Burgerlijk recht

Resultaat 2833–2844 van de 3034 resultaten wordt getoond

Van Berkels derdenbeslag

J.L.P. Cahen

Hoge Raad 25 januari 1991, nr. 14108, ECLI:NL:HR:1991:ZC0122, RvdW 1991, 41 (Van Berkel/Tribosa) In deze uitspraak die nog gewezen is ten tijde van het oude Burgerlijke Wetboek wordt ingegaan op de werking van het derdenbeslag op huurvorderingen bij vervreemding van het object waar de huur uit voortvloeit. De Hoge Raad oordeelt met verwijzing naar het destijds nieuwe art. 475b Rv dat een vervreemding van het object waar de vorderingen waar beslag op is gelegd uit voortvloeien geen invloed heeft op het beslag en dat dit in overeenstemming is met het destijds geldende recht. Ook het feit dat het object waar de huurvorderingen uit voortvloeien executoriaal verkocht is door de eerste hypotheekhouder doet hier niets aan af. In de noot wordt hier dieper op ingegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 1991
AA19910498

Van bestuurdersaansprakelijkheid en het vertrouwen in de kapitaalmarkten; een internationaal perspectief

M.A.M. Wagemakers

In dit artikel wordt ingegaan op de invloed van de economie aan de wet- en regelgeving op het gebied van de bestuurdersaansprakelijkheid door de toegenomen deelname van particulieren aan effecten.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2005
AA20050138

UCERF 16 - Actuele ontwikkelingen in het familierecht

Van Brussel II bis naar Brussel II ter: What’s new? Beschrijving van de herziene verordening en enkele aandachtspunten

L. Frohn

Lisette Frohn gaat in op de herziene ipr-verordening Brussel IIter. Daarin veranderen een aantal zaken vergeleken met de geldende Brussel IIbis verordening. Voor de praktijk is dat van belang, nu aan menige echtscheiding of zaak over ouderlijk gezag een grensoverschrijdend element zit. Helaas is in de nieuwe verordening nog steeds geen definitie opgenomen van het […]

Van De Boedelscheiding tot de afwikkelingsbewindvoerder

B.E. Reinhartz

In 1969 promoveerde prof. mr W.M. Kleijn in Leiden op een proefschrift met de titel: De Boedelscheiding; een dik boek met 468 bladzijden tekst. In het kader van deze bijdrage pik ik daar enkele aspecten uit die ook tegenwoordig nog omstreden zijn. Past de oplossing die de promovendus destijds gaf, ook nog in het huidige tijdsgewicht?

Overig | Rode draad | Onder doctoren
mei 2008
AA20080382

Van den Berge-Verenigde Bootlieden BV

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 31 december 1993, nr. 15181, ECLI:NL:HR:1993:ZC1212, RvdW 1994, 22; NJ 1994, 436 m.nt. Maeijer (Van den Berge/Verenigde Bootlieden BV) Arrest van de Hoge Raad en de daarbij behorende noot waarin de gelijkheid van aandeelhouders centraal staat. Het betreft een bijzondere bv waarbij de werknemers tevens de aandeelhouders zijn. De Hoge Raad oordeelt dat er in casu geen sprake is van een schending van het gelijkheidsbeginsel indien daar een redelijke en objectieve reden voor kan worden aangewezen. In de noot wordt op deze problematiek rondom de gelijkheid van aandeelhouders verder in gegaan. Ook komt de blokkeringsregeling aan de orde.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 1994
AA19940663

Van den Bergh/Van der Walle

A.I.M. van Mierlo

Hoge Raad 29 oktober 2004, nr. C03/166HR, ECLI:NL:HR:2004:AP4504, RvdW 2004, 123 (Van den Bergh/Van der Walle) Conservatoir (derde)beslag op niet benutte kredietruimte is niet mogelijk.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
oktober 2005
AA20050846

Van den Bos-Provincial

J. Hijma

Hoge Raad 29 september 1995, nr. 15759, ECLI:NL:HR:1995:ZC1827, NJ 1996, 89 (Van den Bos/Provincial Insurance) In dit arrest en de daarbij behorende noot wordt ingegaan op het onderwerp rechtsverwerking. Dit gedeelte van het burgerlijk recht wordt vaak onder de derogerende werking van de redelijkheid en billijkheid. De annotator gaat hier dieper op in.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juni 1996
AA19960444

Van Den Haag tot Wenen

Wereldreis in het Nederlands privaatrecht

B.A. Kuiper-Slendebroek

Post thumbnail Deze amuse is een verkenning van het grensgebied tussen internationaal recht en privaatrecht: de internationalisering van het Nederlands privaatrecht. Deze verkenning voert langs nationale en internationale rechtsbronnen en interpretatiemethoden, langs verdragsverplichtingen en de rol van de rechter, om via twee arresten van de Hoge Raad te eindigen bij de toepassing van internationale rechtsnormen in het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht.

Opinie | Amuse
november 2021
AA20210974

Van der Tuuk Adriani-Batelaan

Ongerechtvaardige verrijking

J. Hijma

Hoge Raad 15 maart 1996, nr. 16038, ECLI:NL:HR:1996:ZC2108, RvdW 1996, 74 C (Van der Tuuk Adriani/Batelaan) Uitspraak van de Hoge Raad over een geval van ongerechtvaardigde verrijking in een tijd waarin het NBW nog niet gold. Aangesloten wordt bij de Quint/ Te Poel-formule waarbij aanwijzingen voor ongerechtvaardigde verrijking gevonden dienen te worden in een publiekrechtelijke wet.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 1997
AA19970102

Van der Werf q.q.- BLG

R.D. Vriesendorp

Hoge Raad 8 juni 2007, nr. C05/329HR, ECLI:NL:HR:2007:AZ4569, LJN: AZ4569, RvdW 2007, 552 (Van der Werf q.q./BLG) De noot bij dit arrest van de Hoge Raad sluit aan bij het arrest Ontvanger/Hamm q.q. waarbij de onverschuldigde betaling in faillissement aan de orde is. De Hoge Raad stelt vast dat indien een betaling aan de gefailleerde onmiskenbaar bij vergissing is voldaan, waarbij er van de curator onderzoek mag worden gevergd naar de onverschuldigdheid van de betaling, deze betaling onmiddellijk dient te worden teruggestort aan de betalende partij. Vriesendorp vindt de regeling niet goed en er dient volgens hem meer aansluiting gezocht te worden bij de regels van het Anglo-Amerikaanse recht inzake de 'mistake'.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
februari 2008
AA20080128

Van Dooren q.q./ABN Amro

R.D. Vriesendorp

Hoge Raad 16 juni 2000, nr. C96/2308HR, ECLI:NL:HR:2000:AA6234, www.jwb.nl 2000, 98, RvdW 2000, 156C, NJ 2000, 578 (Van Dooren q.q./ABN Amro) Dit arrest lijkt een afronding te vormen van een ontwikkeling waarbij de Hoge Raad de reikwijdte van de faillissementspauliana, die van artikel 47 Fw in het bijzonder, sterk heeft ingeperkt. Een belangrijk middel om verdachte transacties aan de vooravond van een faillissement ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers te bestrijden lijkt langzamerhand aan de curator ontnomen te zijn. Hij zal in voorkomend geval zijn toevlucht moeten zoeken tot de onrechtmatige daadsvordering, met alle (bewijs) problemen van dien. In deze noot zal ik na een uiteenzetting van de casus en het procesverloop de belangrijkste overwegingen uit het arrest bespreken en enkele elementen daaruit nader beschouwen.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2001
AA20010159

Van Doren/Lifestyle

Ch.E.F.M. Gielen

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 8 april 2002, zaaknr. C-244/00, ECLI:EU:C:2003:204 (Van Doren/Lifestyle) Hof van Justitie Uitleg van artikel 7 lid 1 Merkenrichtlijn; bewijslast bij beroep op uitputting van het merkrecht en de verhouding met artikel 28 en 30 EG-verdrag. De verplichting van degene die zich op uitputting beroept om te bewijzen dat uitputting zich voordoet, is in overeenstemming met artikel 28. Echter, wanneer de derde erin slaagt aan te tonen dat er een reëel gevaar bestaat dat de nationale markten worden afgeschermd, wanneer hij dit zelf moet bewijzen, met name, wanneer de merkhouder zijn waren binnen de Europese Economische Ruimte in de handel brengt door middel van een exclusief distributiesysteem, moet de merkhouder aantonen dat de waren aanvankelijk door hemzelf of met zijn toestemming buiten de Europese Economische Ruimte in de handel zijn gebracht. Indien dat bewijs wordt geleverd, is het vervolgens aan de derde om aan te tonen dat de merkhouder met het daarna in de handel brengen binnen de Europese Economische Ruimte heeft ingestemd.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2004
AA20040185

Resultaat 2833–2844 van de 3034 resultaten wordt getoond