Resultaat 37–42 van de 42 resultaten wordt getoond

Rechtsvraag (179) rechtspersonenrecht-vennootschapsrecht

R.H. Maatman

Rechtsvraag op het gebied van het institutionele vennootschapsrecht. De vraag wordt gesteld hoe ontslagen bestuurders zich tegen hun ontslag door een stemming van de algemene vergadering kunnen verzetten.

Perspectief | Rechtsvraag
juni 1988
AA19880412

Rekening en verantwoording binnen onbenoemde ‘samenwerking’

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 8 februari 1991, nr. 14095, ECLI:NL:HR:1991:ZC0139, NJ 1991, 338 (Schurer/Schurer) In dit arrest en de daarbij behorende noot is aan de orde welke rechtsverhouding er tussen drie broers is ontstaan bij de bedrijfsvoering over een boerderij. Deze vraag wordt niet geheel beantwoord. De Hoge Raad oordeelt wel dat er i.c. rekening en verantwoording dient te worden afgelegd. De samenwerking binnen het boerenbedrijf heeft zowel trekken van een familierechtelijke betrekking die resulteert in een natuurlijke verbintenis, aldus de annotator.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 1992
AA19920163

Statutaire instructiebevoegdheid algemene vergadering maakt van een manager nog geen werknemer

S.M. Bartman

Hoge Raad 18 februari 2022, ECLI:NL:HR:2022:282 (X BV/Staatssecretaris van Financiën)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2022
AA20220391

Tussen servet en tafellaken: de studentpromovendus in arbeidsrechtelijk perspectief

G.H. Boelens, E.K. Christiaansen

Studentpromovendi werken net als reguliere promovendi aan een proefschrift en krijgen daarvoor betaald in de vorm van een beurs. Desondanks worden zij niet als werknemer beschouwd, maar als student. Een besluit van minister Bussemaker maakt dit mogelijk. Critici vragen zich af of studentpromovendi in de praktijk niet ‘gewoon’ werknemers zijn. In dit artikel wordt die vraag in arbeidsrechtelijk perspectief geplaatst.

Perspectief | Perspectiefartikel
maart 2017
AA20170250

Versoepeling van het ontslagrecht onder de Wet Werk en Zekerheid?

A. van Zanten-Baris

Post thumbnail

Een veelgehoorde vraag is of het ontslagrecht met de invoering van de Wet Werk en Zekerheid soepeler wordt. Hiervan lijkt geen sprake te zijn. Ook wordt in de memorie van toelichting beloofd dat de Wet Werk en Zekerheid het ontslagrecht eenvoudiger, sneller, eerlijker en goedkoper maakt. De vraag is of deze belofte wordt waargemaakt. Verder is de vraag van belang of het ontslagrecht door de Wet Werk en Zekerheid rechtvaardiger wordt. Aan deze punten wordt in deze bijdrage aandacht besteed aan de hand van de meest relevante wijzigingen.

Opinie | Opiniërend artikel
oktober 2014
AA20140717

Voorwaardelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst

W.H.A.C.M Bouwens

Hoge Raad 23 december 2016, nr. 16/02674, ECLI:NL:HR:2016:2998 (Mediant IX)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2017
AA20170434

Resultaat 37–42 van de 42 resultaten wordt getoond