Hoe komen juridische begrippen en regels aan hun betekenis?

Het belang van de taalfilosofie van de latere Wittgenstein voor de rechtsgeleerdheid


Hoe komen begrippen als ‘rechtssubject’, ‘rechtspersoon’, ‘rechtshandeling’, ‘bestuursorgaan’ en andere abstracties aan hun betekenis? Hoe komt het dat juridische termen en wettelijke voorschriften in de loop van de tijd van betekenis kunnen veranderen? Wat verklaart dat de inhoud van het EVRM bepaald wordt door de jurisprudentie van het EHRM? De taalfilosofie van Wittgenstein is bij uitstek geschikt om dergelijke vragen te beantwoorden. Deze bijdrage biedt een inleiding in een van de belangrijkste filosofen van de 20e eeuw en maakt diens inzichten operationeel voor de rechtsgeleerdheid. Daarbij treedt een onvermoede verwantschap tussen rechtswetenschap enerzijds en logica en wiskunde anderzijds aan het licht.

Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): , J.W.A. Fleuren

Verschijning: juli 2015

Archiefcode: AA20150568

Metajuridica Rechtsfilosofie

Bijzonder nummer Recht & taal