Metajuridica

Resultaat 841–852 van de 1133 resultaten wordt getoond

Onderwijs in rechtsfilosofie, een reactie

H.G. van der Werf

Reactie op een eerder artikel in Ars Aequi over het vak rechtsfilosofie binnen de rechtenstudie.

Opinie | Reactie/nawoord
november 1995
AA19950860

Onderzoeksbevoegdheden ter voorkoming van terroristische aanslagen: de pro’s en contra’s van het Amerikaanse antiterrorismebeleid

M.F.H. Hirsch Ballin

Post thumbnail De bestrijding van terrorisme heeft in het laatste decennium van de vorige eeuw het strafrechtelijk opsporingsonderzoek veranderd. Het proefschrift van Marianne Hirsch Ballin brengt in beeld hoe Nederlandse en Amerikaanse antiterrorismemaatregelen zich verhouden tot de fundamentele rechten en beginselen die in het strafrechtelijk onderzoek en het strafproces dienen te worden gewaarborgd. In dit artikel licht zij toe welke onderzoeksbevoegdheden ter voorkoming van terroristische misdrijven aan de Amerikaanse autoriteiten ter beschikking staan. Vervolgens geeft zij aan hoe de Verenigde Staten zowel in positieve als negatieve zin als voorbeeld kunnen dienen voor reflectie op ons eigen systeem van opsporing van terroristische misdrijven.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
maart 2013
AA20130247

Ongerechtvaardigde verrijking

E.J.H. Schrage

Vanaf de dagen van het Romeinse recht zijn het contract en de onrechtmatige daad niet de enige bronnen van verbintenissen. Er zijn er nog een paar meer. Daaronder speelt de ongerechtvaardigde verrijking een belangrijke rol. Iedereen is tegen ongerechtvaardigde verrijking: vanaf de Romeinse jurist Pomponius, via de middeleeuwse jurist Martinus Gosia, tot de Hollandse natuurrechtsleraar Hugo de Groot. Desondanks heeft de vormgeving van een goede regeling veel voeten in de aarde. We volgen de ontwikkeling van een belangwekkend leerstuk vanaf de 2e eeuw na Chr. tot in het Nieuw BW.

Overig | Rode draad | Digesten
oktober 2005
AA20050815

Onterven en passeren in het Byzantijnse recht

De nieuwe regeling van Novelle 115.3 en 4 (a.542)

H. de Jong

Post thumbnail Novelle 115, met name de capita 3 en 4, afgekondigd door keizer Justinianus (482-565) in 542, bevatte belangrijke nuanceringen en een nadere invulling van de toen bestaande regels betreffende het onterven en passeren van naaste verwanten. De Novelle had een doorwerking in het Byzantijnse recht van de Basilica en de Peira. Soms werden oude regels uit het Corpus iuris vanwege de introductie van Novelle 115 weggelaten of gewijzigd, soms ook opnieuw geïnterpreteerd zodat zij naast Novelle 115 hun gelding konden behouden.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2024
AA20240857

Ontslag in Nederland en België

N. Zekic

Post thumbnail

Het is allerminst eenvoudig rechtsvergelijking te doen op het gebied van het arbeidsrecht. Dit heeft onder andere te maken met de vele bronnen. Naast wetten zijn in het arbeidsrecht bijvoorbeeld collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s) heel belangrijk. In deze bijdrage toont Nuna Zekic het belang van het betrekken van de inhoud van cao’s bij rechtsvergelijkend onderzoek op het gebied van arbeidsrecht door de regels omtrent ontslag zoals ze in Nederland en België gelden met elkaar te vergelijken, waarbij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst op initiatief van de werkgever centraal staat.

Overig | Rode draad | Over de grenzen van het recht
december 2011
AA20110897

Ontwikkelingen op het terrein van wetenschappelijk onderzoek met embryo’s

S.F.M. Wortmann

In het onderstaande zal eerst kort worden ingegaan op stamcellen en het zogenoemde therapeutisch kloneren, nauwkeuriger gezegd: celkerntransplantatie. Daarna volgt een kort overzicht van ontwikkelingen in de buitenlandse wetgeving. Ten slotte ga ik kort in op de vraag of niet-levensvatbare embryo’s onder het begrip ‘embryo’ vallen en op het probleem van de schaarste aan donoreicellen.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2006
AA20060719

Op weg naar een constitutioneel hof in Nederland

Rechtsvergelijkende inzichten uit een constitutioneel-design-analyse

J. Goossens, E. ten Hoor

Post thumbnail Constitutionele toetsing staat al een tijd weer volop in de politieke belangstelling. Gelet op het voorstel van de staatscommissie parlementair stelsel in 2018 tot instelling van een constitutioneel hof in Nederland en de opname van dit voornemen door de formerende partijen in het hoofdlijnenakkoord van 16 mei 2024, staat in dit artikel een rechtsvergelijkende analyse centraal van de instellingswetgeving en institutionele waarborgen in België, Duitsland, Frankrijk, Italië en Oostenrijk. Gezien de relatief kwetsbare constitutionele positie van de rechterlijke macht in Nederland is het immers cruciaal om tijdig goed na te denken over constitutioneel design en in het bijzonder ook over de plaats van fundamentele institutionele waarborgen in respectievelijk de Grondwet, een gewone meerderheidswet of een tussencategorie van bijzondere wetgeving.

Bijzonder nummer | Reizen naar Recht
juli 2024
AA20240636

Open wetgeving, open normen

Een normtheorie om normen naar hun inhoud te onderscheiden en te definiëren

P. Rustenburg

Pieter Rustenburg promoveerde op 14 mei 2020 aan de Universiteit Leiden op het proefschrift ‘Een algemene normtheorie toegepast op open normen in het belastingrecht’. In dit artikel vertelt hij over zijn onderzoek.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
december 2020
AA20201202

Opzet, schuld en toeval

T. Wallinga

In dit artikel in de Digesten reeks wordt de oorsprong van de opzet, schuld en toeval in het aansprakelijkheidsrecht besproken aan de hand van het Romeiense recht. Later wordt nog gekeken hoe het zit in het Nederlandse recht.

Overig | Rode draad | Digesten
november 2005
AA20050918

Oscar Pistorius en het Romeinse recht

J.E. Jansen

Oscar Pistorius schoot in 2013 zijn geliefde dood, naar eigen zeggen omdat hij haar aanzag voor een dief. Deze maand staat hij daarvoor terecht, mogelijk met de hoop dat de Romeinsrechtelijke wortels van het Zuid-Afrikaanse recht hem uitkomst zullen bieden. Dat deze hoop waarschijnlijk ijdel is legt Jelle Jansen uit in deze column.

Opinie | Column
maart 2014
AA20140189

Ouderdoding als centraal en ultiem delict

F.A.M.M. Koenraadt

In dit artikel wordt het proefschrift beschreven dat ouderdoding en daarop van toepassing zijnde straffen in Europese landen onderzocht.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
september 1997
AA19970651

Over de erfelijkheid van bezit, goede en kwade trouw

Kan de bona fide erfgenaam van de mala fide erflater een verkrijgende verjaring beginnen?

J.E. Jansen

Post thumbnail

Wat gebeurt er als een bona fide erfgenaam een goed verkrijgt van een mala fide erflater? Naar het voorbeeld van het Romeinse en Franse recht bepaalt ons burgerlijk wetboek dat de kennis en wetenschap van de erfgenaam niet ter zake doen: hij volgt op in het mala fide bezit van de erflater en begint dus geen verkrijgende verjaring ex artikel 3:99 BW. Naar Duits recht is de erfgenaam beter af: bij bona fide verkrijging van het bezit door erfopvolging begint hij verkrijgend te verjaren. Aan de hand van een rechtshistorische en rechtvergelijkende analyse wordt in dit artikel onderzocht of de Nederlandse wetgever dit Duitse voorbeeld zou moeten volgen.

Overig | Rode draad | Historische wortels van het recht
juni 2013
AA20130501

Resultaat 841–852 van de 1133 resultaten wordt getoond