Sociaal-economisch recht

Resultaat 397–408 van de 1571 resultaten wordt getoond

Ik mis een streep

HvJEG 23 oktober, zaak C-408/01, Adidas/Fitness World

F. Jaspers, G. Theuws

In dit redactionele artikel wordt ingegaan op een inbreuk op het bekende Adidas beeldmerk bestaande uit drie strepen. Het feit dat het publiek het ziet als versiering doet niets aan het feit af dat beeldmerken die er op lijken, inbreuk op het merkrecht kunnen maken.

Opinie | Redactioneel
december 2003
AA20030909

Immuun voor de Unie?

(Semi-)immuniteit van nationale financiële toezichthouders onder nieuw recht

J.T. Tegelaar

Post thumbnail

Europese lidstaten beschouwen de aansprakelijkheid van hun financiële toezichthouders over het algemeen als nationale aangelegenheid. De toenemende Europeanisering van het financieeltoezichtrecht trekt de juistheid van die opvatting echter in twijfel. Deze bijdrage laat zien dat het Europeesrechtelijke beginsel van lidstaataansprakelijkheid kan dienen als grondslag voor financiëletoezichthoudersaansprakelijkheid. Geconcludeerd wordt dat de Duitse en de Nederlandse aansprakelijkheidsbeperking van financiële toezichthouders met dit beginsel in strijd zijn.

Verdieping | Studentartikel
oktober 2016
AA20160705

Indirect bestuurder rechtspersoon dient eigen onschuld te bewijzen

S.M. Bartman, C.E.J.M. Hanegraaf

Hoge Raad 17 februari 2017, nr. 15/03646, ECLI:NL:HR:2017:275 (Kampschöer/Le Roux)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 2017
AA20170523

Inleiding

L. Kaemingk, O. van Klinken, H.J. van Kooten, M.J. Kroeze, I. Reuder

Inleiding bij het bijzonder nummer 'Vervoersrecht'. In het artikel komen de artikelen aan bod die in het bijzonder nummer zijn opgenomen.

Bijzonder nummer | Vervoersrecht
mei 1993
AA19930335

Inleiding Rode Draad ‘Recht en reclame’

S.E. Bartels, M.J. Kroeze, H. Moons

Inleiding bij de rode draad voor het jaar 1993 'Recht en reclame'.

Overig | Rode draad | Recht en reclame
januari 1993
AA19930013

Intel- Intelmark en L’Oreal- Bellure

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 27 november 2009, zaak nr. C-252/07, ECLI:EU:C:2008:655 (Intel Corporation Inc. v CPM United Kingdom Ltd.) en Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 18 juni 2008, zaak nr. C-487/07, ECLI:EU:C:2009:378 (L'Oréal SA and Others v Bellure NV and Others) Annotatie bij twee uitspraken waarbij de uitleg van meerdere artikelen uit EG-Merkenrichtlijn centraal staat. Tot deze dubbelannotatie werd besloten vanwege het verband dat tussen deze recente arresten bestaat. In beide gevallen gaat het om de bescherming van bekende merken tegen handelingen waardoor niet, zoals in de klassieke gevallen van merkinbreuk, gevaar voor verwarring ontstaat, maar die bestaan uit het ofwel ongerechtvaardigd voordeel trekken uit ofwel afbreuk doen aan de bekendheid of het onderscheidend vermogen van het bekende merk. In deze arresten heeft het Europese Hof een aantal voor de bescherming van het bekende merk belangrijke regels gegeven.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2009
AA20090570

Intellectuele Eigendom 2024

P.L.G.A. Springorum, D.J.G. Visser

Post thumbnail Deze wettenbundel is bestemd voor het onderwijs bevat de belangrijkste nationale en internationale regelgeving op het gebied van de intellectuele eigendom. De wetsartikelen zijn in de marge voorzien van toelichtende kopjes.

9789493333307 - 08-05-2024

Intellectuele eigendom aan het begin van de 21e eeuw

D.W.F. Verkade

Kijken we terug naar het Bijzonder nummer ‘Europa 1992 ’ van twaalf jaar geleden, dan zijn er op het gebied van de intellectuele eigendom sindsdien grote vorderingen geboekt. Ik geloof dat het niet te ver gaat om te zeggen dat het rechtsgebied van de intellectuele eigendom (i.e.-recht)nu overwegend Europees recht is geworden. Daar was twaalf jaar geleden nog geen sprake van. In het komende decennium, tot het volgende Bijzonder nummer over Europa in pakweg 2011, zijn nog meer belangrijke, misschien zelfs spectaculaire ontwikkelingen te verwachten.

Bijzonder nummer | De toekomst van de Europese integratie
mei 2001
AA20010351

Intellectuele eigendomsrechten in de GATT

R. Brohm, V. van der Chijs

Op de ministersconferentie van de Algemene Overeenkomst inzake Tarieven en Handel: General Agreement on Tariffs and Trade (GATT), eind 1986 in Punta del Este (Uruguay), is door de deelnemende landen overeengekomen een nieuwe multilaterale onderhandelingsronde te beginnen om de internationale handel te liberaliseren. Op deze conferentie, de Uruguay-ronde genoemd, wordt bijzondere aandacht geschonken aan intellectuele eigendomsrechten. In een speciale onderhandelingsgroep wordt besproken hoe de internationale bescherming van intellectuele eigendom kan worden verbeterd. In dit artikel wordt onderzocht of het te verdedigen is dat de GATT, zijnde een overeenkomst over internationale handel, zich expliciet inlaat met bescherming van intellectuele eigendomsrechten. Voorts wordt de GATT vergeleken met de World Intellectual Property Organisation (WIPO). Vanouds is het internationale systeem voor intellectuele eigendomsrechten immers het vrijwel exclusieve jachtterrein van de WIPO geweest. Wellicht is de GATT beter geoutilleerd om hervormingen op dit gebied te bewerkstelligen. Ook wordt de huidige stand van zaken in de onderhandelingen besproken. Maar allereerst zal voor een goed begrip aandacht worden besteed aan de achtergronden van de Algemene Overeenkomst zelf.

Verdieping | Studentartikel
juni 1989
AA19890535

Inter Access: ontneming meerderheidsbelang bij onmiddellijke OK-voorziening

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 25 februari 2011, nr. 10/01343, ECLI:NL:HR:2011:BO7067, LJN: BO7067 (Marigot e.a./Inter Access Groep BV en Rabo Participaties BV)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2012
AA20120372

Interface Heuga

M.J.G.C. Raaijmakers

Hof Amsterdam 15 oktober 1992, ECLI:NL:GHAMS:1992:AC4363, nr. 24/92 OK, NJ 1993, 210 m.nt. Maeijer, (mrs. Vermeulen, Ten Kley en IJsselmuiden, Nabbe, Bunt), TVVS 1993, pp. 20/21 m.nt. M.G. Rood; zie ook R.A.A. Duk, SMA 1993, pp. 395-399 (Ondernemingsraad Heuga Nederland BV/Heuga Nederland BV en Interface Heuga BV) In dit arrest van het Hof Amsterdam is aan de orde in hoeverre de OR van een dochtervennootschap betrokken moet worden bij de beleids- en besluitvorming van de moeder van die dochter omdat de moeder in grote mate invloed kan uitoefenen op het functioneren van de dochter. Hier speelt dus de leer van de toerekening waarin de noot dieper op wordt ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1993
AA19930658

Interflora/Marks & Spencer

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Unie (HvJ EU) 22 september 2011, zaak C-323/09, ECLI:EU:C:2011:604 (Interflora/Marks & Spencer) Artikel 5, leden 1, sub a, en 2 Merkenrichtlijn en artikel 9, lid 1, sub a en c GMeVo.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 2012
AA20120034

Resultaat 397–408 van de 1571 resultaten wordt getoond