Internationaal Europees en buitenlands recht

Afluisteren van telefoons

A.H.J. Swart

Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM/ECHR) 24 april 1990, ECLI:NL:XX:1990:AD5851 (Kruslin & Huvig) Arrest van het EHRM over het afluisteren van telefoons in een strafrechtelijke procedure in Frankrijk waarbij het de volgende algemene regel formuleert: Het afluisteren of op andere wijze onderscheppen van telefoongesprekken vormt een ernstige inmenging in het privéleven en dient daarom met bijzondere nauwkeurigheid in het nationale recht geregeld te zijn. Het is van essentieel belang dat deze regels duidelijk en gedetailleerd zijn en in hun toepassing voor de burger voorzienbaar, in het bijzonder nu de beschikbare technologie steeds verfijnder wordt. Het Franse strafprocesrecht voldoet niet aan deze eisen. Het biedt onvoldoende waarborgen tegen misbruik. Ontbrekende regelingen met betrekking tot gevallen waarin afgeluisterd mag worden, de duur van het afluisteren, het bewaren van opnamen met het oog op beoordeling door de rechter en de verdediging, het wissen of vernietigen daarvan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1991
AA19910160

Afscheiding van delen van EU-lidstaten

Een beschouwing vanuit internationaal- en Europeesrechtelijk perspectief

H.C.F.J.A. de Waele

Post thumbnail

Wat is de positie van delen van EU-lidstaten die ervoor kiezen zich af te scheiden van hun ‘moederland’? Blijven zij automatisch binnen de Unie, of komen ze in een juridisch vacuüm terecht? Een eventuele onafhankelijkheidsverklaring van Schotland, Catalonië of Vlaanderen roept tal van dit soort vragen op. In onderstaande bijdrage wordt gezocht naar antwoorden op basis van de relevante internationaalrechtelijke en Europeesrechtelijke uitgangspunten. De auteur benadrukt tegelijk dat de formele regels maar één kant van het verhaal zijn. Als het ooit daadwerkelijk tot afscheiding van een deelregio komt, kiezen de betrokken partijen waarschijnlijk voor een pragmatische benadering, en zal men langs politieke weg oplossingen op maat uitdenken.

Opinie | Opiniërend artikel
oktober 2014
AA20140722

Afval, een vruchtbare voedingsstof voor de ontwikkeling van het Europese recht

J.W. van de Gronden, K.J.M. Mortelmans

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 13 december 2001, zaak C-324/99, ECLI:EU:C:2001:682 (DaimlerChrysler AG/Land Baden-Württemberg) Milieu. Afvalstoffen. Verordening 259/93 inzake de overbrenging van afvalstoffen. Nabijheidbeginsel. Beginsel van zelfverzorging. Verhouding primair en secundair recht. Geldigheid secundair recht. Uitputtende harmonisatie. Minimumharmonisatie. Extraterritoriale milieu exceptie.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2002
AA20020180

Al te veel mensenrechten verduisteren de straten

Sobere kanttekeningen bij zestig jaar UVRM

W.J. Veraart

Post thumbnail In dit artikel wordt de erosie bij mensenrechten door het vele gebruik ervan op drie niveaus beschreven. Er wordt ingegaan op mensenrechten in politiek taalgebruik, oorlogssituaties en als middel om sociale ongelijkheid aan te pakken. In dit artikel wordt daarbij ook ingegaan op de oorspronkelijke betekenis van het UVRM.

Verdieping | Studentartikel
december 2008
AA20080878

Al vier eeuwen ontsnapt aan de vergetelheid

Hugo de Groot, recht en religie

J. Oosterhuis

Post thumbnail

Hoe kan het dat Grotius al vier eeuwen lang weet te ontsnappen aan de vergetelheid? Niet alleen leefde hij in een cruciale tijd voor de ontwikkeling van het moderne Nederland en Europa, maar ook speelde hij zelf een – omstreden – rol van betekenis, eerst politiek, later vooral religieus. Juist in confrontatie met strikte calvinisten heeft hij zich telkens zorgvuldig willen verantwoorden.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2021
AA20211012

Alands Vindkraft AB Energimyndighet

P.J. Slot

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 1 juli 2014, zaak C-573/12, ECLI:EU:C:2014:2037 (Ålands Vindkraft AB/Energimyndighet) prejudiciële beslissing

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2014
AA20140938

Alles of Nice

IGC 2000: adequate voorbereiding van de uitbreiding?

E. de Zwaan

Het Verdrag van Nice is met veel moeite tot stand gekomen. Het uiteindelijke resultaat van de inter- gouvernementele conferentie mag er wezen. Vast staat echter dat nog veel werk zal moeten worden gedaan, voordat de Europese Unie daadwerkelijk klaar zal zijn voor de uitbreiding. De samenstelling van de Commissie, de stemmenweging en de uitbreiding van meerderheidsbesluitvorming in de Raad en nauwere samenwerking zijn onderwerpen die in dit licht van belang zijn. In dit artikel wordt beschreven wat er op die vlakken in Nice is bereikt en waar in de toekomst nog aan zal moeten worden gewerkt.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie | Verdieping | Studentartikel
mei 2001
AA20010312

Allesbehalve komkommertijd

M.Y.A. Zieck

Door alle gebeurtenissen deze zomer – o.a. Brexit, Nice, Turkije en de presidentsverkiezing in de Verenigde Staten – raakte in de media de vluchtelingencrisis wat op de achtergrond. Dit betekent echter niet dat de problemen zijn opgelost.

Opinie | Column
september 2016
AA20160614

Als consument je recht halen bij een geschillencommissie: goed(koop), maar kan beter

C.M.D.S. Pavillon

Post thumbnail Heeft een consument een geschil met een bij De Geschillencommissie aangesloten ondernemer, dan ligt de gang naar die commissie, gezien de kosten, onzekerheid en ingewikkeldheid van een gerechtelijke procedure, al snel voor de hand. Toch kleven er ook nadelen aan deze vorm van alternatieve geschillenbeslechting. Aan de hand van drie uit het leven gegrepen casus wordt besproken op welke punten die geschillenbeslechting kan worden verbeterd en waarom cruciaal is dat de overheid in De Geschillencommissie blijft investeren.

Rode draad | Beschermenswaardige partijen
februari 2020
AA20200199

Ambtshalve toepassing consumentenrecht: grensbepaling en praktische kwesties

A.G.F. Ancery, H.B. Krans

Post thumbnail

In veel geschillen tussen consumenten en professionele partijen beschikt de rechter binnen de rechtsstrijd over te weinig feiten om toepassing te kunnen geven aan consumenten­beschermende bepalingen. Die feiten zijn wel te vinden in het dossier, maar ze worden niet door partijen aangevoerd en vallen dus niet binnen de rechtsstrijd. Buiten de grenzen van die rechtsstrijd mag de rechter zich alleen begeven ter bescherming van de openbare orde. Zo kan de consument dus tussen wal en schip vallen. Deze lacune in de bescherming van de consument is het HvJ EU niet ontgaan. In een reeks arresten heeft het geoordeeld dat nationale rechters gehouden kunnen zijn om nationale wetgeving ter implementatie van Unierecht ambtshalve toe te passen. Over deze voor de praktijk van het rechterlijk werk belangrijke materie gaat deze bijdrage.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2016
AA20160825

Ambtshalve toepassing van Europees consumentenrecht: de richtlijn consumentenkoop (vervolg)

A.S. Hartkamp

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 4 juni 2014, zaak C-497/13, ECLI:EU:C:2014:357 (Froukje Faber/Autobedrijf Hazet Ochten BV)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 2015
AA20150816

Ambtshalve toepassing van Europees consumentenrecht. Een nieuw hoofdstuk: de richtlijn consumentenkoop

A.S. Hartkamp

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 3 oktober 2013, C-32/12, ECLI:EU:C:2013:637 (Soledad Duarte Hueros/Autociba SA en Automóviles Citroën España SA)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2015
AA20150222