Resultaat 25–36 van de 38 resultaten wordt getoond

december 2003

Katern 89: Burgerlijk recht

- Instituut voor Privaatrecht Universiteit Leiden

Meerderheidsregelarrest

A.O. Lubbers

Hoge Raad 13 juli 2012, nr. 11/00162, ECLI:NL:HR:2012:BV0264, LJN: BV0264

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 2012
AA20120846

Met andere ogen

De integratie van Vrouw en Recht in het Staats- en Bestuursrecht

A. van der Jagt

Artikel met een opiniërende inslag waarin wordt gepleit voor integratie van 'Vrouw en recht' in de rechtenstudie, met name in de vakken staats- en bestuursrecht.

Perspectief | Perspectiefartikel
juli 1995
AA19950581

Niet vergoede kosten van dienstbetrekking

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 8 juli 2005, nr. 39.870, ECLI:NL:HR:2005:AQ7212 De in de Wet IB 2001 opgenomen regeling dat kosten van dienstbetrekking niet in aftrek kunnen worden gebracht terwijl deze wel belastingvrij kunnen worden vergoed, is niet van redelijke grond ontbloot en is derhalve niet wegens strijd met het gelijkheidsbeginsel onverbindend.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
december 2005
AA20051052

Over dames en heren in de sport

S.E. Bartels

In deze reactie gaat Bartels in op een eerder artikel in Ars Aequi over het gelijkheidsbeginsel in de sport. Het gaat dan met name over het verschil tussen mannen en vrouwen.

Opinie | Reactie/nawoord | Overig | Rode draad | Sport en recht
oktober 1996
AA19960621

Over hondenbezitters en andere stervelingen

R.J.B. Schutgens

Hoge Raad 18 oktober 2013, nr. 13/01116, ECLI:NL:HR:2013:917

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2014
AA20140204

Positieve discriminatie

P.J. Boon

Supreme Court of the United States of America 12 juni 1995, NJB 1995 pp. 980-982 Uitspraak van het Amerikaanse Hooggerechtshof over positieve discriminatie waarbij meerdere amendementen van de Amerikaanse Grondwet aan de orde komen. In de noot wordt dieper ingegaan op deze problematiek die de betekenis van de Amerikaanse Constitutie wijzigen.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
november 1995
AA19950896

Rechtsvraag (301) staatsrecht

J.W.A. Fleuren

Aan de hand van een staatsrechtelijke casus worden enkele vragen voorgelegd aan de lezers.

Perspectief | Rechtsvraag
maart 2002
AA20020208

Schurende machten

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 12 mei 1999, nr. 33320, ECLI:NL:HR:1999:AA2756 (Arbeidskostenforfait) De verhoging van het arbeidskostenforfait is voor belastingplichtigen die van dat forfait geen gebruik maken, in strijd met het door artikel 26 IVBPR gegarandeerde discriminatieverbod. Hiervoor bestaat geen objectieve en redelijke rechtvaardiging. De Hoge Raad gaat ervan uit dat de wetgever met de nodige spoed een wetsontwerp dat aan deze discriminatie een einde maakt.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1999
AA19990668

Speaking of Equality

J.H. Gerards

Post thumbnail

Janneke Gerards schrijft over het werk van Peter Westen, dat de basis vormde voor haar proefschriftonderzoek over (on)gelijke behandeling.

Blauwe pagina's | Bijzondere boeken
november 2013
AA20130806

Toepassing van het gelijkheidsbeginsel op de kosten van kinderopvang

J.W. Zwemmer

Hoge Raad 12 december 1990, nr. 27.071, ECLI:NL:HR:1990:ZC4477, BNB 1991/76 Uitspraak van de belastingkamer van de Hoge Raad over de toepassing van het gelijkheidsbeginsel op de kosten van de kinderopvang waarbij de Hoge Raad (samengevat) tot het volgende oordeel komt: 'Nu bij ministeriële resolutie is bepaald dat de vergoeding door de werkgever van de kosten van kinderopvang in een niet-gesubsidieerde instelling onbelast is voor zover zij meer bedraagt dan de eigen bijdrage voor opvang in een gesubsidieerde instelling, brengt het gelijkheidsbeginsel met zich mee dat de kosten van kinderopvang aftrekbaar zijn voor zover de werkgever deze kosten onbelast had kunnen vergoeden, tenzij voor de ongelijke behandeling een redelijke grond bestaat'. In de noot wordt hier dieper op ingegaan waarbij ook eerdere rechtspraak over de aftrekbaarheid van kosten voor kinderopvang wordt besproken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
juli 1991
AA19910582

Toetsing van belastingwetgeving aan het gelijkheidsbeginsel in Nederland en Duitsland

R. van der Hulle, R. van der Hulle

Post thumbnail

Zowel in Nederland als in Duitsland wordt belastingwetgeving regelmatig door belastingplichtigen met een beroep op het gelijkheidsbeginsel bij de rechter aangevochten. In deze bijdrage wordt bezien op welke wijze de Hoge Raad en het Duitse constitutionele hof beoordelen of belastingwetgeving in strijd is met dit beginsel. Hoewel beide rechtscolleges uitgaan van een ruime beoordelingsvrijheid voor de belastingwetgever, stellen zij zich niet altijd even terughoudend op.

Verdieping | Verdiepend artikel
december 2015
AA20150981

Resultaat 25–36 van de 38 resultaten wordt getoond