Een verschoningsrecht voor mediators?


De juridische beroepsgroep die de laatste tien jaar het meest in omvang toenam (zowel absoluut als relatief) is die van de mediators. Per 1 juli 2009 stonden 4.270 mediators ingeschreven in een door het Nederlands Mediation Instituut (NMI) bijgehouden register, terwijl het in 1999 om nog maar 1018 mediators ging. Anders dan ‘advocaat’ of ‘notaris’ mag iedereen zich ‘mediator’ noemen, want het betreft een vrij beroep zonder dat er (nog) een wettelijke regulering bestaat, zodat het aantal personen dat zich ‘mediator’ noemt hoger ligt dan het genoemde aantal van 4.270. Dat sprake is van zo’n diverse groep ‘mediators’ heeft directe gevolgen gehad. In een uitspraak van de Hoge Raad van 10 april 2009 is duidelijk gemaakt dat een ‘mediator’ (nog) geen beroep kan doen op het verschoningsrecht. Willen we dat er een inbreuk wordt gemaakt op het verkrijgen van de ‘Waarheid’, waartoe in beginsel een spreekplicht geldt? Vinden we de werkzaamheden van mediators belangrijk genoeg om een dergelijke inbreuk te accepteren?


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): A.W. Jongbloed

Verschijning: april 2010

Archiefcode: AA20100246

mediation spreekplicht verschoningsrecht waarheidsvinding