Monopoly

Recent is er een nieuwe versie van het bordspel Monopoly Classic op de markt gekomen. Ik heb deze meteen gekocht en wel voor het spelreglement. De spelregels van Monopoly lijken de laatste tijd namelijk een belangrijke rechtsbron te zijn geworden voor de rechter en de wetgever.

Neem de regel dat een speler eerst alle straten van een bepaalde kleur (‘een stad’) moet verwerven voordat hij op dat deel van het bord huisjes mag plaatsen. De hoogste bestuursrechter is diezelfde voorwaarde gaan opleggen aan vastgoedspelers die huisjes in steden willen neerzetten. Een bestemmingsplan voor een nieuwe woonwijk is volgens de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State immers (ervan uitgaande dat de gemeente niet wil gaan onteigenen) slechts uitvoerbaar als de ontwikkelaar eerst alle benodigde gronden heeft aangekocht (ECLI:NL:RVS:2023:3550).

Verder heeft de Monopoly-regel dat er geen huisjes mogen worden gebouwd op Station Zuid, Station Oost, Station West en Station Noord klaarblijkelijk de wetgever geïnspireerd. In het nieuwe artikel 9.38 van het Besluit activiteiten leefomgeving is namelijk opgenomen dat er in beginsel geen bouwwerken mogen worden opgericht binnen het beperkingengebied van een station.

Tot slot hebben jullie ongetwijfeld weleens meegemaakt dat een speler bijvoorbeeld op de Zijlstraat te Haarlem komt en besluit om deze niet te kopen. In die situatie volgt uit het spelregelboekje dat de spelleider alle andere spelers op de hoogte brengt van het feit dat het perceel wordt geveild en dat zij kunnen bieden. Mogelijk heeft die regel de Hoge Raad aangezet tot het beroemde Didam-arrest (ECLI:NL:HR:2021:1778). In dat arrest overwoog de Hoge Raad dat overheden – voorafgaand aan de verkoop van hun grond – de selectieprocedure bekend moeten maken en dat iedereen gelijke kansen moet hebben om mee te dingen.

Ondanks het feit dat er veel overeenkomsten zijn tussen het spelregelboek van Monopoly en de daadwerkelijke wetgeving/jurisprudentie, is het spel in mijn ogen verre van realistisch. Dat zullen de lezers van dit blad die een eerste woning willen kopen wellicht kunnen beamen. In onze samenleving is het namelijk – anders dan bij Monopoly – niet zo dat iedereen begint met hetzelfde startkapitaal en is er eigenlijk bijna geen onbebouwde grond meer te koop. Het lijkt als starter alsof je instapt in een spelletje Monopoly dat al twee uur gaande is: overal staan huizen van andere mensen waardoor je genoodzaakt bent om huur te betalen. Bij het bordspel Monopoly kun je het moeten betalen van huur omzeilen door zo lang mogelijk in de gevangenis te blijven, maar dat lijkt mij in het echte leven niet zo’n goed alternatief.

Deze column is eerder verschenen in Ars Aequi januari 2024.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *