Resultaat 193–204 van de 268 resultaten wordt getoond
J.G. Brouwer, L.M. Bruijn, J. Koornstra, B. Roorda, A.E. Schilder
In het februarinummer 2020 van Ars Aequi schreven M. Bruijn, J. Koornstra, B. Roorda, J. Schilder & J. Brouwer ‘Over vermeende wetshistorische interpretatie en selectieve rechtsvinding’. Harm Kloosterhuis en Carel Smith schreven daarop deze reactie. Met nawoord van Bruijn, Koornstra, Roorda, Schilder & Brouwer.
Opinie | Reactie/nawoordjuni 2020AA20200568
G.C.G.J. van Roermund
Nawoord op een reactie op een eerder artikel van Van Roermund over rechtsfilosofie in de rechtenstudie.
Opinie | Reactie/nawoordnovember 1995AA19950862
A. Soeteman
Op 19 juni 2009 nam prof.mr. Arend Soeteman afscheid van de Vrije Universiteit. Zijn afscheidsrede had als titel ‘Rechtsgeleerde waarheid’. Naar aanleiding van deze rede kruist J.Th. Degenkamp de wetenschappelijke degens met prof. Soeteman.
Opinie | Reactie/nawoordjanuari 2010AA20100053
N. Rozemond
In het februarinummer van Ars Aequi schreef Klaas Rozemond dat Hannah Arendts typering van Adolf Eichmann een ernstige vergissing is die aan een grondige herziening toe is. Thomas Mertens en Paul Mevis leggen in dit nummer uit waarom zij het hier niet mee eens zijn. Met nawoord van Klaas Rozemond.
Opinie | Reactie/nawoordjuni 2013AA20130463
B. Jansen
Bedrijfsethiek is onderworpen aan juridisering. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het stijgende aantal ethische codes in het bedrijfsleven. Deze juridisering van bedrijfsethiek betekent dat juridische denkwijzen de ethische denkwijzen verdringen of zelfs vervangen. Het resultaat is een bedrijfsethiek die meer en meer op recht is gaan lijken. In zijn proefschrift onderzoekt Bart Jansen deze ‘juridisch gedachte bedrijfsethiek’ en houdt hij een pleidooi om aan dit juridische denken in de bedrijfsethiek te ontkomen door een beroep te doen op de kritische bestudering van het recht.
Literatuur | Proefschriftbijdrageoktober 2022AA20220824
P.C. Westerman
Bijzonder nummer | Autonomiejuli 2017AA20170582
A.R.M. Zeilstra
De Nederlandse overheid experimenteert met nudging: het aanpassen van keuzearchitectuur om op een voorspelbare manier gedrag te veranderen, zonder opties te verbieden of gebruik te maken van significante financiële prikkels. Momenteel is binnen de juridische wereld weinig aandacht voor dit nieuwe beleidsinstrument. Deze rechtstheoretisch ingestoken bijdrage agendeert nudging als een juridisch relevant fenomeen met fundamentele rechtsstatelijke impact.
Opinie | Opiniërend artikelapril 2022AA20220290
Dit tijdschrift heeft mij uitgenodigd wat prikkelende stellingen over het onderwijs in de rechtsfilosofie naar voren te brengen, ontleend aan de Tilburgse ideeën en ervaringen. De bedoeling was dat die dan hartstochtelijk tegengesproken zouden worden. De redactie heeft lang gezocht om iemand te vinden die het er grondig mee oneens was. Maar ik heb begrepen dat iedereen er juist van harte mee instemde. Met des te meer vertrouwen en genoegen, want mede namens al die geraadpleegde collega's en (mag ik hopen) studenten, breng ik daarom het nu volgende in de openbaarheid. Hier zijn een paar inhoudelijke, vervolgens een paar didactische, tenslotte een paar programmatische stellingen.
Perspectief | Perspectiefartikeljuli 1995AA19950577
H.G. van der Werf
Reactie op een eerder artikel in Ars Aequi over het vak rechtsfilosofie binnen de rechtenstudie.
Opinie | Reactie/nawoordnovember 1995AA19950860
In deze amuse wordt aan de hand van een historisch en recent voorbeeld in gegaan op de rechterlijke redenering en de logica die daarbij een belangrijke rol speelt. Er wordt ingegaan op de premissen die leiden tot een logische conclusie waarbij wel van belang is dat de premissen zelf ook geldig zijn.
Opinie | Amusejanuari 2009AA20090008
T.J.M. Mertens
In het kader van de Rode draad 'Recht & Ethiek' verschijnt in de rubriek Mening op regelmatige basis een briefwisseling. De auteurs treden in discussie met elkaar over een ethisch juridisch onderwerp. De vaste auteur in deze briefwisseling is prof.mr. C.W. Maris. Deze maand een brief van dr. T. Mertens die zijn brief tevens richt aan F. Jacobs. In zijn brief gaat dr. T. Mertens in op een eerdere bijdrage van beiden geadresseerde waarbij internationale immigratie aan de orde kwam.
Opinie | Opiniërend artikel | Overig | Rode draad | Recht en ethiekapril 1998AA19980264
J.W.A. Biemans
Dat het werk en de persoon van Paul Scholten nog steeds belangstelling genieten, mag blijken uit twee onlangs verschenen boeken: Paul Scholten. Dorsten naar gerechtigheid onder redactie van T. Slootweg uit 2010 en Recht, beslissing en geweten. Beschouwingen naar aanleiding van Paul Scholten onder redactie van A. Ellian, T. Slootweg & C. Smith uit 2011. Beide uitgaven worden in deze bijdrage besproken.
Literatuur | Boekbesprekingjuni 2011AA20110488