Inleiding
1 Onrechtmatig toegebrachte schade moet worden vergoed
2 Aansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig handelen
3 Kwalificatie en toerekening van gedrag
4 Opzet van dit cahier
Hoofdstuk 1 De complexe relatie tussen de verschillende onrechtmatigheidsvormen
5 Het paard van de professor
6 De Zutphense juffrouw en de ontrouwe bediende van Lindenbaum
7 Onrechtmatigheid en nadere toetsing
8 Schut en Hartkamp
9 Van abstract naar concreet
10 Gelaagde structuur
Hoofdstuk 2 Onrechtmatigheidsvormen en nadere toetsing
A Strijd met een wettelijke norm
11 Vraagstelling
12 Onrechtmatigheidsoordeel uitsluitend gebaseerd op wetsovertreding
13 Schending van de wettelijke norm niet doorslaggevend: Smits
14 De Twee Gezusters
15 De ondeugdelijke installatie
16 Valse tanden
17 Géén aansprakelijkheid (onrechtmatigheid) ondanks overtreding van de wettelijke norm
18 De linksaffer in de mist
19 Een andere techniek: de relatieve betekenis van de normschending
20 De brandstichting
21 Discussie over de noodzaak van het relativiteitsvereiste
22 De rol van de rechtvaardigingsgrond
23 Prima facie onrechtmatig
24 Sterkere bewijspositie
25 Concluderend
B De rechtsinbreuk
26 Overzicht
27 Wat beoogt de wetgever met het inbreukcriterium?
28 Bevat de inbreuk zelf een gedragsnorm?
29 Enkele inbreuk onrechtmatig?
30 Is steeds de enkele inbreuk onrechtmatig?
31 Geen inbreuk aangenomen
32 Kraaien en roeken
33 Aalscholvers
34 De geplette Opel Kadett
35 Taxus
36 De verzilte boomgaard
37 Het vrijende paartje
38 Nadere toetsing aan rechtvaardigingsgrond
39 Sterkere positie van degeen die zich kan beroepen op de schending van een subjectief recht
40 Concluderend
C Strijd met ongeschreven recht
41 Wat is ongeschreven recht?
42 Kelderluik
43 Wegverkeer
44 Veenbroei
45 Bussluis
46 Dubbele verkoop
47 Een ongelukkige samenloop van omstandigheden
48 Voetballers
49 Tennisspel
50 Concluderend
Hoofdstuk 3 De toerekening van onrechtmatig gedrag aan de dader
51 De functie van het schuldbegrip
52 De Jaguar
53 Kinderen
54 De weigerachtige officier
55 Schuld en (juridische) verwijtbaarheid
56 Toerekenen op grond van de in het verkeer geldende opvattingen
57 De schuld is in beginsel gegeven
58 Groepsaansprakelijkheid
59 Concluderend
Hoofdstuk 4 Conclusie
60 Waarom bestaat er zo veel verwarring?
61 Wat is nog de rol van het schuldbegrip?
62 Wat zou er in de wet moeten staan?
63 Welke conclusies kunnen wij trekken voor de praktijk?
64 Uiteindelijk maar één vraag