Resultaat 1–12 van de 37 resultaten wordt getoond
H. Nieuwstadt, E.A.G. van Schagen
"Rechtsvinding is vooral een kwestie van subsumptie. Valt feit x onder wettelijke regel y? Alle grote boeken die over rechtsvinding geschreven zijn, gaan eigenlijk over het terrein dat voorbij de wet ligt. Maar dit laat volstrekt onverlet dat men het recht vindt, door in de wet te kijken, en in veel gevallen die wet toe te passen. In een aantal gevallen is subsumptie echter problematisch. Dan zal een wettelijke regeling uitgelegd moeten worden.’
Bijzonder nummer | Multidisciplinaire bestudering van de rechtswetenschapnovember 2007AA20070920
M.W. den Boogert
Ondernemingen kunnen zelfstandig of afhankelijk zijn. Naast afhankelijke ondernemingen die dochterondernemingen in concern- of groepsverband zijn, bestaan er joint venture-ondernemingen die afhankelijk zijn van samenwerkende joint venture-partners zonder dat zij behoren tot het concern of de groep van een van de partners. Wordt de joint venture-onderneming uitgeoefend in de vorm van een NV of een BV, dan kan een spanningsveld ontstaan tussen de dwingendrechtelijke wettelijke inrichting van de NV en de BV en de wens van de samenwerkende partners hun ondernemersdoelstelling in de joint venture-vennootschap tot gelding te kunnen brengen.
Bijzonder nummer | Joint Venturesmei 1995AA19950354
J. Struycken
Onder bijzondere omstandigheden kan een moedervennootschap aansprakelijk zijn voor de schulden van een dochtervennootschap met beperkte aansprakelijkheid. In dit artikel wordt uiteengezet welke die omstandigheden zijn en of die omstandigheden anders zijn wanneer het gaat om schulden van een joint venture-vennootschap.
Bijzonder nummer | Joint Venturesmei 1995AA19950392
L. Mommers
Je hoort mensen wel eens zeggen dat regels regels zijn – zelfs politici maken zich daar soms schuldig aan. Het misverstand is dat regels zich zouden lenen voor feilloze toepassing – zoals Montesquieu de ideale rechter zag als ‘bouche de la loi ’. Probleem is dat je om dit te bereiken, de regels zo speci- fiek moet maken dat ze weliswaar eenvoudig toepasbaar zijn, maar ook leiden tot grote rigiditeit. Dat is in een notendop het risico van toepassing van informatica bij de uitvoering van juridische taken: informatica vraagt om specificiteit vooraf, om zeer nauwkeurige instructies. Maar het recht vraagt om ruimte voor discretionaire bevoegdheden en open normen die geschikt zijn om toe te passen op nieuwe, onvoorziene situaties. In deze bijdrage gaat het over de inhoudelijke en metho-dologische wrijvingen die voortvloeien it dit verschil tussen recht en informatica.
Bijzonder nummer | Multidisciplinaire bestudering van de rechtswetenschapnovember 2007AA20070837
J.W.H. Lemmen, D.W. van Maurik, L. Münchow, E.E. Nauta, J.T. Tegelaar, B.F.M. Vulto
Het jaarlijks terugkerende Bijzonder Nummer van Ars Aequi staat dit jaar in het teken van privacy. In dit Woord vooraf zet de redactiecommisie uiteen wat de aanleiding voor het maken van dit nummer was, en welke onderwerpen aan bod komen.
Bijzonder nummer | Privacyjuli 2019AA20190530
P.J. Uitermark
De joint venture is een van de vele vormen van (strategische) samenwerking in het bedrijfsleven. Een algemeen aanvaarde definitie ervan kennen we niet, zodat de omvang van het verschijnsel niet nauwkeurig bekend is. Moeilijk te zeggen is evenzeer wat met de joint venture in het algemeen gesproken, wordt beoogd. De joint venture wordt ingezet in de concurrentiestrijd op de (wereld-)markt. Hoe en wanneer dit wapen wordt ingezet hangt af van de marktontwikkeling. Het is vaak een weinig kostbare en mede daardoor ook risicobeperkende manier om een nieuwe ondernemingsstrategie te beproeven.
Bijzonder nummer | Joint Venturesmei 1995AA19950347
R. Ludding
In de marktgeoriënteerde economieën van de Lid-Staten van de Europese Unie is de mededinging tussen ondernemingen een drijvende kracht, het belangrijkste mechaniek voor het (uiteindelijk) efficiënt aanwenden van schaarse productiemiddelen, een stimulator van vernieuwing. Zowel op nationaal als op Europees niveau bestaan rechtsregels die ondernemingen weliswaar niet tot actieve concurrentie verplichten, maar wel beogen ondernemersgedrag dat tot een afnemende intensiteit of kwaliteit van de mededinging leidt of kan leiden, aan banden te leggen. Een gemeenschappelijke onderneming kan onder omstandigheden een merkbare beperking van de mededinging (tussen de partners onderling of tussen hen en derde-ondernemingen) tot gevolg hebben. Deze bijdrage bespreekt de beoordeling van dat gevolg naar Europees en nationaal recht.
Bijzonder nummer | Joint Venturesmei 1995AA19950409
W. Brink
De keuze van de structuur van een joint venture wordt voor een gedeelte bepaald door fiscale motieven. Kennis van de fiscale gevolgen van een bepaalde structuur is derhalve belangrijk. Bij de totstandkoming van een joint venture structuur dreigt het risico van een tussentijdse afrekening voor de inkomsten- of vennootschapsbelasting. Onderzocht wordt op welke wijze fiscaal gefacilieerd een dergelijke structuur kan worden opgezet of op welke wijze zo'n structuur juist 'geruisloos' kan worden verlaten.
Bijzonder nummer | Joint Venturesmei 1995AA19950361
J.M. van Dunné
In dit artikel wordt ingegaan op de kwaliteit van de rechtshulp in civiele zaken door advocaten waarbij de constante scholing van advocaten, ongelijkheid van procespartijen, bescherming van de zwakkere partij aan de orde komt. Ook wordt er ingegaan op de taak van de Hoge Raad en het openbaar ministerie bij de bescherming van de zwakkere partij en het nut van class actions en de action civile bij de rechtsbescherming voor de zwakkeren in de samenleving.
Bijzonder nummer | Krom~recht, over misstanden in het rechtjuli 2005AA20050545
H.J.M.N. Honée
Er zijn uiteenlopende mogelijkheden om in een joint venture te komen tot een oplossing van conflictueuze situaties. Meestal worden deze uitgewerkt in de joint venture-overeenkomst. Zijn de activiteiten van de joint venture ondergebracht in een BV, dan zal, in het concrete geval de gevonden oplossing doorwerken in de vennootschappelijke verhoudingen. De vraag die dan opkomt, is of de contractuele regeling ter beslechting van geschillen tussen de partners niet ook, en zelfs beter, in de statuten van de joint venture-BV kunnen worden verankerd.
Bijzonder nummer | Joint Venturesmei 1995AA19950376
W.M. Schrama
In deze bijdrage staat mijn proefschriftonderzoek centraal naar de juridische implicaties van het ongehuwd samenleven in het Nederlandse en Duitse recht. Het grootste deel daarvan bestaat uit een rechtswetenschappelijke analyse van het ongehuwd samenleven in beide rechtsstelsels. Daarnaast is een literatuurstudie uitgevoerd naar sociaal-wetenschappelijk onderzoek naar het ongehuwd samenleven in Nederland en Duitsland. Het combineren van beide perspectieven op het ongehuwd samenleven geeft aanleiding tot enkele reflecties op multidisciplinair onderzoek. In het bijzonder wordt enerzijds ingegaan op de meerwaarde van een dergelijke benadering en anderzijds op de concrete knelpunten die zich bij dit onderzoek hebben voorgedaan. Het onder de aandacht brengen van deze benadering is zinvol, omdat multidisciplinair onderzoek veelbelovend lijkt en binnen het privaatrechtelijk onderzoek in toenemende mate belangstelling geniet, maar er tot op heden binnen dit rechtsgebied weinig theorievorming bestaat over de methodologische aspecten en de praktische uitvoering ervan.
Bijzonder nummer | Multidisciplinaire bestudering van de rechtswetenschapnovember 2007AA20070869
M. Herweijer
In dit artikel wordt beschreven hoe er onderzoek wordt gedaan naar de effectiviteit van bestuursbesluiten. Dit is voor bestuursorganen waardevolle informatie en gebruiken daarvoor verschillende onderzoeksmethoden.
Bijzonder nummer | Multidisciplinaire bestudering van de rechtswetenschapnovember 2007AA20070895