Resultaat 13–17 van de 17 resultaten wordt getoond

Medische behandeling en de wilsbekwaamheid van minderjarige patiënten

J.H.H.M. Dorscheidt

Post thumbnail

Het Burgerlijk Wetboek biedt minderjarige patiënten vanaf 12 jaar de ruimte om in toenemende mate zelfstandig over hun medische behandeling te beslissen, mits deze minderjarige in staat is zijn behandelingsbelangen te behartigen. Het vaststellen van deze wilsbekwaamheid is echter niet altijd eenvoudig. Daarbij wordt het wettelijk systeem van leeftijdsgrenzen niet zelden gerelativeerd door de weerbarstige kindergeneeskundige praktijk. Onderstaande bijdrage vormt een juridische analyse van dit spanningsveld tussen wetgeving en zorgpraktijk en belicht tevens de positie van ouders.

Opinie | Opiniërend artikel
april 2018
AA20180289

Mensenrechten en meerderjarige onbekwamen

E.B. van Veen

In dit artikel, behorend bij de rode draad 'de positie van onbekwamen in het recht', wordt ingegaan op de invloed van mensenrechten op de onbekwaamheidsverklaring van bepaalde personen en de vertegenwoordigingsbevoegdheid. Er wordt daarnaast in gegaan op de gedwongen behandeling van mensen.

Overig | Rode draad | De positie van onbekwamen in het recht
juni 1991
AA19910484

Nawoord op bovenstaande reacties

N. Holtrust, I. de Hondt

In dit artikel geven de eerdere auteurs van een artikel in Ars Aequi een reactie op de binnengekomen kritieken.

Opinie | Reactie/nawoord
januari 1993
AA19930024

Testen is het antwoord maar wat was ook al weer de vraag?

Verslag van het Symposium 'Aids en besmettingsrisico's'

M.M. Dolman, M.W. Hesselink

In dit artikel wordt verslag gedaan van een symposium over aids en besmettingsrisico's. Op het symposium werd aandacht besteed aan residentiële hulpverlening voor geestelijk gehandicapten en verslaafden, het testen van Hiv ten behoeve van derden. Ook kwamen de medische en juridische kanten van zorgverlening aan de orde.

Verdieping | Studentartikel
maart 1991
AA19910222

Voorkomen is beter dan genezen, ook tijdens de zwangerschap

A.C. Hendriks

Post thumbnail Over de afbreking van een zwangerschap zijn de meningen op z’n zachtst gezegd verdeeld. In Nederland heeft de zwangere vrouw tot het moment dat de foetus zelfstandig levensvatbaar is – rond de 24-wekengrens – een vrijwel absoluut zelfbeschikkingsrecht. Daarna wordt meer waarde gehecht aan de belangen van de foetus. Naarmate deze zich verder ontwikkelt komt hem meer rechtsbescherming toe. Het zelfbeschikkingsrecht van de zwangere staat echter op gespannen voet met de belangen van het ongeboren kind voordat het levensvatbaar is, indien het wordt blootgesteld aan ernstige gevaren voor zijn ontwikkeling en gezondheid omdat de moeder tijdens de zwangerschap bijvoorbeeld stug blijft doorroken. Er moeten mogelijkheden komen om toekomstige kinderen in urgente gevallen te beschermen tegen deze ‘prenatale kindermishandeling’, aldus prof. Hendriks.

Opinie | Amuse
mei 2010
AA20100304

Resultaat 13–17 van de 17 resultaten wordt getoond