Ars Aequi juni 2019


Het maken en delen van filmpjes en foto’s is tegenwoordig zo gemakkelijk, dat bijna van alle facetten van het leven wel beeldmateriaal te vinden is op internet. Dat is niet altijd een positief gegeven. Zo is het maken en delen van foto’s en filmpjes van verkeersongevallen en slachtoffers daarvan iets wat steeds vaker gebeurt. Lang niet iedereen vindt dat wenselijk, maar strafbaar is het in Nederland nog niet. Tineke Cleiren & Jeroen Ten Voorde buigen zich over de vraag of Nederland het Duitse voorbeeld moet volgen en dit gedrag wel strafbaar gesteld moet worden. Marthe Goudsmit schrijft over het delen van privébeelden. Ze is in haar artikel zeer kritisch over het wetsvoorstel voor artikel 139h Sr, dat ‘wraakporno’ moet verbieden en legt uit waarom de term ‘wraakporno’ misleidend is.

In dit dikke nummer schrijven Lolke Braaksma, Kars de Graaf & Martha Roggenkamp over de juridische mogelijkheiden om kolencentrales te sluiten, Jurian Langer & Jasper Krommendijk bekijken hoeveel ruimte de hoogste Nederlandse rechters hebben en nemen om prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie en Mathijs Giltjes legt uit waarom volgens hem Ahold Delhaize het gebod tot openbaarmaking van voorwetenschap heeft geschonden.

Verder neemt Simon Plemp de tentamenfrauderegelingen in het hoger onderwijs onder de loep. De Rode Draad gaat deze maand over hoe commerciële belangenbehartigers in collectieve acties de toegang tot het recht vergroten, maar ook de deur kunnen dichtgooien. Op de Blauwe Pagina’s vergelijkt Paul Jager het enquêterecht van Curaçao en Sint-Maarten met dat van Nederland. Tot slot zijn er ook nog vijf annotaties (over ongehuwde en ongeregistreerde samenwoners zonder samenlevingscontract, een Hindoestaanse Tempel, witwassen, afstand en gezichtspunten in het octrooirecht en de Brexit), en dat is nog niet eens alles. Maar dat ziet u vanzelf.

Bekijk inhoudsopgave


Verschijningsvorm: Maandbladexemplaar (download epub / pdf)

Verschijning: juni 2019

ISSN: 22125205