In de houdgreep van de trias?
De betekenis van Quint/Te Poel voor het oplossen van vermogensrechtelijke problemen omtrent databestanden
Nathalie Koopmans
1. Inleiding
2. Op de stoel van de wetgever?
2.1 Rechtsvormende taak rechter
2.2 Nieuwe rechten?
2.3 Tussenconclusie
3. Kwalificeren van data
3.1 Zaak of vermogensrecht?
3.2 Andere invalshoek
4. Probleemgerichte benadering
4.1 Wél in de wet geregelde gevallen
4.2 Overdracht/verpanding
4.3 Revindicatie
5. Conclusie
De wenselijkheid van automatische toerekening vanuit Europeesrechtelijk perspectief
Simone Bregonje & Henk Oosterdijk
1. Inleiding
2. Geldend recht
3. Argumenten voor en tegen automatische toerekening
4. Andere toerekeningsleren
4.1 Toerekening op grond van schuld
4.2 De profijtleer
5. Onze oplossing
5.1 Vergelijking met Francovich
5.2 Toerekening op basis van voldoende gekwalificeerde schending
5.3 Argumenten voor toerekening op basis van voldoende gekwalificeerde schending
Kelderluik in de toekomst
De toepassing van het Kelderluik-arrest op kunstmatige intelligentie
Jim Deutekom & Emiel Schipper
1. Inleiding
2. Het Kelderluikarrest
2.1 Nog 50 jaar terug
2.2 Wettelijk kader
2.3 Criteria in concreto
3. Ontwikkeling in de jurisprudentie
3.1 Toenemende bescherming
3.2 Hoge Raad terughoudend
3.3 Effectiviteit
4. Kunstmatige intelligentie (AI)
5. Productaansprakelijkheid
6. De maatschappelijke zorgvuldigheidsnorm
7. Conclusie
Het Haagse Duinwaterleiding-arrest herzien: de ontwikkeling van het égalitébeginsel in kinderschoenen naar een zelfstandige rechtsgrond
Cat Haanappel & Nadèche Bergman
1. Inleiding
2. Haagse Duinwaterleiding: de casus
3. Twee stromingen: Bregstein versus Drion
3.1 Bregstein-leer
3.2 Drion-leer
3.3 Van den Bergh
3.4 Opvatting Hoge Raad
3.5 Het égalitébeginsel als rechtsgrond?
4. Het égalitébeginsel
5. Rechtspraak en het égalitébeginsel: de ontwikkeling
5.1 Voorste Stroom
5.1.1 Voorste Stroom VI en Haagse Duinwaterleiding
5.1.2 Voorste Stroom VII
5.2 Leffers
5.3 Lavrijsen
5.4 Harrida
6. Conclusie
Bange bestuurders en onzekere rechters
Over de wenselijkheid van een analoge toepassing van de ernstig verwijt-maatstaf in het externe bestuurdersaansprakelijkheidsrecht
Joris Brem & Raif Ali
1. Inleiding
2. Ernstig verwijt in de interne bestuurdersaansprakelijkheid
3. Ernstig verwijt in de externe bestuurdersaansprakelijkheid
Blaauboer/Berlips en het onderscheid tussen goederenrecht en verbintenissenrecht
Jarmo Oppatja & Menno Postma
1. De casus
2. Inleiding
3. Duiding arrest
4. Wettelijke tussenvormen
5. Relativerende rechtspraak?
5.1 Profiteren van wanprestatie
5.2 Derden benadelende exoneratiebedingen
5.3 Partijbinding en Blaauboer/Berlips
6. Partijvrijheid en beperkte rechten
6.1 Begrenzing van de partijvrijheid
6.2 Een ‘gelijke’ behandeling
6.3 Het grotere plaatje
7. Conclusie
Van één moeder naar vier ouders. Een vergelijking tussen het Marckx-arrest en het rapport van de Staatscommissie Herijking Ouderschap 95
Maud Heldens & Kyra Wunderink
1. Inleiding
2. Het Marckx-arrest
2.1 Casus
2.2 Invloed op het Nederlandse recht
3. Familie- en gezinsleven
4. Staatscommissie Herijking Ouderschap
5. Invloed familie- en gezinsleven en het Marckx-arrest op het rapport van de Staatscommissie
5.1 De wisselwerking tussen maatschappelijke ontwikkelingen en het recht
5.2 Vier juridische ouders; hoe ver wil je gaan?
5.2.1 Positieve verplichtingen
5.2.2 Belang van het kind
6. Conclusie
Het Keck-arrest: bezweken onder de tand des tijds?
Casper Schipper & Rosalie Wesselink
1. Inleiding
2. Vrij verkeer van goederen en maatregelen van gelijke werking
3. Het arrest Keck
4. Criterium van markttoegang
5. Convergentie
6. Conclusie
Meerenberg en de omissie in de algemene bepaling Grondwet
De Grondwet waarborgt het legaliteitsbeginsel niet voldoende
Steven ter Beke & Maarten Remmink
1. Inleiding
2. Meerenberg en latere jurisprudentie
2.1 Meerenberg
2.2 Literatuur
2.3 Fluoridering II en Methadonbrief
2.4 Tussenconclusie
3. Codificatie
3.1 Waarde van het legaliteitsbeginsel
3.2 Discussie in de literatuur en jurisprudentiële ontwikkeling
3.3 Verbrokkeling
3.4 Waarborgfunctie
3.5 Flexibiliteit
3.6 Aanwijzingen voor de regelgeving
4. Conclusie