Resultaat 1009–1020 van de 1192 resultaten wordt getoond

Samenlopende vormen van samenloop: optellen en aftrekken

S.T. van Henegouwen

In dit artikel wordt naar aanleiding van een onderbelicht van de Hoge Raad de samenloopregeling in het strafrecht besproken aan de hand van een casus gebaseerd op de Opiumwet.

Verdieping | Studentartikel
september 1991
AA19910633

Samir A. – absoluut ondeugdelijke voorbereiding?

Th.A. de Roos

Hoge Raad 20 februari 2007, nr. 00447/06, ECLI:NL:HR:2007:AZ0213, LJN: AZ0213 (Samir A.) Bij de interpretatie van kennelijk bestemd in artikel 46 oud Wvsr heeft het hof blijk gegeven van een te beperkte opvatting. Het heeft immers nagelaten te beoordelen of deze voorwerpen, afzonderlijk dan wel gezamenlijk, naar hun uiterlijke verschijningsvorm ten tijde van het handelen dienstig kunnen zijn voor het misdadige doel dat verdachte met het gebruik van de voorwerpen voor ogen had.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2007
AA20070691

Sancties

M. Henket

Dit artikel is het eerste in een reeks over sancties. Het beoogt enkele oriëntatiepunten te bieden waaraan in latere bijdragen gerefereerd zou kunnen worden. Na een voorstel tot begripsbepaling (paragraaf 2) volgt een korte vergelijking van de wijze van sanctionering in de verschillende rechtsgebieden (paragraaf 3). Paragraaf 4 behandelt het onderscheid tussen punitieve, reparatoire en andersoortige sancties. De overige paragrafen zijn gewijd aan criteria voor sanctionering. Dat daarbij relatief veel aandacht uitgaat naar de procedure sluit niet alleen aan bij ontwikkelingen in het geldende recht, maar ook bij de aandacht in de rechtsfilosofie voor procedurele rationaliteit en legitimiteit.

Overig | Rode draad | Sancties
januari 1997
AA19970006

Sancties, organisatiecriminaliteit en milieudelicten

H.G. van de Bunt, W. Huisman

In dit artikel in de serie Sancties van de Rode draad wordt ingegaan op de organisatiecriminaliteit. Dit is overtreding van vooral ordeningswetgeving door organisaties, veelal rechtspersonen, met eigen voordeel als gevolg. Er wordt aan de hand van milieuwetgeving uiteengezet hoe het met de handhaving verloopt, keuzes hieromtrent en de effectiviteit daarvan.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 1997
AA19970684

Schadevergoeding na een transactie bij megafraude

Een moeilijk verhaal?

V.C. van Campen

Post thumbnail

Het OM treft in grote fraudezaken regelmatig schikkingen. Veelgehoorde bezwaren hiertegen zijn het gebrek aan rechtsstatelijkheid, de stagnerende rechtsontwikkeling en dat er sprake zou zijn van klassenjustitie. Dat een schikking de verhaalsmogelijkheden van benadeelden aantast, is een bezwaar dat minder vaak gehoord wordt. Hierin komt mogelijk verandering, met het oog op het wetsvoorstel ‘Afwikkeling massaschade in een collectieve actie’.

Verdieping | Studentartikel
september 2015
AA20150649

Schadevergoeding na het binnentreden van woningen

Th.G. Drupsteen

Nationale Ombudsman 23 januari 1990 nr. 90/RO18, AB 1990, 269 m.nt. P.C.E. van Wijmen; Hoge Raad 23 november 1990, nr. 14080, ECLI:NL:HR:1990:ZC0055, Rechtspraak van de Week 1990, 211 (Joeman/Staat) In deze noot komen zowel een uitspraak van de Nationale Ombudsman (23 januari 1990) en een uitspraak van de Hoge Raad aan de orde. De casus die tot de beide uitspraken hebben geleid zijn ongeveer geleid. De rechtsvraag die aan de orde is, is in hoeverre de overheid schade dient te vergoeden die is veroorzaakt door rechtmatige binnentreden van de politie in een woning. De Hoge Raad en de Nationale Ombudsman komen allebei tot een ander oordeel. In de noot wordt hier dieper op ingegaan net als op de achtergrond bij de bevoegdheden en werkzaamheden van de Nationale Ombudsman.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1991
AA19910328

Schadevergoeding na het binnentreden van woningen: een reactie

M.E. Franke

In deze uitvoerige reactie op een eerdere annotatie over uitspraken van de Nationale Ombudsman ten aanzien van het binnentreden van woning, gaat de auteur in op de grondslag van de schadevergoedingsplicht en de relativiteit van de rechtvaardigingsgrond.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 1991
AA19911027

Schadevergoeding voor slachtoffers van delicten in het strafproces

F.D. van Asbeck

In dit artikel wordt de nieuwe wet besproken die het voor slachtoffers van een misdrijf gemakkelijker gemaakt wordt om zijn of haar schade op de dader. In dit artikel worden de voorstellen van de commissie Terwee besproken, de voeging van de benadeelde in het strafproces, de schadevergoedingsmaatregel, de nieuwe bijzondere voorwaarde (art. 14c Sr).

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
januari 1994
AA19940022

Scheiden doet lijden!

M. Swagemakers

Op 5 april 1990 is een wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enkele andere wetten ter verruiming van de mogelijkheden tot toepassing van de maatregel van ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel en andere vermogenssancties bij de Tweede Kamer ingediend. Het voorstel maakt een onderscheid tussen enerzijds een dadergerichte vervolging en berechting en anderzijds een buitgerichte opsporing en vaststelling van wederrechtelijk verkregen voordeel in een afzonderlijke procedure. Door de afscheiding van laatstgenoemde procedure van die in de hoofdzaak kunnen problemen ontstaan. In dit artikel zal een aantal van deze problemen worden besproken.

Verdieping | Studentartikel
juni 1991
AA19910467

Schimmenspel: een reaktie

B.F.N. Boeker

Reactie van B.F.N. Boeker op de gegeven mening van prof. Dr. H.F.M. Crombag in het januarinummer van Ars Aequi. Het betrof een vergelijking tussen het Amerikaanse en het Nederlandse strafprocesrecht. Boeker uit in deze bijdrage de nodige kritiek op de standpunten van Crombag.

Opinie | Opiniërend artikel
september 1989
AA19890757

Schot in de zaak

K.H.P. Bovend'Eerdt, L.S.A. Trapman

Sinds het besluit van de grand jury om politieagent Darren Wilson niet te vervolgen voor het doden van de ongewapende Michael Brown staat de discussie omtrent politiegeweld in de Verenigde Staten weer op scherp. Incidenten met excessief politiegeweld steken echter ook in eigen land de kop op. De situaties in beide landen laten zien dat uitgebreide regelgeving niet direct leidt tot een rechtvaardigheidsgevoel.

Opinie | Redactioneel
mei 2015
AA20150351

Seksueel binnendringen met de tong

Th.A. de Roos

Hoge Raad (strafkamer) 21 april 1998, nr. 107006, ECLI:NL:HR:1998:ZD1026 De wetgever heeft geen beperking willen aanbrengen in de wijze waarop het lichaam wordt binnengedrongen in de zin van artikel 242 Sr (verkrachting). Deze opvatting strookt met de ratio van die bepaling: bescherming van de (seksuele) integriteit van het lichaam. Verhouding tussen art. 242 Sr. en art. 246 Sr. Annotator stelt dat een tongzoen even kwetsend kan zijn als gedwongen geslachtsgemeenschap, al is het aannemelijk dat dat in de praktijk slechts (zeer) zelden het geval zal zijn. Wanneer de wetgever tussen twee verwante delicten een verschil in strafbedreiging van maar liefst vier jaren aanbrengt zou de reden daarvoor toch wel boven elke discussie verheven moeten zijn. Dat blijkt allerminst het geval.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 1998
AA19980900

Resultaat 1009–1020 van de 1192 resultaten wordt getoond