.Van Boxtel bespreekt zijn artikel in Ars Aequi over een dualistisch bestuursmodel op gemeentelijk niveau.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2001
AA20010739

Vechten tegen windmolens. Het representativiteitsvereiste bij ideële vorderingen als idee-fixe

E. Bauw

Post thumbnail Een motie van de Tweede Kamer over het representativiteitsvereiste bij ideële vorderingen bij collectieve acties heeft voor veel ophef gezorgd. In deze bijdrage staat de vraag centraal of de in de motie gevraagde strengere toetsing aan het vereiste de juiste remedie is voor de zorgen van Kamerleden over het gebruik van collectieve acties door belangenorganisatie en of daarvoor alternatieven bestaan.

Opinie | Opiniërend artikel
juni 2023
AA20230434

Ver van het bed of dicht bij huis

Wetgevingsbevelen in het civiele en bestuursprocesrecht

G. Boogaard

Post thumbnail

Op 15 mei 2013 promoveerde Geerten Boogaard aan de UvA op zijn proefschrift Het Wetgevingsbevel. Over constitutionele verhoudingen en manieren om een wetgever tot regelgeving aan te zetten.

De Hoge Raad doet erg moeilijk over bevelen aan een regelgever. De Afdeling bestuursrechtspraak geeft dergelijke wetgevingsbevelen echter wel. Moet de Afdeling zich iets gelegen laten liggen aan de bezwaren van de Hoge Raad of is er een goede rechtvaardiging voor een verschil tussen de civiele rechter en de bestuursrechter op dit punt?

Literatuur | Proefschriftbijdrage
november 2013
AA20130885

Resultaat 373–384 van de 407 resultaten wordt getoond