Shop

september 2006

Katern 100: Volkenrecht

I.F. Dekker, N.J. Schrijver

september 2006

Katern 100: Vreemdelingenrecht

H. Battjes

De betekenis van gelijkheid en rechtvaardigheid in de gezondheidszorg: de Zorgverzekeringswet rechtsfilosofisch bezien

M.A.J.M. Buijsen

In dit artikel wordt op rechtsfilosofische wijze gekeken naar de nieuwe Zorgverzekeringswet (Zvw) waarbij ingegaan wordt op solidariteit, gelijkheid & rechtvaardigheid, toegankelijkheid van gezondheidszorg en het (grond)recht op zorg.

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2006
AA20060609

Een Romeins juweel. Rechtsvraag (328) Romeins recht

J.H.A. Lokin

Rechtsvraag over de vraag wie naar diefstal en omsmelting van een zaak de eigenaar van deze zaak is.

Perspectief | Rechtsvraag
september 2006
AA20060680

Inleiding Rode Draad ‘Over de Grens’

Ars Aequi Libri

Inleiding over de nieuwe rubriek Rode Draad waarbij gekeken wordt naar andere rechtsstelsels en er ingegaan wordt op een specifiek onderdeel hiervan.

Verdieping | Verdiepend artikel
september 2006
AA20060572

Is een illegale uitkering aan een ‘ontkoppelde’ illegaal een besluit?

L.J.A. Damen

Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State (ABRvS) 12 april 2006, LJN: AW1297, ECLI:NL:RVS:2006:AW1297, nr. 200505351/1, AB 2006, 158 m.nt. I. Sewandono, JB 2006, 151 m.nt. Hans Peters, NJB 2006, p. 1072, nr. 813, NA 2006, 115. In de noot bij deze uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak wordt ingegaan op de bevoegdheid van een bestuursorgaan om zelfstandig regels te maken. Daarbij rijst de vraag om wat voor regels het gaat. In de annotatie wordt duidelijk uiteengezet wat een algemeen verbindend voorschrift, besluit van algemene strekking en beleidsregel zijn.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2006
AA20060635

Japan

Procesrecht

W.M. Visser 't Hooft

Japan, de tweede economie ter wereld, heeft een sterk door het Westen beïnvloed rechtsstelsel. Vaak wordt stilgestaan bij de vraag of het uit het Westen geïmporteerde recht ook daadwerkelijk in Japan is geïnternaliseerd. Door sommige rechtsgeleerden is onterecht de conclusie getrokken dat hiervan nauwelijks sprake is geweest en dat het recht maar een marginale rol vervult in Japan. Een blik op het effect van de recente ingrijpende hervorming van het Japanse rechtsstelsel laat zien dat het recht in Japan alleen maar aan belang toeneemt. Japan is hierbij steeds meer een eigen koers gaan varen. In dit artikel ligt de nadruk op het Japans burgerlijk procesrecht, welk zich op een eigen manier heeft ontwikkeld.

Overig | Rode draad | Over de grens
september 2006
AA20060573

Kind van de rekening: het belang van het kind en de ongedaanmaking van internationale kinderontvoering. Italiaans-Nederlandse kinderontvoering

M.V. Polak

Hoge Raad 20 januari 2006, nr. R05/083HR, ECLI:NL:HR:2006:AU4795, LJN: AU4795, RvdW 2006, 103, JOL 2006, 37, NIPR 2006, 1, JIN 2006, 99 Uit artikel 3 lid 1 aanhef en onder a Haags Kinderontvoeringsverdrag volgt dat voor de beantwoording van de vraag of een overbrenging of vasthouding van een kind ongeoorloofd is, beslissend is het gezagsrecht overeenkomstig het recht van de staat waarin het kind zijn gewone verblijfplaats had onmiddellijk voorafgaande aan de overbrenging. Het oordeel omtrent de vraag waar het kind op het relevante tijdstip zijn gewone verblijfplaats had, is van feitelijke aard en kan in cassatie niet op zijn juistheid worden onderzocht. Doel en strekking van het Haags Kinderontvoeringsverdrag brengen mee dat de weigeringsgrond van artikel 13 lid 1 aanhef en onder b restrictief dient te worden toegepast. Dit betekent dat de rechter van de aangezochte staat, die zich dient te onthouden van een oordeel omtrent het gezagsrecht en het omgangsrecht, de in die bepaling gestelde strenge voorwaarden niet reeds vervuld mag achten, louter op grond van zijn oordeel dat het belang van het kind in het land van herkomst minder goed gediend is dan in het land van de aangezochte rechter.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2006
AA20060646

Over stratenmakers, ambtenaren en de advocatuur.

Interview met mr. Gerard Spong

B.I. Bethlehem, J.H. Verdonschot

Wanneer de studerende lezer van dit blad op een verjaardagspartij zijn vakgebied mededeelt, zal hij ten aanzien van zijn ambities regelmatig een bekende strafpleiter voorgespiegeld/voorgehouden krijgen. In sommige gevallen zal deze wellicht ook daadwerkelijk bron van inspiratie zijn geweest voor het gaan studeren van rechten. Nu wij deze maand weer een omvangrijke groep nieuwe rechtenstudenten als lezer verwelkomen, leek het gepast een van de meer spraakmakende en gerespecteerde strafpleiters op te zoeken voor een kort interview. Op zijn kantoor in Amsterdam spraken wij met Gerard Spong.

Verdieping | Interview
september 2006
AA20060617

Over wetenschappelijke integriteit II

E.H. Hondius

Vervolg op een column uit AA2007 (7) waarbij Hondius weer in gaat op de wetenschappelijke integriteit bij het vervullen van nevenfuncties naast het zijn van onderzoeker.

Opinie | Column
september 2006
AA20060571

Recht en verdriet

F.B. Bakels

In deze amuse wordt door Bakels ingegaan op moeilijke spanningen tussen verdriet en recht. Veel emotionele zaken moeten rationeel beoordeeld worden wat erg moeilijk is. Er wordt vooral ingegaan op verschillende zaken rondom aansprakelijkheid voor overlijden of het gehandicapte geboorte. (vegl: HR 30-06-1978 NJ 1978,685; HR 09-10-1998 NJ 1998,853; HR 18-03-2005 RvdW 2005,42).

Opinie | Amuse
september 2006
AA20060568

Rechtsvinding door het Hof van Justitie

T. Corthaut, K. Lennaerts

In deze bijdrage gaan we verder en wordt de rechtsvinding door het Hof van Justitie onder de loep genomen. Daarbij zullen zijdelings thema’s aan bod komen die eerdere bijdragen in deze reeks al voor het Nederlandse recht onder de aandacht hebben gebracht. Onze focus is echter vooral op drie, weliswaar verwante, aspecten die de rechtsvinding door het Hof van Justitie net iets anders maken. Ten eerste hebben we aandacht voor de unieke positie van het Hof dat als hoogste Europese rechtscollege niettemin in permanente dialoog staat met het Gerecht van eerste aanleg en, vooral, met de rechtscolleges van hoog tot laag van de vijfentwintig lidstaten. De bijzondere taakverdeling tussen het Hof en de nationale rechtscolleges en de invloed die zij heeft op de rechtsvorming staan daarbij centraal. Ten tweede hebben we aandacht voor de rechtsvergelijking, als een belangrijk instrument om tot rechtsvinding te komen die voor alle lidstaten aanvaardbaar is. Ten slotte worden beide sporen samen gebracht met een korte bespreking van het concept federal common law.

Overig | Rode draad | Raad en daad | Verdieping | Verdiepend artikel
september 2006
AA20060581