Internationaal Europees en buitenlands recht

Resultaat 121–132 van de 1449 resultaten wordt getoond

De aanstaande Europese richtlijn over passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven: een mooi maar ingewikkeld initiatief

C. de Groot, L.A. Gunneweg

Post thumbnail Na een bewogen proces is er overeenstemming bereikt over het voorstel voor een Richtlijn inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid. Ondernemingen zullen verplicht zijn om maatschappelijke zorgvuldigheid te betrachten bij het uitvoeren van hun activiteiten en zullen daarnaast een klimaattransitieplan moeten vaststellen. In dit artikel zullen wij ingaan op de verplichtingen van (moeder)ondernemingen, de handhaving van deze verplichtingen en enkele aandachtspunten.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2024
AA20240833

De actuele discussie over de doodstraf in de Verenigde Staten

R. van der Hulle

Post thumbnail

Een van de meest omstreden onderwerpen in de Verenigde Staten is de doodstraf. Hoewel de doodstraf ten tijde van de vaststelling van de Amerikaanse Grondwet een breed aanvaarde straf was, is de discussie over de grondwettigheid van deze straf recentelijk opnieuw opgelaaid.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2018
AA20180130

De Adviescommissie Mensenrechten en Buitenlands Beleid

C. Flinterman

In dit artikel wordt ingegaan op de Nederlandse Adviescommissie Mensenrechten en Buitenlands Beleid. De Adviescommissie, die mede is ingesteld na een beleidsnotitie over mensenrechten in buitenlands beleid uit 1979, brengt de minister van buitenlandse zaken advies uit op tal van zaken rondom de mensenrechten die door het buitenlands beleid geraakt worden.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 1992
AA19920096

De afscheiding van de Krim en het internationaal recht

C.M.J. Ryngaert

Post thumbnail De dag na het referendum over de afscheiding van Oekraïne riep de Hoge Nationale Raad van de Krim op 11 maart 2014 de onafhankelijkheid van de Krim uit en verzocht hij andere staten de Krim als een onafhankelijke staat te erkennen. De onafhankelijkheid was slechts een overgangsfase want de Krim zocht, in overeenstemming met de resultaten van het referendum, vervolgens aansluiting bij de Russische Federatie. Op 18 maart 2014 ondertekenden de leiders van de Krim en de Russische Federatie formeel een toetredingsakkoord. In deze opinie reflecteert de auteur over de vraag of een entiteit zoals de Krim eenzijdig haar onafhankelijkheid kan uitroepen, zich kan afscheiden van de moederstaat, en zich gebeurlijk bij een andere staat kan voegen.

Opinie | Opiniërend artikel
juni 2014
AA20140438

De algemene exceptieclausule in het internationaal privaatrecht

B. Hooimeijer

In het internationale privaatrecht wijst het conflictenrecht het recht aan dat op een internationale rechtsverhouding van toepassing is. Een algemene exceptieclausule biedt de rechter de mogelijkheid om het door de conflictregel aangewezen recht buiten toepassing te laten en hiervoor in de plaats een ander recht toe te passen waarmee de rechtsverhouding 'nauwer verbonden' is. Is het zinvol om de rechter in de vorm van een wettelijke algemene exceptieclausule de mogelijkheid te bieden van het aangewezen recht af te wijken? Zo ja, hoe zou een algemene exceptieclausule eruit moeten zien? Deze vragen zijn het onderwerp van dit artikel.

Verdieping | Studentartikel
april 1996
AA19960227

De Algemene verordening gegevensbescherming

J.P. de Jong

Op 27 april 2016 werd in Brussel de Algemene verordening gegevensbescherming vastgesteld. De verordening komt in de plaats van de nu nog geldende EU-privacyrichtlijn. De verordening vormt samen met een richtlijn voor de gegevensbescherming op het gebied van de opsporing, de vervolging en de strafrechtstoepassing de algehele herziening van het gegevensbeschermingsrecht van de Europese Unie. Over dit pakket onderhandelden het Europees Parlement en de Raad ruim vier jaar. Deze bijdrage blijft beperkt tot de verordening. Enkele hoofdlijnen worden besproken.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
oktober 2016
AA20160770

De Amerikaanse presidentsverkiezingen voor de rechter

Over politieke benoemingen, conservatieve rechters en Trumps grote misrekening

R. van der Hulle

Post thumbnail De Amerikaanse presidentsverkiezingen op 3 november 2020 tussen president Donald Trump en zijn Democratische tegenstander Joe Biden kunnen in veel opzichten historisch worden genoemd. De opkomst bij deze verkiezingen was nog nooit zo hoog. Niet eerder behaalden beide presidentskandidaten zoveel stemmen. En sinds lange tijd werd een zittende president niet herkozen. Na op de verkiezingsdag de overwinning te hebben geclaimd, zag Trump zijn voorsprong al snel verdampen in het voordeel van Biden. Daarop startte Trump een groot aantal gerechtelijke procedures met als doel alsnog tot winnaar te worden uitgeroepen. Met de benoeming van veel conservatieve rechters gedurende zijn ambtstermijn zag Trump deze procedures met vertrouwen tegemoet. Dat vertrouwen bleek echter tevergeefs.

Verdieping | Verdiepend artikel
mei 2021
AA20210471

De anonieme getuige: een vervolgverhaal

C.P.M. Cleiren

Europees Hof voor de rechten van de Mens (EHRM/ECHR) 26 maart 1996, Application no. 20524/92, ECLI:CE:ECHR:1996:0326JUD002052492 (Doorson v. The Netherlands) Het Hof overweegt dat artikel 6 EVRM niet expliciet vereist dat de belangen van getuigen in het algemeen en van slachtoffer/getuigen in het bijzonder in overweging worden genomen. De belangen van getuigen en slachtoffers bij leven, vrijheid en veiligheid worden — zo overweegt het Hof — in principe beschermd door andere bepalingen van het Verdrag, wat impliceert dat verdragspartijen hun strafprocedures zodanig moeten inrichten dat deze belangen niet ongerechtvaardigd in gevaar komen. Tegen deze achtergrond vereisen beginselen van fair trial wèl dat in daarvoor in aanmerking komende gevallen de belangen van de verdediging worden afgewogen tegen die van getuigen of slachtoffers die worden opgeroepen om te getuigen. Waar aan de ene kant de behoefte bestaat aan een verklaring van de getuige en aan de andere kant de noodzaak hem te beschermen tegen mogelijke vergeldingsacties van de kant van de verdachte kan dit een relevante reden zijn om de getuige anonimiteit te garanderen.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1996
AA19960585

De autonomie van de Europese rechtsorde en de voorrang van EU-recht: materiële en institutionele aspecten

Y.L. Bouzoraa, J. Lindeboom

Post thumbnail De doctrines van autonomie en voorrang van EU-recht zijn al decennialang controversieel. Deze bijdrage analyseert de betekenis van en verhouding tussen beide doctrines in het licht van de rechtsfilosofie van H.L.A. Hart en Joseph Raz. Naar aanleiding van het recente PSPP-arrest van het Bundesverfassungsgericht bespreekt deze bijdrage daarnaast de positie van het Hof van Justitie in deze autonome Europese rechtsorde.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 2021
AA20210258

De Balten en hun medelanders

De nationaliteitswetgeving in de Baltische wet bestuursrecht

P. van Krieken

Artikel dat zijn aanleiding vindt een redactioneel artikel over statenloosheid in de Baltische staten. In het artikel wordt de nationaliteitswetgeving, naturalisatie, taalwetten en de status van medelanders in de Baltische staten geschetst.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 1993
AA19930174

De beoordeling van het communautair belang bij het afwijzen van een klacht wegens misbruik van machtspositie in de postsector

De Europese Commissie en het Gerecht vatten hun taak te licht op

E.M.H. Loozen, K.J.M. Mortelmans

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EU) 4 maart 1999, ECLI:EU:C:1999:116, zaak C-119/97P (Union française de l’express (UFEX), voorheen Syndicat français de l’express international (SFEI) tegen Commissie van de EG) Onderstaand arrest gaat over de klacht die een organisatie van Franse koeriersdiensten heeft ingediend tegen de Franse Post. Aan bod in dit arrest komen onder andere de misbruik die Franse Post zou maken van zijn machtspositie, kruissubsidiëring.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juli 1999
AA19990573

De beperkte betekenis van mededingingsrechtelijke beginselen voor het ontstaan van een interne Euregionale bouwmarkt na 1992

H. Nijholt

In deze bijdrage wordt ingegaan op de betekenis van het gemeentelijk (aanbestedings)beleid voor het ontstaan van een interne Europese (bouw)markt. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de mededingings- en ordeningspolitieke aspecten van het aanbestedingsrecht. Te veel accent op uitsluitend het mededingingsaspect brengt het ontstaan van die interne markt in gevaar.

Bijzonder nummer | Europa 1992
mei 1989
AA19890436

Resultaat 121–132 van de 1449 resultaten wordt getoond