Shop

Resultaat 2725–2736 van de 12335 resultaten wordt getoond

Een tramlijn door Jeruzalem

Verantwoord ondernemen vanuit Nederland

A.G. Castermans, J.A. van der Weide

Post thumbnail Kan een Nederlandse rechtspersoon in rechte verantwoordelijk worden gehouden voor de betrokkenheid van een dochterbedrijf bij mensenrechtenschendingen in het buitenland? Alex Geert Castermans en Jeroen van der Weide behandelen deze vraag in hun artikel ‘Een tramlijn door Jeruzalem’ aan de hand van een rechtszaak in Frankrijk, aangespannen door de Association France Palestine Solidarité tegen Alstom en Veolia, omdat die twee ondernemingen hun medewerking verlenen aan een project dat volgens de eisers bijdraagt aan de instandhouding van een situatie die in strijd is met het internationaal recht.

Verdieping | Verdiepend artikel
juni 2010
AA20100404

Een vasthoudende en innemende strijder voor het redelijke en het billijke: prof.mr. J.M.M. Maeijer

Breda 14 januari 1932 - ‘s-Hertogenbosch 6 september 2018

G. van Solinge

Post thumbnail Een icoon is heengegaan. Op 6 september 2018 is op 86-jarige leeftijd prof.mr. J.M.M. Maeijer overleden. Over zijn diepgaande en blijvende invloed op de ontwikkeling van het Nederlandse ondernemingsrecht gaat deze bijdrage.   Schilderij: P. van den Boogaard | Foto: Vincent Wamel

Perspectief | Ars Longa Vita Brevis
november 2018
AA20180948

Een vergelijking van ‘hardship’ uit de UNIDROIT-regeling met de onvoorziene omstandigheden uit artikel 6:258 van het BW

M. Kuijer

In het contractenrecht kunnen zich onbillijke situaties voordoen. Een van die situaties is die waarin het niet redelijk is een partij aan zijn verplichtingen te houden omdat de omstandigheden waaronder het con¬tract gesloten is, al dan niet fundamenteel, gewijzigd zijn. Zowel de UNIDROIT-principles als ons hui¬dige wetboek bevatten een regeling om, onder omstandigheden, onbillijke clausules uit een contract aan te tasten. Een vergelijking.

Verdieping | Studentartikel
januari 1996
AA19960016

Een vernieuwde wet voor het verbieden van rechtspersonen

J. van der Hoeven

Op 1 januari worden de wettelijke mogelijkheden voor het verbieden van rechtspersonen verruimd. Onder andere wordt het verbodscriterium ‘strijd met de openbare orde’ verduidelijkt en wordt de aanpak van de organisatie aangevuld met de aanpak van de bestuurders. In deze bijdrage wordt de wetswijziging beknopt toegelicht.


Advertorial

PAO cursus Actuele ontwikkelingen in het straf(proces)recht

Op 21 december kunt u bij de VU Law Academy nog op de valreep voor het kerstreces uw opleidingspunten halen. Van 13.30-17.30 geven mr. dr. Klaas Rozemond en mr. Abhijit Das u de gelegenheid om in één cursusdagdeel kennis te nemen van de actuele stand van zaken op het terrein van het materiële strafrecht en het strafprocesrecht. De belangrijkste arresten van het afgelopen jaar worden op een rij gezet, samengevat en van deskundig commentaar voorzien. Ook wordt, voor zover relevant en actueel, ingegaan op de belangrijkste wijzigingen op het terrein van de strafrechtelijke wetgeving. Meer informatie en het inschrijfformulier vindt u via deze link van de PAO cursus Actuele ontwikkelingen in het straf(proces)recht Strafrechtelijke activiteiten in 2022 Leergang Strafrechtelijk bewijsrecht aan de VU: aanvallen door effectief te verdedigen Als uw cliënt strafrechtelijk vervolgd wordt, wilt u hem optimaal ondersteunen. Deze ondersteuning begint bij een effectief verweer in de rechtszaal. Hiervoor is het van groot belang dat u de relevante regels uit de wet en de jurisprudentie kent. Met de leergang Strafrechtelijk bewijsrecht vanuit verdedigingsperspectief verzamelt en verscherpt u die kennis. Deze interactieve en praktijkgerichte leergang start op 12 april 2022 en wordt verzorgd docenten uit de wetenschap en gerenommeerde advocatenkantoren en rechtelijke macht. De leergang is afgelopen jaar beoordeeld met weer ruim een 8! Volgens de deelnemers zijn de ervaringen van een (plv) rechter, advocaat en deskundigen zeer interessant en goed bruikbaar voor in de praktijk. Het succesvol afronden van deze leergang biedt u toegang tot de leergang Specialisatie Strafrecht. Met het diploma van de leergang Specialisatie Strafrecht voldoet u aan één van de voorwaarden voor lidmaatschap van de NVSA (Nederlandse Vereniging van Strafrecht Advocaten). Meer informatie vindt u op de site van de leergang Strafrechtelijk bewijsrecht

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
december 2021
AA20211123

Een verplicht openbaar bod op aandelen

F.C. van Spengler

Het is nogal wat om iemand te verplichten een openbaar bod op alle aandelen van een vennootschap uit te brengen. Toch stelt de Europese Commissie voor om deze verplichting op te leggen aan (rechts)personen die wel een flink deel maar niet alle aandelen van een vennootschap in hun bezit krijgen. Een bepaling daartoe is opgenomen in een ontwerp EG-richtlijn inzake het openbaar bod op aandelen. Op welke rechtsgrond steunt de bepaling en hoe is die door de Commissie uitgewerkt? Dat zijn de belangrijkste vragen die in dit artikel aan de orde komen.

Verdieping | Studentartikel
januari 1992
AA19920020

Een verschoningsrecht voor mediators?

A.W. Jongbloed

Post thumbnail De juridische beroepsgroep die de laatste tien jaar het meest in omvang toenam (zowel absoluut als relatief) is die van de mediators. Per 1 juli 2009 stonden 4.270 mediators ingeschreven in een door het Nederlands Mediation Instituut (NMI) bijgehouden register, terwijl het in 1999 om nog maar 1018 mediators ging. Anders dan ‘advocaat’ of ‘notaris’ mag iedereen zich ‘mediator’ noemen, want het betreft een vrij beroep zonder dat er (nog) een wettelijke regulering bestaat, zodat het aantal personen dat zich ‘mediator’ noemt hoger ligt dan het genoemde aantal van 4.270. Dat sprake is van zo’n diverse groep ‘mediators’ heeft directe gevolgen gehad. In een uitspraak van de Hoge Raad van 10 april 2009 is duidelijk gemaakt dat een ‘mediator’ (nog) geen beroep kan doen op het verschoningsrecht. Willen we dat er een inbreuk wordt gemaakt op het verkrijgen van de ‘Waarheid’, waartoe in beginsel een spreekplicht geldt? Vinden we de werkzaamheden van mediators belangrijk genoeg om een dergelijke inbreuk te accepteren?

april 2010
AA20100246

Een verschuiving van ontslagbescherming naar ontslagrecht

J. Linssen

Op 8 maart 1985 heeft de ministerraad ingestemd met een voorstel van de ministers De Koning van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Korthals Altes van Justitie, om aan de SER advies te vragen over een herziening van het ontslagrecht. De adviesaanvraag, die op 20 maart 1985 aan de SER is gezonden, is gebaseerd op het rapport Deregulering, lnkomensvorming en Arbeidsmarkt (DIArapport) van 25 mei 1984. Het kabinetsbeleid is gericht op een flexibeler arbeidsmarkt. Ter verwezenlijking hiervan wordt ernaar gestreefd een aantal regelingen met betrekking tot het ontslagrecht, die een mogelijk belemmerend effect hebben op het aantrekken van nieuwe arbeidskrachten, te wijzigen. De door het kabinet gepresenteerde wijzigingsvoorstellen, die in werkgeverskringen positief zijn onthaald, doen echter - zoals uit het navolgende zal blijken - nogal eenzijdig afbreuk aan de rechtspositie van de werknemers.

juli 1985
AA19850401

UCERF 3 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Een vierde trede in het familierecht? Een blik op het verleden en op de toekomst van het Nederlandse familierecht

W.M. Schrama

In deze bijdrage staat het spanningsveld tussen het familierecht en de realiteit centraal en de wijze waarop het recht door wetgeving aan de realiteit is aangepast. Een terugblik, die nodig is om fris vooruit te kunnen kijken, heeft al geruime tijd niet plaatsgevonden. Het gaat in deze bijdrage om de periode vanaf 1995 tot nu, waarbij de nadruk sterk ligt op Boek 1 BW.

Een vierluik over onbevoegde vertegenwoordiging

H.N. Schelhaas

Hoge Raad 3 februari 2017, nr. 15/05174, ECLI:NL:HR:2017:142, NJ 2017/78 (Tamacht/Hodenius); Hoge Raad 3 februari 2017, nr. 15/03855, ECLI:NL:HR:2017:143, RvdW 2017/260 (Aventura); Hoge Raad 3 februari 2017, nr. 15/05400, ECLI:NL:HR:2017:144, NJ 2017/79 (Van der Vrande/Van de Laar); Hoge Raad 3 februari 2017, nr. 15/05423, ECLI:NL:HR:2017:150, NJ 2017/80 (J/K)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2017
AA20170508

Eén voor allen en allen voor één: individuele versus collectieve handhaving van het consumentenrecht in het IPR

A.A.H. van Hoek

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) (Derde kamer) 28 juli 2016, C-191/15, ECLI:EU:C:2016:612 (Verein für Konsumenteninformation/Amazon EU Sàrl; verzoek van het Oberste Gerichtshof om een prejudiciële beslissing)
In dit arrest hakt het Hof van Justitie EU een aantal knopen door met betrekking tot de bescherming van consumentenbelangen in het internationaal privaatrecht. De verhouding tussen individuele en collectieve handhaving wordt uitgewerkt, terwijl de consument een nadere bescherming krijgt tegen misleidende formuleringen van rechtskeuzes in algemene voorwaarden. Tenslotte wordt ook de vraag naar de verhouding tussen de algemene IPR regelingen en de privacy richtlijn aan de orde gesteld. Het antwoord op die laatste vraag is helaas voor meerdere uitleg vatbaar.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2016
AA20160957

Een vroegere overdracht

S.E. Bartels, V. Tweehuysen

Academisch onderwijs is niet alleen het overbrengen van kennis die de docent al heeft en die de student nog moet vergaren. Docenten moeten studenten aan het denken zetten, vragen stellen zonder meteen het antwoord te geven en vragen durven stellen waarop zij zelf het antwoord niet weten. Geregeld komt het voor dat tijdens het (voorbereiden van het) onderwijs een vraag rijst waarover de bij het vak betrokken docenten nog niet eerder nadachten. Zo verging het ons bij het onderwijs over derdenbescherming in het kader van het derdejaarsvak Burgerlijk Recht I (goederenrecht). De vraag die aan de orde was: wat is een ‘ongeldige vroegere overdracht’ in de zin van artikel 3:88 BW? We bespreken deze vraag aan de hand van twee casus, waarvan wij ons afvragen of zij tot toepasselijkheid van artikel 3:88 BW zouden kunnen leiden.

Opinie | Opiniërend artikel
mei 2011
AA20110367

Een vruchtbare samenwerking met de volksvertegenwoordiging. De kabinetsformatie naar Nederlands staatsrecht

G.J. Leenknegt

Een uiteenzetting van hoe de kabinetsformatie in Nederland verloopt.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 2002
AA20020798

Resultaat 2725–2736 van de 12335 resultaten wordt getoond