Resultaat 1405–1416 van de 1431 resultaten wordt getoond

Welke rechter oordeelt over de wereldwijde CO2-uitstoot van Shell?

Patroon Legal Design

Aan de hand van de uitspraak Milieudefensie/Shell van de rechtbank Den Haag van 26 juni 2021 brengt Patroon Legal Design in beeld welke rechter bevoegd is om te oordelen over een grensoverschrijdende onrechtmatige daad.

Recht in Beeld
november 2021
AA20210986

Werkgroep Recht en Rassendiscriminatie

J.E. Overdijk-Francis

In dit artikel wordt de oprichting van de werkgroep 'Recht & Rassendiscriminatie' beschreven. Deze werkgroep, die voortkomt uit vier organisaties van juristen uit minderheidsgroepen, heeft het doel om rassendiscriminatie op juridische gronden tegen te gaan. In dit artikel wordt het doel van de werkgroep nader omschreven, de wijze waarop zij dit trachten te bewerkstelligen en wordt de toekomst besproken.

Verdieping | Verdiepend artikel
mei 1990
AA19900288

Westminster Hall

F. Brandsma

Post thumbnail

Frits Brandsma vertelt ons over de rijke geschiedenis van Westminster Hall, waar eeuwenlang recht is gesproken (en blijkbaar ook af en toe een tennisballetje werd geslagen).

Blauwe pagina's | Bouwstenen van het recht
mei 2015
AA20150352

Wet op de studiefinanciering strijdig met artikel 5 EEG-verdrag!

Als je maar lang genoeg wendt of keert...

W. Römelingh

Reactie op een eerder artikel in Ars Aequi waarin betoogd werd dat de regeling rondom OV-jaarkaart in strijd was met art. 5 EEG. De auteur meent dat als je lang genoeg redeneert alles aan de Wet op de Studiefinanciering in strijd is met art. 5 EEG.

Opinie | Reactie/nawoord
juli 1992
AA19920408

UCERF 17 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

What’s in a name? De voornaam van trans personen in het licht van het recht op genderautonomie

P. Cannoot

De voornaam van trans personen in het licht van het recht op genderautonomie. Voornaamswijziging is voor trans personen van groot belang. De auteur gaat voor het Nederlandse en Belgische recht in op het voornamenrecht en wat dat voor trans personen betekent als zij hun voornaam willen wijzigen. Het gaat daarbij om een door artikel 8 […]

Who is taking (back) control of Brexit?

Assessing the implications of the UK Supreme Court decision in Miller

D.W. Carter

Post thumbnail

On 24 January 2017, the UK Supreme Court rendered its judgment in the highly-anticipated Miller v Secretary of State for Exiting the EU. By an 8-3 majority, the court held that in order to start the formal process of leaving the EU, the Government must first seek the approval of Parliament. But despite the controversy surrounding the case, are its likely effects on the immediate Brexit process limited?

Opinie | Opiniërend artikel
april 2017
AA20170301

Wie is Elena Kagan?

E.H. Hondius

Van de US Supreme Court Justices is Elena Kagan een van de minst bekende. Ewoud Hondius zet in deze column de schijnwerper op deze bruggenbouwer in het Supreme Court.

Opinie | Column
november 2020
AA20201013

Wiens soevereiniteit pakt de EU dan af?

Europa als een confederale unie van soevereine lid-volkeren

A. Cuyvers

Post thumbnail Bent u voor de EU of voor het behoud van uw eigen soevereine en democratische staat? Dit is het valse dilemma dat de huidige discussie over de EU structureert en domineert. Deze bijdrage laat zien waarom de EU, nationale soevereiniteit en democratie niet onverenigbaar zijn. Zij kunnen juist verenigd en versterkt worden in een modern confederaal bestel.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
september 2014
AA20140676

Wijziging van de communautaire concurrentievoorschriften van artikel 81 EG: de rechtszekerheid van ondernemingen

B. de Geus

In mededingingsrechtelijke kringen woedt momenteel een verhitte discussie over het voorstel van de commissie tot modernisering van Verordening 17. Een terugkerend element in deze discussie is de rechtszekerheid van ondernemingen. Ondernemingen zouden rechtszekerheid inleveren onder dit stelsel. Schrijver onderzoekt het begrip rechtszekerheid en beoordeelt de mate van rechtszekerheid voor en na dit voorstel.

Verdieping | Studentartikel
november 2001
AA20010855

Willem C. Vis International Commercial Arbitration Moot: van Utrecht tot Wenen

S.A. Kruisinga, L.C. Schoolderman

In de week voor Pasen heeft in het prachtige Wenen de Willem C. Vis International Commercial Arbitration Moot plaatsgevonden. Voor de dertiende maal organiseerde Pace University School of Law (New York), onder leiding van emeritus hoogleraar Eric E. Bergsten, deze succesvolle pleitwedstrijd voor studenten. Meer dan 150 teams afkomstig uit alle werelddelen waren afgereisd naar Wenen om hun pleitkunsten te tonen.

Perspectief | Perspectiefartikel
oktober 2006
AA20060764

Winstdrainage ten gunste van een Ierse concernfinancieringsmaatschappij

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 8 februari 2002, nr. 36 358, ECLI:NL:HR:2002:AB2856, BNB 2002/118 Door een Nederlandse vennootschap aan een Ierse concernfinancieringsmaatschappij betaalde rente op een lening ter financiering van de aankoop van een tweetal concernvennootschappen is in Nederland aftrekbaar. Daaraan staat niet in de weg dat deze rente in Ierland tegen een speciaal tarief van 10% is belast.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2002
AA20020644

Withdrawing from Pre-contractual Negotiations and the Duty of Good Faith Harmonising European Views

M. Jansen, A. Poissonnet, S. Rook, Y. Zhang

In recent times, the issue of harmonisation in the European legal context has provided much debate. In this article, we closely examine the possibilities of harmonisation in the area of European contract law, an area of law as important because of the fundamental nature of its legal principles to any legal system as for the vital role it plays in producing a seamless cross-border transactional market. This article deals with the issue of the duty of good faith in pre-contractual negotiations, taking as its starting point the key Dutch case of CBB/JPO. Are the efforts of parties in negotiating wasted, if no final contract is formed? If not, what are the implications and bases of a principle awarding remedies in such a situation? This article is the first of a series of two. Each of the articles in the series focuses on a different area of contract law. However, both deal with areas in which there is marked disagreement between the various European legal jurisdictions. Moreover, they will both have as their focus a two-fold question: first, what is the most ideal legal position to adopt; and secondly, what difficulties may be encountered both doctrinally and practically if that ideal position is to become the applicable standard in all European jurisdictions. Vegl: CBB/JPO Hoge Raad 12 augustus 2005

Verdieping | Studentartikel
juni 2007
AA20070487

Resultaat 1405–1416 van de 1431 resultaten wordt getoond