Resultaat 6157–6168 van de 12969 resultaten wordt getoond
R. van Swaaningen
Hebben we in de jaren negentig behoefte aan een kritisch perspectief in de criminologie, of is het vooral de taak van de criminoloog een bijdrage te leveren aan de strijd tegen criminaliteit? In mijn proefschrift verdedig ik de stelling dat een al te functionalistische benadering van de criminologie de doodsteek is voor haar wetenschappelijke ontwikkeling en dat een kritisch paradigma hiertoe onontbeerlijk is. De centrale onderzoeksvraag van het proefschrift luidt welke van de oorspronkelijke kritisch criminologische uitgangspunten en concepten uit de jaren zeventig dienen te worden behouden, welke bijstelling behoeven en welke beter in zijn geheel kunnen worden vergeten. Hiertoe wordt eerst een analytisch overzicht geboden van historische en contemporaine ontwikkelingen van de kritische criminologie en sociale bewegingen op het gebied van strafrechtshervorming in verschillende Europese landen. Daarna volgt een analyse van het veranderde strafrechtelijke klimaat in de jaren tachtig. Ten derde wordt voor een drietal centrale punten binnen het actuele justitiële debat een alternatieve visie ontwikkeld. Hierbij wordt gepoogd empirisch criminologische en rechtstheoretische discussies op elkaar te betrekken.
Literatuur | Proefschriftbijdragemaart 1996AA19960209
E.H. Hondius
Enkele promoties bekritiseerd.
Opinie | Columnjanuari 2007AA20070019
I. van Loo
Contractenrecht in perspectief is als studieboek voorgeschreven aan rechtenstudenten in de bachelorfase aan de Universiteit van Amsterdam. Het derde hoofdstuk van het boek draagt als titel ‘Een rechtvaardige prijs, een historischperspectief’. Dit hoofdstuk bespreek ik kritisch. Ik maak van de gelegenheid gebruik om uit te weiden over een aantal zaken die Hesselink niet of niet juist heeft behandeld, te weten de verhouding tussen de ‘iustum pretium’-leer en de ‘laesioenormis’, de op §138 Bürgerliches Gesetz Buch (BGB) gebaseerde Duitse‘woekerlaesio’ en de Oostenrijkse ‘dwalingslaesio’.
Opinie | Opiniërend artikeloktober 2008AA20080757
A.M. Hol
Artikel behorende bij de reeks 'Recht & cultuur' waarbij wordt ingegaan op de sterkere democratische legitimatie dan wordt gedacht. Aan bod komen de rechterlijke besluitvorming, transparantie bij feiten en overwegingen, de herkenbaarheid, openheid naar het publiek. Deze vier kenmerken brengen de auteur tot de stelling dat rechtspraak meer tot de verbeelding spreekt dan de werkzaamheden van het parlement. Vervolgens wordt er ingegaan op kritiek van parlementariërs en de voor en tegens hierbij.
Blauwe pagina's | Recht en Cultuuroktober 2009AA20090618
G.L. Coolen
In deze bijdrage wordt ingegaan op de juridische status van krijgsgevangenen en welke rechtsregels op het krijgsgevangenschap van toepassing zijn.
Verdieping | Verdiepend artikelapril 1997AA19970211
P. van Schilfgaarde
Hoge Raad 12 juni 1987, nr. 12939, ECLI:NL:HR:1987:AC2558, RvdW 1987, 139 (Kriek/Smit) Huwelijksgoederenrecht. Waardevermeerdering van op naam van de man gesteld maar door de vrouw gefinancierd onroerend goed bij uitsluiting van elke gemeenschap. Vergoedingsrecht gebaseerd op de goede trouw.
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 1987AA19870780
W.C.L. van der Grinten
Hoge Raad 11 maart 1977, nr. 11086, ECLI:NL:HR:1977:AC1877, RvdW 1977/46 (Stolte/Schiphoff). Ook bekend als Kribbenbijter.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejanuari 1977AA19770589
Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 1 maart 2016, ECLI:EU:C:2016:127, gevoegde zaken C-443/14 en C-444/14 (Kreis Warendorf/Ibrahim Alo en Amira Osso/Region Hannover)
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 2016AA20160456
J.J.M. Peters
Het Bureau Krediet Registratie (BKR) houdt het Centraal Krediet Informatiesysteem bij. Op grond van de Wet op het financieel toezicht moeten kredietverstrekkers aan een stelsel van kredietregistratie deelnemen. De wetgever heeft echter geen specifieke instantie genoemd. Alle kredietverstrekkers laten in de praktijk het verstrekte krediet registreren in het Centraal Krediet Informatiesysteem. Het BKR is daarmee de enige uitvoerder van het stelsel als bedoeld in de wet. Welke gevolgen heeft die rol voor de positie van het BKR en voor de normering van diens handelen?
Overig | Ars Aequi-prijswinnaar | Verdieping | Studentartikeldecember 2019AA20190937
R. Mellenbergh
Een leidraad voor studenten en praktijkjuristen waarin wordt ingegaan op de belangrijkste stadia van een financieringstransactie en het opstellen van een kredietovereenkomst.
9789069167848 - 10-11-2014
R.J.Q. Klomp
In deze amuse wordt besproken in hoeverre een bepaalde gedraging onder bepaalde omstandigheden onrechtmatig is.
Opinie | Amuseseptember 2003AA20030608