onschuldpresumptie

Resultaat 13–21 van de 21 resultaten wordt getoond

maart 1989

Katern 30: Mensenrechten

Vakgroep staatsrechtelijke vakken RUL

september 1997

Katern 64: Straf(proces)recht

C.M. Pelser

juni 2004

Katern 91: Mensenrechten

H. Griffioen, M. Tjepkema

september 2004

Katern 92: Penitentiair recht

M.M. Boone

juni 2005

Katern 95: Mededingingsrecht

J.M.M. van de Hel

juni 2005

Katern 95: Mediarecht

A.W. Hins

Kiezen of delen

J. van Hees, I. Laurijssens

Het Hof te Amsterdam heeft in de zaak Etienne U een vrijspraak gedaan, maar niet geheel zonder voorbehoud aldus auteurs. Enkele zinsneden van het hof zijn volgens auteurs niet gepast bij een vrijspraak en hebben enkel een stigmatiserende werking op de verdachte.

Opinie | Redactioneel
juli 1999
AA19990514

Recht van spreken

D. Kaandorp, I. Laurijssens

De laatste jaren is er steeds vaker een geluid te horen waar wordt gepleit voor meer aandacht voor het slachtoffer in strafzaken, door middle van spreekrecht tijdens het strafproces. Auteurs nemen dit idee goed onder de loep en komen tot de conclusie dat er nogal wat haken en ogen aan dit spreekrecht zijn.

Opinie | Redactioneel
februari 2000
AA20000081

Vastzetten om het vastzitten

Evaluatie van het concept-wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met de uitbreiding van de gronden voor voorlopige hechtenis

M. Haveman, L. van Lent

Post thumbnail Het wetsvoorstel dat in dit artikel wordt besproken, beoogt een nieuwe grond voor voorlopige hechtenis te introduceren in het Wetboek van Strafvordering. De voorgenomen toepassing van het snelrecht moet bij verdenking van specifieke misdrijven gepleegd tijdens evenementen en in het uitgaansleven grond worden voor de toepassing van voorlopige hechtenis. Het wetsvoorstel is juridisch niet houdbaar, aangezien het in strijd is met het Nederlandse wettelijke stelsel van voorlopige hechtenis en met artikel 5 EVRM. Zo wordt de rechter de bevoegdheid onthouden om een belangenafweging te maken voorafgaand aan zijn beslissing tot inbewaringstelling. Nu het enige doel van de voorgestelde grond voor voorlopige hechtenis lijkt te zijn om te zorgen dat een verdachte vastzit tot aan de snelrechtzitting, is het voorstel in strijd met de onschuldpresumptie.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 2012
AA20120094

Resultaat 13–21 van de 21 resultaten wordt getoond