Resultaat 97–108 van de 112 resultaten wordt getoond

Markt, concurrentie en mededingingsbeleid: een economisch perspectief

E.E.C. van Damme

Post thumbnail Economisch bezien zijn markten mechanismen voor wereldwijde samenwerking en bepaalt concurrentie hoe de daaruit resulterende winst verdeeld wordt. Goede marktwerking vereist een juridisch fundament en adequate marktordening. Het mededingingsrecht dient om concurrentie levend te houden. De overheid moet bijsturen, maar hoe meer zij doet, hoe groter de kans op overheidsfalen.

Bijzonder nummer | Concurrentie
juli 2020
AA20200663

Marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit

D.P. van den Bosch

Op 20 augustus 1997 zonden minister Wijers en minister Sorgdrager voor de derde maal een voortgangsnotitie aan de Tweede Kamer over de operatie Marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit (MDW). Daarin wordt verslag gedaan van de projecten die in de derde tranche, in het vergaderjaar 1996-1997, zijn uitgevoerd, van de nieuwe projecten die voor het laatste kabinetsjaar zijn gekozen en van de voortgang van de implementatie van de besluiten die over eerdere projecten zijn genomen. Het kabinet spreekt daarbij tevredenheid uit over de bereikte resultaten.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
november 1997
AA19970802

Meer ‘comfort’ gewenst van wetgever en NMa

D.J.M. de Grave

Sinds 1 januari kent Nederland een eigen volwaardig nationaal mededingingsregime in de vorm van de Mededingingswet. Auteur heeft deze wetgeving ingekleed door het te vergelijken met het Europese mededingingsrecht.

Opinie | Opiniërend artikel
september 1999
AA19990039

Naar een vernieuwd mededingingsrecht in Europa

K.J.M. Mortelmans

Deze bijdrage geeft een schets van het huidige Europese mededingingsbeleid en wijst op enkele toekomstige ontwikkelingen. Zij heeft de volgende opzet. Na een korte inleiding wordt, met enkele spraakmakende zaken als aanknopingspunt, aangegeven hoe in de loop der jaren de mededingingsautoriteiten op de Europese markt zijn opgetreden tegen ondernemingen (paragraaf 2). Aan de hand van deze praktijkvoorbeelden wordt vervolgens ingegaan op de trends die uit het huidige beleid zijn af te leiden (pa- ragraaf 3). Ten slotte worden de hoofdlijnen van een zich vernieuwend mededingingsrecht in Europa geschetst (paragraaf 4).

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010339

New Models of ‘Intelligent Investing’ for the Post-Crisis Economy

M. Fenwick, E. Vermeulen

Post thumbnail Is the coronavirus accelerating the future? Will the crisis provide a ‘tipping point’ that encourages corporations to promote socially desirable values? Or, will we simply return to business-as-usual once the memory of the crisis fades? When thinking about re-building the economy post-crisis, this article argues that investors need to be encouraged to take ‘intelligent risks’ that focus on stakeholder-oriented listed and non-listed companies. The article considers how changes in accredited investor rules could provide one mechanism for achieving this goal and describes how distributed ledger technology – blockchain and smart contracts – can add a new layer of investor protection if such rules are relaxed.

Bijzonder nummer | Concurrentie
juli 2020
AA20200706

Ondernemingen na 1992; tussen concurreren en fuseren

V.P.C.M. Maas, B.L.P. van Reeken

De Europese Gemeenschap zorgt de laatste maanden voor veel nieuws. Er worden talloze studies verricht naar de effecten van de realisatie van de interne markt en er wordt veel geschreven over het Europees mededingingsrecht met betrekking tot overnames, fusies en joint-ventures. Dit artikel probeert aan te geven hoe deze gebieden met elkaar samenhangen; hoe het Europees mededingingsrecht de realisatie van de interne markt beïnvloedt. Het zal geen uitputtende behandeling geven van deze materie, het beoogt niet meer dan een introductie te zijn.

Verdieping | Studentartikel
september 1988
AA19880517

Platformarbeid: bezorger van hoofdbrekens

J. Kloostra

Post thumbnail De manier waarop wordt gewerkt, verandert als gevolg van technologische ontwikkelingen. Met behulp van de techniek trachten platformen als Uber en Deliveroo de arbeidsrelatie zodanig in te richten dat platformwerkers zelfstandigen zijn. Platformarbeid roept kwalificatievragen op. Dit artikel signaleert twee knelpunten die zien op de juridische duiding van die arbeidsrelatie en de consequenties daarvan.

Opinie | Opiniërend artikel
april 2019
AA20190289

Prestatieontlening III – Staat-Den Ouden

H. Cohen Jehoram

Hoge Raad 20 november 1987, nr. 13023, ECLI:NL:HR:1987:AD0056, RvdW1987, 219, Informatierecht AMI1988/2, 36 (Staat/Den Ouden). Ook bekend als Prestatieontlening III. Derde publicatie in een reeks annotaties waarin de prestatieontlening aan de orde komt. Wederom wordt geoordeeld dat de prestatieontlening geen onrechtmatige daad is in mededingingsrechtelijke zin. In de noot wordt hier wederom op in gegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 1988
AA19880869

Privaatrechtelijke handhaving van mededingingsrecht

E.J. Zippro

Ondernemers en consumenten die het slachtoffer zijn van een inbreuk op de mededingingsregels lijden vaak schade. De eventuele boetes of dwangsommen die de Europese Commissie en de Nederlandse Mededingingsautoriteit (verder: NMa) kunnen opleggen aan overtreders verdwijnen direct naar ‘Brussel’ of de Staat en komen niet terecht in de portemonnee van de gedupeerde ondernemers en consumenten. Naast de publiekrechtelijke handhaving door de Commissie en de NMa bestaat ook de privaatrechtelijke handhaving van het mededingingsrecht. Ondernemers en consumenten die het slachtoffer zijn van een mededingingsinbreuk kunnen bij de civiele rechter proberen hun schade vergoed te krijgen. In deze bijdrage worden de recente ontwikkelingen besproken met betrekking tot de privaatrechtelijke handhaving van het mededingingsrecht. Deze recente ontwikkelingen worden besproken aan de hand van de volgende vragen. Hebben ondernemingen en consumenten die het slachtoffer zijn van een inbreuk op de mededingingsregels een recht op schadevergoeding? Zo ja, welke obstakels vinden ondernemingen en consumenten op hun weg bij het instellen van een actie tot verkrijging van schadevergoeding op grond van schending van het mededingingsrecht? Wat zijn mogelijke oplossingen om deze obstakels te verkleinen en een doeltreffender systeem van privaatrechtelijke handhaving van mededingingsrecht te creëren?

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2006
AA20060598

Publieke handhaving en technologiereuzen: de noodzaak voor transdisciplinaire samenwerking tussen autoriteiten

B. Beems

Post thumbnail Het recht kent verschillende instrumenten om de sterke economische machtspositie van grote platformen te beteugelen. Traditioneel kunnen er verschillende rechtsgebieden worden toegepast, zoals het mededingings- en het datarecht. Door de verdienmodellen op datamarkten en recente regelgevende ontwikkelingen lijken de grenzen tussen genoemde rechtsgebieden in toenemende mate te vervagen. Dit kan leiden tot overlappende bevoegdheden van verschillende autoriteiten in de handhaving van Big Tech. Deze bijdrage gaat in op deze overlappende bevoegdheden en mechanismen om deze overlap te stroomlijnen.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2023
AA20230169

Technologie-ondernemingen in het mededingingsrecht

Ingrijpen of niet ingrijpen door een toezichthouder, is dat de vraag?

R.M. Elemans, A. Gerbrandy

Post thumbnail

Kenmerk van technologiemarkten is de aanwezigheid van dominante ondernemingen, zoals Google en Facebook. Het mededingingsrecht stelt toezichthouders voor de lastige vraag of zij wel of niet moeten ingrijpen. De dominante onderneming kan de concurrentie immers beperken, maar tegelijkertijd kan door snelle ontwikkelingen de dominante positie morgen zijn ingehaald door een innovatievere concurrent.

Verdieping | Verdiepend artikel
januari 2016
AA20160009

Valt een internationale organisatie onder het EG-mededingingsrecht?

K.J.M. Mortelmans

Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 19 januari 1994, ECLI:EU:C:1994:7, zaak C-364/92 (SAT Fluggesellschaft en Eurocontrol) In deze uitspraak van HvJ EG wordt ingegaan op ondernemingsbegrip uit het Europese Gemeenschapsverdrag. Het HvJ EG formuleert daarbij de volgende rechtsregel: De artikelen 86 en 90 EEG moeten aldus worden uitgelegd, dat een internationale organisatie zoals Eurocontrol geen onderneming in de zin van deze artikelen is.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 1994
AA19940450

Resultaat 97–108 van de 112 resultaten wordt getoond