Sociaal-economisch recht

De totstandkoming en uitleg van besluiten. Een vloeiende lijn tussen Boek 2, Haviltex en cao?

K.A.M. van Vught

Post thumbnail

Organen van rechtspersonen nemen besluiten. Welke vereisten gelden voor de totstandkoming daarvan? En hoe moeten besluiten – eenmaal tot stand gekomen – worden uitgelegd? Deze bijdrage bespreekt beide vragen naar geldend en wenselijk recht, mede aan de hand van rechtsvergelijking.

Verdieping | Verdiepend artikel
juni 2018
AA20180449

De veilige stad als collectief doel (Digitaal boek)

E.W. Kolthoff, J.W. Sap

Post thumbnail Wat moeten we verstaan onder de veilige stad? Vanuit juridische, criminologische, historische en culturele visies, geven de auteurs antwoorden op brandende vragen van vandaag.

9789492766687 - 08-05-2019

De vele wegen naar een Europees sociaal recht

G.J.J. Heerma van Voss

Het Europees sociaal recht is moeizaam van de grond gekomen. Was het sociaal beleid in Europa aanvankelijk nauwelijks herkenbaar, sinds de jaren negentig is het een serieus onderdeel geworden van de Europese integratie. De moeizame totstandkoming van besluiten op dit gebied heeft geleid tot een grote creativiteit in het ontwikkelen van nieuwe instrumenten. Grote delen van het sociaal recht in Europa zijn nog steeds nationaal geregeld. Is het gewenst om te komen tot een meer geharmoniseerd Europees sociaal recht en voor zover het antwoord ja luidt, hoe zou dit kunnen worden gerealiseerd? In dit artikel zal om deze vraag te beantwoorden eerst de historische ontwikkeling van het Europees sociaal recht worden geschetst, om vervolgens de verschillende gehanteerde instrumenten te analyseren.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010377

De vlucht naar voren in de Digital Services Act

P.T.J. Wolters

Post thumbnail De voorgestelde Digital Services Act herziet het juridische kader voor de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheden van onlineplatforms. Het voorstel neemt de vlucht naar voren met gedetailleerde regels en nieuwe verplichtingen. De uitgangspunten van het bestaande recht blijven echter onveranderd gelden. De Digital Services Act leidt hierdoor niet tot een fundamentele herziening van het juridische kader.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2022
AA20220191

De werkloze uitzendkracht

G.J.J. Heerma van Voss

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 2 februari 2005, ECLI:NL:CRVB:2005:AT0706, USZ 2005/147, nr. 03/859 WW, m.nt. G.C. Boot Wanneer een CAO niet rechtstreeks geldt, maar via de arbeidsovereenkomst wel van toepassing is verklaard, geldt dan ook de driekwart dwingend recht regeling.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2005
AA20051047

De Wet auteurscontractenrecht

A.G.I. Terhorst

Op 1 juli 2015 trad de Wet auteurscontractenrecht in werking. De wet beoogt de contractuele positie van de maker ten opzichte van de exploitant van zijn werken te verbeteren. Dit krijgt vorm door een nieuw hoofdstuk in de Auteurswet over exploitatieovereenkomsten en door de herziening van de twee voor het auteurscontractenrecht relevante bepalingen van de Auteurswet (art. 2 Aw en art. 45d Aw). De maker heeft nu expliciet recht op een billijke vergoeding voor het verlenen van exploitatiebevoegdheden, kan beroep doen op een bestsellerbepaling en kan het auteursrecht herkrijgen als de exploitant nalaat te exploiteren (de non-ususbepaling). Dit artikel gaat in op de wijzigingen van de Auteurswet en de Wet op de naburige rechten.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
april 2016
AA20160293

De Wet computercriminaliteit III

M.B. Langius, L.P. Mol Lous

De Wet computercriminaliteit III beoogt de bestrijding van computercriminaliteit te verbeteren, en bevat daartoe wijzigingen van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering. In dit artikel wordt een korte schets gegeven van de belangrijkste onderdelen van deze wet, te weten de bevoegdheid tot het binnendringen in een geautomatiseerd werk, de bevoegdheid tot het ontoegankelijk maken van gegevens, de strafbaarstelling van het overnemen en helen van gegevens, een aanvullende strafbaarstelling van bepaalde vormen van ‘grooming’ en de strafbaarstelling van online handelsfraude.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
oktober 2018
AA20180830

De Wet evenwichtiger man-vrouw­verhouding in de top van het bedrijfsleven

N. ten Kate

Op 1 januari 2022 is de Wet evenwichtiger man-vrouwverhouding in de top van het bedrijfsleven in werking getreden. De wet voert een ingroeiquotum in voor raden van commissarissen van beursvennootschappen. Daarnaast voorziet de wet in een verplichting voor grote naamloze en besloten vennootschappen om streefcijfers op te stellen voor het bestuur, de RvC en de subtop en daarover jaarlijks te rapporteren aan de Sociaal-Economische Raad. In dit artikel wordt ingegaan op de voorgeschiedenis en de aanleiding van de wet, het ingroeiquotum, de streefcijfers en de horizonbepaling.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
februari 2022
AA20220149

De Wet financiële betrekkingen met het buitenland

L.A. Geelhoed

Om het hoofd te kunnen bieden aan de moeilijke economische toestand waarin ons land zich onmiddellijk na de bevrijding bevond, heeft de toenmalige regering een aantal als tijdelijk bedoelde wetsbesluiten uitgevaardigd,  die haar, soms vergaande, bevoegdheden ten aanzien van het economisch verkeer verschaften. Bekend is vooral geworden het nog gedeeltelijk van kracht zijnde Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, dat tot diep in de jaren zestig de wettelijke grondslag voor de zgn. geleide loonpolitiek heeft gevoerd. Veel minder bekend, en ook minder omstreden, is het Deviezenbesluit 1945 (Stb. F222) geworden. Aan de omvang van de  competenties die dat Besluit de overheid - i.c. de Minister van Financiën en de Nederlandsche Bank NV - toekende heeft het zeker niet gelegen. Het behelsde een letterlijk alles

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
april 1981
AA19810179

De Wet giraal effectenverkeer: ‘if it ain’t broke, why fix it?’

V.P.G. de Serière

Post thumbnail

In deze bijdrage wordt besproken in hoeverre de Wet giraal effectenverkeer (Wge), in 1977 ingevoerd en nadien enkele malen gewijzigd, nog voldoet aan de daaraan te stellen eisen. De volgende aspecten worden kritisch tegen het licht gehouden: de beheerregeling van de Wge, de regeling inzake opname van effecten in het girale systeem, de reikwijdte van de bescherming tegen het insolventierisico van intermediairs, en tenslotte de vraag of een structurele wijziging van de Wge, waarbij een meer rechtstreekse juridische band tussen beleggers en uitgevende instellingen in het leven wordt geroepen, nadere overweging verdient.

Bijzonder nummer | De eigendom voorbij
juli 2018
AA20180620

De wet op de naburige rechten

J.M.H.D. Meijer-van der Aa

In dit artikel wordt de Wet op de naburige rechten besproken. Deze wet regelt een aantal rechten die samenhangen met het auteursrecht, zoals rechten van omroeporganisaties en uitvoerende kunstenaars. Moderne media zoals televisie en fonogrammen hebben deze bescherming nodig gemaakt.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
december 1993
AA19930865

De Wet persoonsregistraties

P.J. Hustinx

Op 1 juli 1989 treedt in werking de Wet van 28 december 1988, Stb. 665, houdende regels ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer in verband met persoonsregistraties, beter bekend als de Wet persoonsregistraties (WPR). In deze wet wordt de aanleg en het gebruik van bestanden met persoonsgegevens voor het eerst aan algemene regels gebonden. Met deze regeling heeft de wetgever een nieuw terrein betreden, waarop zich de komende jaren nog wel meer interessante ontwikkelingen zullen voordoen. Voor een goed begrip van de wet is enig inzicht in haar voorgeschiedenis en verdere achtergronden onontbeerlijk. Na een uiteenzetting daarvan zullen in dit artikel de hoofdlijnen van de wet de revue laten passeren.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
juli 1989
AA19890669