Internationaal Europees en buitenlands recht

Internationaal Strafhof ten onrechte onder vuur

A.L. Smeulers, M. Weerdesteijn

Post thumbnail

Het Internationaal Strafhof ligt onder vuur omdat het zich ten onrechte te veel op Afrikaanse landen en conflicten zou richten. Empirisch onderzoek wijst echter uit dat het Internationaal Strafhof zich conform zijn taak en binnen de beperkte rechtsmacht die het heeft, wel degelijk richt op de meest ernstige situaties.

Opinie | Opiniërend artikel
november 2015
AA20150883

Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten

E.M.H. Hirsch Ballin

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
AA19820239

Internationale arbitrage en fundamenteel recht

UCERF 7 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Internationale echtscheiding en partijautonomie

L. Frohn

In deze bijdrage wordt een beschrijving gegeven van de wijze waarop in het geldende Nederlandse Internationaal Privaatrecht de partijautonomie zich in een grensoverschrijdende echtscheiding manifesteert.

Internationale echtscheiding: het kennelijk ontbreken van een maatschappelijke band

Th.M. de Boer

Hof Arnhem 28 februari 1989, ECLI:NL:GHARN:1989:AD0660, NJ 1990, 15 In deze uitspraak van gerechtshof Arnhem komt aan de orde in hoeverre een werkelijke maatschappelijke band met een bepaald land bestaat waardoor het recht van dit land van toepassing is op echtscheiding. In de onderhavige zaak concludeert het hof dat de band met het verlaten land ontbreekt en dat daarmee Nederlands recht op de echtscheiding van toepassing is. De uitspraak is als het ware een aanleiding voor de annotator om in te gaan op de norm 'maatschappelijke band' uit art. 1 lid 2 WCE.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1991
AA19910252

Internationale fusie als uitoefening van het recht van vrije vestiging (artikel 52 EEG)

C.T. Dekker

Met het oog op de verwezenlijking van de interne markt in de EG, die in 1992 zou moeten plaatsvinden, worden veel fusies verwacht en ook reeds aangegaan. Ook grensoverschrijdende fusies. In dit artikel wordt ingegaan op de vraag hoe die internationale fusie en de rechtsinstrumenten die daarvoor door de Europese Commissie worden voorgesteld (het ontwerp voor een tiende richtlijn inzake het vennootschapsrecht en het ontwerp-Statuut voor de Europese N.V.), moeten worden gezien in het licht van de vrijheid van vestiging, die deel uitmaakt van die tot stand te brengen interne markt.

Bijzonder nummer | Europa 1992
mei 1989
AA19890375

Internationale grondstoffenovereenkomsten

R. Barents

Hogere en vooral stabiele opbrengsten uit de export van de grondstoffen is voor de ontwikkelingslanden van eminent belang. Een middel om dit doel te bereiken zijn de grondstoffenovereenkomsten waaraan dit artikel gewijd is.

juli 1982
AA19820380

Internationale handel, ontwikkelingslanden en de GATT

S. van Thiel

Dit artikel beoogt een bijdrage te leveren tot een beter begrip van de nadelige positie die ontwikkelingslanden hebben toebedeeld gekregen in het internationale handelssysteem, zoals dat na de tweede wereldoorlog, op basis van de door Westerse landen gekoesterde vrijhandelsgedachte, is neergelegd in de General Agreement on Tariffs and Trade.

juli 1982
AA19820345

UCERF 10 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Internationale kinderontvoering in Nederland

M. Jonker

Merel Jonker schrijft over een aantal bevindingen uit recent onderzoek naar (internationale) kinderontvoering.

Internationale kinderontvoering: einde eigenrichting in zicht?

L.M.B. Veraart

Het verschijnsel internationale kinderontvoering, met alle ingrijpende gevolgen die dit meebrengt, is de afgelopen decennia een probleem van steeds grotere omvang geworden. Factoren als de toegenomen internationale mobiliteit en de in veel landen soepeler geworden echtscheidingswetgeving hebben hiertoe bijgedragen. Wat ons land betreft blijkt uit de cijfers van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, dat er jaarlijks dertig tot veertig kinderen uit Nederland naar het buitenland worden ontvoerd. De juridische middelen om deze vorm van eigenrichting ongedaan te maken schieten veelal tekort. Twee in 1980 tot stand gekomen verdragen, in Europees respectievelijk mondiaal verband, beogen hierin verandering te brengen. Een spoedige bekrachtiging door Nederland — en natuurlijk ook door zoveel mogelijk andere landen — verdient dan ook ten zeerste aanbeveling.

Verdieping | Studentartikel
januari 1988
AA19880003

Internationale milieuverontreiniging

Th.M. de Boer

Rechtbank Rotterdam 15 maart 1991, ECLI:NL:RBROT:1991:AC4066, NJ 1992, 91 — tussenvonnis Uitspraak van de Rechtbank Rotterdam waarin een jurisdictie vraagstuk aan de orde is. De vraag is of een aansprakelijkheidsvraagstuk, waarbij een Roemeens schip dat olie heeft gelekt buiten de Nederlandse territoriale wateren maar waarvan de gevolgen aan de Nederlandse kust worden ondervonden, beheerst dient te worden naar Nederlands recht. In de noot wordt uitgebreid op deze problematiek ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1992
AA19920521

Internationale organisaties en het voedselvraagstuk

L. Takkenberg

In dit artikel zullen de institutionele aspecten van internationale organisaties die zich bezig houden met het voedselvraagstuk worden behandeld.

juli 1982
AA19820389