Alternatievenonderzoek bij voorgenomen regelgeving: prikkel tot deregulering of alibi voor vrijblijvendheid?

Het huidige Regeerakkoord maakt duidelijk dat, naast het feit dat er fors bezuinigd gaat worden, het verminderen van regeldruk en bureaucratie een belangrijk speerpunt van het kabinet-Rutte vormt. Het beleid is geconcretiseerd in de Aanwijzingen voor de regelgeving, die bij de voorbereiding van wetgeving door beleidsmakers en wetgevingsjuristen in acht genomen moeten worden. Deze Aanwijzingen laten qua intentie weinig onduidelijkheid bestaan. Niet bij ieder probleem dat in de samenleving opdoemt, mag onmiddellijk naar wetgeving worden gegrepen. Eerst moet worden overwogen of wetgeving daadwerkelijk nodig is en of er geen lichtere alternatieven zijn waarmee het probleem kan worden aangepakt. Maar gebeurt dat in de praktijk ook? Rob van Gestel en Marie-Claire Menting nemen de proef op de som.