Resultaat 13–24 van de 30 resultaten wordt getoond

Hernieuwde aandacht voor het tuchtrecht

R. de Graaff, T.A. Keijzer, C.C. de Kluiver, M. Samadi

Tuchtrecht is opnieuw in beweging. Bevoegdheden van tuchtrechtelijke colleges worden uitgebreid, het sanctiearsenaal verstevigd, kernwaarden en gedragsregels opgesteld. Deze opleving van dit bijzondere rechtsgebied heeft de redactie van Ars Aequi doen besluiten een Bijzonder nummer te wijden aan het tuchtrecht. Deze bijdrage is het woord vooraf van de redactiecommissie bij dit Bijzonder nummer.

Bijzonder nummer | Tuchtrecht
juli 2016
AA20160490

Herziening van het militaire straf- en tuchtrecht en van de militaire strafrechtspraak

J.J.E. Schutte

In dit artikel wordt ingegaan op de wijzigingen in 1991 in het militaire tuchtrecht en het militaire strafprocesrecht. Eerst worden de wijzigingen in het materiële recht besproken. Daarna komt de nieuwe wetgeving op het formele gebied aan de orde en tenslotte wordt ingegaan op de rechterlijke organisatie.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
maart 1991
AA19910237

Het beroepsgeheim reikt over de dood heen; een onhoudbare stelling?

W.L.J.M. Duijst , E. Thoonen

Post thumbnail Algemeen wordt aangenomen dat het medisch beroepsgeheim over de dood heen reikt. Dit leidt in de praktijk echter nogal eens tot dilemma’s die nadere verkenning behoeven. In deze bijdrage worden deze dilemma’s rondom het medisch beroepsgeheim na de dood vanuit verschillende invalshoeken belicht door mensenrechtelijke, bestuursrechtelijke, civielrechtelijke, strafrechtelijke en tucht- en klachtrechtelijke aspecten te belichten.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2018
AA20180777

Het OM en de krijgsmacht

G.L. Coolen

Naar aanleiding van de vervolging van de militair Eric O. wordt er door de schrijver ingegaan op het gebruik van geweld door militairen, vervolging door het OM en de geweldsinstructie.

Opinie | Opiniërend artikel
mei 2005
AA20050358

Het tuchtrecht voor bankiers

Een zoektocht naar de maatschappelijke positie van het bankwezen

V.Y.E. Caria

Post thumbnail

In deze bijdrage staat het tuchtrecht voor bankiers centraal. Na een overzicht van het tuchtrecht, waarin onder meer wordt stilgestaan bij de tuchtrechtelijke procedure, de tuchtrechtelijke norm en de vraag om wat voor soort tuchtrecht het gaat, komen de inhoud en betekenis van het tuchtrecht aan de orde. Dit tuchtrecht is een fundamentele en verstrekkende uitbreiding van de mogelijkheden om individuele bankiers aan te spreken op hun gedrag. De invoering van het tuchtrecht voor bankiers neemt een belangrijke plaats in in de discussie over de rol van het bankwezen in de maatschappij.

Bijzonder nummer | Tuchtrecht
juli 2016
AA20160535

Het zijn ook maar mensen

Advocaten, fiscalisten en notarissen hebben (in tegenstelling tot rechters) geen extra verantwoordelijkheid zich ‘correct’ te gedragen. Als adviseurs behartigen zij de belangen van één partij. Dat brengt met zich, dat zij zich weliswaar moeten houden aan de (straf)wet en de tuchtregels, maar dat hun verantwoordelijkheid niet verder gaat dan dat. Zolang zij zich aan voornoemde regels houden, mogen zij morele regels overschrijden, zeker als dit in het belang is van hun cliënt.

Opinie | Redactioneel
oktober 2014
AA20140695

Katholiek tuchtrecht

A.P.H. Meijers

Post thumbnail Het pastoraat is het werkveld van de kerk. Daarin worden fouten gemaakt. Van kerkgemeenschappen wordt verwacht daartegen tuchtrechtelijk op te treden. Deze vraag was en is dringend wanneer in het pastoraat seksueel misbruik wordt gepleegd. In deze bijdrage wordt een overzicht van de recente ontwikkeling van het tuchtrecht binnen de katholieke kerk gegeven met bijzondere aandacht voor de problematiek van seksueel misbruik.

Bijzonder nummer | Tuchtrecht
juli 2016
AA20160554

Medische missers tussen straf en schade

J. Sijmons

Post thumbnail Bij medische missers kan zowel het strafrecht als het civiele recht worden ingezet. In dit artikel wordt deze samenloop besproken, nadat eerst enige casuïstiek illustreert hoe de strafrechter met tekortschieten van zorg omgaat. Wat de normstelling betreft leunt het strafrecht uiteindelijk op civiele en bestuursrechtelijke normen. De rechtvaardiging voor het inzetten van het strafrecht wordt bij gewone fouten meestal niet gevoeld. Ondanks dat de roep op toepassing snel klinkt, blijkt het strafrecht als zwaarder instrument toch voorbehouden aan ernstige gevallen en zelfs dan wordt terughoudend gestraft. Het meest effectief is het strafrecht waarschijnlijk daar, waar het tot nu toe weinig wordt ingezet, namelijk tegen zorginstellingen in plaats van zorgverleners.

Rode draad | Snijvlakken & Kruisbestuivingen
mei 2023
AA20230370

Moet een advocaat zorg hebben voor de belangen van derden?

B.C.M. Waaijer

Hoge Raad 17 januari 2020, nr. 18/03867, ECLI:NL:HR:2020:61, NJ 2020/137 (Dingemans, Van Dooren, Van Gompel en Van Cauwenberg/Banning N.V.)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2020
AA20200575

Rechtsbijstand zonder vrees voor sancties

Contant geld en de rechtsstatelijke rol van de advocaat

G.J.W. Pulles

Post thumbnail Volgens in juli 2022 gepubliceerde uitkomsten van een onderzoek onder strafrechtkantoren neemt een groot deel van de Nederlandse (straf)advocaten contant geld aan. Sommige commentatoren verbonden daaraan de conclusie dat deze advocaten daardoor mee zouden hebben gewerkt aan heling en witwassen. Dit artikel voert argumenten aan tegen die conclusie en betoogt dat een inhoudelijke discussie moet worden gevoerd over het aannemen van contant geld door de advocatuur. Daarbij moet de rechtsstatelijke rol die advocaten hebben een rol spelen. Zo lang we vinden dat iedereen toegang moet hebben tot het recht, zullen we in sommige gevallen ook moeten accepteren dat er contant wordt betaald.

Opinie | Opiniërend artikel
februari 2023
AA20230100

Rechtsvraag (279) Militair recht

G.L. Coolen

Aan de hand van een miltair rechtelijke casus worden enkele vragen gesteld, waarna de lezers van Ars Aequi wordt opgeroepen de goede antwoorden in te sturen.

Perspectief | Rechtsvraag
juni 1999
AA19990493

Staat van verwarring

Over euthanasie, vergevorderde dementie en het recht op leven

B.C. van Beers

Post thumbnail Mag een arts op grond van een eerder opgestelde euthanasieverklaring het leven van haar diep demente patiënt beëindigen, omdat zij meent dat er sprake is van uitzichtloos, ondraaglijk lijden, zelfs als de inmiddels wilsonbekwaam geworden patiënt zelf expliciet zegt (nog) niet dood te willen? Onlangs beantwoordde de rechtbank Den Haag deze vraag bevestigend. Dit artikel biedt een kritische juridische en rechtsfilosofische analyse van het vonnis.

Opinie | Opiniërend artikel
februari 2020
AA20200141

Resultaat 13–24 van de 30 resultaten wordt getoond