Seksueel binnendringen met de tong


Hoge Raad (strafkamer) 21 april 1998, nr. 107006, ECLI:NL:HR:1998:ZD1026

De wetgever heeft geen beperking willen aanbrengen in de wijze waarop het lichaam wordt binnengedrongen in de zin van artikel 242 Sr (verkrachting). Deze opvatting strookt met de ratio van die bepaling: bescherming van de (seksuele) integriteit van het lichaam. Verhouding tussen art. 242 Sr. en art. 246 Sr. Annotator stelt dat een tongzoen even kwetsend kan zijn als gedwongen geslachtsgemeenschap, al is het aannemelijk dat dat in de praktijk slechts (zeer) zelden het geval zal zijn. Wanneer de wetgever tussen twee verwante delicten een verschil in strafbedreiging van maar liefst vier jaren aanbrengt zou de reden daarvoor toch wel boven elke discussie verheven moeten zijn. Dat blijkt allerminst het geval.


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): Th.A. de Roos

Verschijning: november 1998

Archiefcode: AA19980900

Hoge Raad 21-04-1998 (ECLI:NL:HR:1998:ZD1026) zaaknummer: 107006

delictsomschrijving strafbaarheid verkrachting wetshistorische interpretatie

Strafrecht en criminologie

Annotaties en wetgeving Annotatie