Shop

Resultaat 1873–1884 van de 12335 resultaten wordt getoond

De ontneming van wederrechtelijk voordeel in verhouding tot het EVRM

C. Philips

Is de Nederlandse regelgeving ter zake van de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel (art.36e Sr)strijdig met de onschuldpresumptie van artikel 6 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM),wanneer niet buiten redelijke twijfel kan worden vastgesteld dat de betrokkene het strafbaar feit ter zake waarvan de vordering is ingesteld heeft gepleegd,en evenmin kan worden vastgesteld dat hij vermogensbestanddelen bezit waarvan hij de herkomst niet kan verklaren? Op 1 maart 2007 deed het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM)een opmerkelijke uitspraak in de zaak Geerings versus Nederland, waarin geconcludeerd werd dat de in die zaak op artikel 36e lid 2 Sr gebaseerde ontnemingsmaatregel onverenigbaar is met artikel 6 lid 2 EVRM. Vegl: EHRM 1 maart 2007, LJN: BA1112

Verdieping | Verdiepend artikel
juli 2007
AA20070583

De ontwikkeling van carrière-oriëntaties van rechtenstudenten: over morele dilemma’s en private interest shift

De ontwikkeling van het strafrecht in Nederland van 1795 tot heden (Digitaal boek)

A.G. Bosch

Post thumbnail De ontwikkeling van het materiële strafrecht en het strafrechtproces wordt geschetst tegen de achtergrond van twee eeuwen geschiedenis van Nederland.

9789069167558 - 11-08-2011

De onveilige baarmoeder

M.K. Jungschleger

Is het niet het recht van het kind, als gekozen wordt voor het voldragen van de zwangerschap, om prenataal beschermd te worden? En biedt de nationale en internationale wetgeving niet de mogelijkheid, misschien zelfs wel de plicht, kinderen prenataal te beschermen? De huidige opinie: het ongeboren kind heeft geen rechten, met als gevolg de onmogelijkheid van bescherming van het ongeboren kind tegen vermijdbare schade door doen en nalaten van de aanstaande moeder, dient te worden herzien.

Verdieping | Verdiepend artikel
mei 2002
AA20020339

De onverjaarbaarheid van internationale misdrijven

R.A. Kok

Dit proefschrift behandelt het al dan niet onverjaarbaar zijn van de ernstigste internationale misdrijven.

Literatuur | Proefschriftbijdrage
juli 2007
AA20070615

De onvolledig ingevulde subsidie-aanvraag

L.J.A. Damen

Afdeling rechtspraak Raad van State (ARRvS) 18 augustus 1993, ECLI:NL:RVS:1993:AQ0607, R01.91.1682, ABkort 1993, 961. Dit is een uitspraak van de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State onderhevig aan het pre-Awb-recht. In de zaak is sprake van een niet-volledig ingevulde subsidie-aanvraag. De ARRvS doet nog uitspraak naar het oude recht en anticipeert niet op de destijds nog niet geldende Awb. In de noot wordt ingegaan op de komst van de Awb, de anticipatie en de casus zelf.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
januari 1994
AA19940029

De onzichtbare ambtenaar

Extern optreden van ambtenaren: de Oekaze-Kok onder de loep

R. Bekker

Post thumbnail Hoever kunnen ambtenaren gaan bij hun externe optreden? Sinds begin jaren 70 bestaan daarvoor bij het rijk Aanwijzingen van de minister-president, sinds 1998 ook wel bekend als de Oekaze-Kok. Die gaan over hun vrije meningsuiting en over hun contacten met Kamerleden en journalisten. Voor die contacten hebben ze toestemming nodig. Gaandeweg is dat regime versoepeld, in december 2020 zijn nieuwe Aanwijzingen vastgesteld.

Opinie | Opiniërend artikel
april 2021
AA20210346

De oorsprong van de term persoon in het Westerse recht

R.R. Brouwer

Post thumbnail

"‘Persoon’ gaat terug op het individuele masker dat werd gebruikt in Etruskisch-Romeinse grafrituelen én op het algemenere masker dat in zwang kwam in het Griekse theater. Via de in Rome werkende denker Panaetius (ca. 185-ca. 110) komt deze dubbele oorsprong van persoon terecht in de beginnende rechtswetenschap en wordt zo een centrale term in het westerse recht."

Verdieping | Verdiepend artikel
april 2018
AA20180281

De oorzaak van de verbintenis uit overeenkomst

G.J. Scholten

Mr. G.J. Scholten promoveerde op 28 september 1934 te Amsterdam met het onderwerp 'De oorzaak van de verbintenis uit overeenkomst'.

december 1985
AA19850744

De openbaarmaking van wetenschappelijke onderzoeksgegevens

A.H.A. Mohammad, Y.E. Schuurmans

Afdeling bestuursrecht Raad van State (ABRvS) 31 januari 2018, ECLI:​NL:​RVS:​2018:​321, nr. 201700494/1/A3 (Raad van bestuur NWO/Bureau Jansen en Janssen)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2018
AA20180393

De openbare verdediging van proefschriften: kers op de taart of spelbreker?

R.A.J. van Gestel

Post thumbnail Mede naar aanleiding van een Tilburgse promotie, waarbij het doctoraat in eerste aanleg werd geweigerd vanwege een beweerdelijk ondermaatse verdediging, wordt hier de rol van de openbare verdediging bij promoties onderzocht. De stelling die wordt verdedigd is dat die verdediging een ceremoniële rol vervult die niet mag leiden tot weigering van het doctoraat nadat de dissertatie door de promotiecommissie is goedgekeurd. Indien universiteiten daarin verandering willen brengen zullen niet alleen de beoordelingscriteria voor de verdediging moeten worden geëxpliciteerd, maar behoren er ook extra eisen aan promotiecommissies gesteld te worden.

Perspectief | Perspectiefartikel
oktober 2022
AA20220814

De opgedrongen verrijking

T. van der Linden

Post thumbnail Teun van der Linden onderzoekt in dit artikel de problematiek rondom de opgedrongen verrijking. In hoeverre kan de verrijkte aansprakelijkheid uit hoofde van ongerechtvaardigde verrijking ontlopen met het verweer dat hem een bestedingspatroon is opgedrongen? Om deze vraag te beantwoorden belicht hij eerst het theoretische fundament van het verrijkingsrechtelijke uitgangspunt dat een opgedrongen verrijking niet voor schadevergoeding in aanmerking komt. Deze vuistregel is terug te voeren op het aan het systeem van het vermogensrecht ten grondslag liggende autonomiebeginsel. Betoogd wordt dat voor het antwoord op de gestelde vraag van doorslaggevend belang is in hoeverre de verrijkte daadwerkelijk in zijn autonomie wordt aangetast als hij schadevergoeding moet betalen. Van der Linden illustreert deze stelling aan de hand van een aantal casusposities die in het verlengde liggen van de zaakwaarneming, de precontractuele fase en onbevoegde vertegenwoordiging.

Verdieping | Verdiepend artikel
januari 2013
AA20130011

Resultaat 1873–1884 van de 12335 resultaten wordt getoond