Vind een Maandblad-aflevering
Kies de maand en het jaar waarin het nummer dat je zoekt is verschenen en ga naar de aflevering.
* Van 2012 tot en met heden vind je naast de artikelen van de betreffende maand ook het volledige nummer integraal.
* Vóór 2012 vind je per nummer alleen de losse artikelen die in dat nummer zijn verschenen en kun je niet het volledige nummer integraal bekijken.
Maandblad januari 2024





De praktische uitwerking van een wettelijke regeling loopt zelden exact volgens de bedoelingen van de wetgever. In sommige gevallen blijkt de uitwerking zelfs haaks te staan op de initiële intenties. Dit thema staat centraal in de Blauwe Pagina’s van 2024, getiteld ‘Verdraaid recht’. In de eerste bijdrage in deze reeks trapt Vivian Bij de Vaate de verkenning naar ongerijmdheden tussen recht en werkelijkheid af met een voorbeeld uit het arbeidsrecht: de ketenregeling van artikel 7:668a BW. Gelet op het aantal wijzigingen dat het artikel het afgelopen decennium heeft ondergaan, biedt deze regeling een uitgelezen kans om de tegenstrijdigheden tussen de bedoelingen van de wetgever en de praktijk te bezien.
Dat de geschiedenis van de menselijke gedraging als voorwaarde voor strafbaarheid wordt uiteindelijk niet in de eerste plaats bepaald door ons mensbeeld, maar vooral door de maatschappelijke en de sociale context waarin het strafrecht fungeert, legt Joeri Bemelmans uit in deze amuse.
De Nederlandse arbeidsmarkt is in beweging, dus moet het arbeidsrecht meebewegen. Dit keer raakt het de kern van het arbeidsrecht: artikel 7:610 BW. Ondernemerschap lijkt een plaats te veroveren als contra-indicatie van een arbeidsovereenkomst, maar hierover is nog veel discussie. Dit artikel beschrijft de discussie over ondernemerschap en bevat een verkennend jurisprudentieonderzoek naar ondernemerschap in de kwalificatievraag.
Het Amerikaanse chemieconcern 3M werd in België veroordeeld wegens bovenmatige burenhinder door het veroorzaken van verontreiniging met forever chemicals. Deze bijdrage bespreekt het Belgische recht over bovenmatige burenhinder. Ook voor Nederlandse juristen kan deze uitspraak relevant zijn. De PFASverontreiniging heeft zich ook naar Nederland verspreid. Het Belgische recht kan daarbij mogelijk rechtstreeks relevant zijn op basis van het internationale privaatrecht. Indirect kan het een inspiratiebron zijn voor Nederlandse vorderingen.
Sommige Kamerleden slagen erin om meerdere volksvertegenwoordigende functies te combineren. Naast Kamerlid zijn zij, bijvoorbeeld, ook gemeenteraadslid. Hoewel te betwijfelen valt of deze leden voldoende tijd en energie in beide functies kunnen steken, betoogt de auteur dat dit onvoldoende reden is om dit soort dubbelmandaten te verbieden. Een wettelijk verbod is niet goed te rijmen met de gedachte achter de huidige incompatibiliteitenregeling.
Op 28 april 2023 verbood de voorzieningenrechter in Den Haag donor Jonathan op straffe van een dwangsom om nog zaad te doneren. De eisers in deze zaak stellen dat de donor tegen zijn beloftes in minstens 550 kinderen blijkt te hebben verwekt, zowel via zaadbanken van klinieken als via spermadonatie direct aan wensouders. Hoe kon dit gebeuren en vooral (hoe) kunnen we dit soort excessen in de toekomst voorkomen?
Nepnieuws raakt ons allemaal. Toegang tot betrouwbare digitale informatie kan worden gezien als een zogenaamd primary good en is voor alle burgers van levensbelang. Door de snelle opkomst van sociale media wordt nepnieuws in toenemende mate een groot maatschappelijk probleem. Dit artikel toont aan waarom het niet voldoende is om nepnieuws met juridische en technologische middelen te bestrijden, en pleit voor een educatieve aanpak.
Op 30 juni 2023 organiseerden drie redactieleden van Ars Aequi aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Radboud Universiteit Nijmegen een panelgesprek over werk- en prestatiedruk in de rechtswetenschap, waaraan hoogleraren, universitair (hoofd)docenten en (docent-)promovendi deelnamen. Tijdens het gesprek is stilgestaan bij oorzaken van werk- en prestatiedruk, maar ook bij mogelijke oplossingen. De deelnemers concludeerden dat enige mate van druk inherent is aan intellectueel topwerk, maar identificeerden ook mogelijke manieren om werk- en prestatiedruk te verminderen.