J. Zwier
Hoewel in dit artikel het accent zal liggen op het ouderenbeleid, zoals dat is gevoerd door het huidige ministerie van WVC (1988) en het voormalige departement van CRM, blijven onderwerpen als inkomensbeleid en arbeidsmarktpositie niet onbesproken. Daarnaast besteed de auteur enige aandacht aan het beleid van de provincies en gemeenten, omdat vooral de laatste jaren door de voortgaande decentralisatie steeds meer onderdelen van het ouderenbeleid tot de verantwoordelijkheid van de lagere overheden zijn gaan behoren. Deze bijdrage is beperkt tot het beleid van na de oorlog, waarbij globaal de volgende periodes te onderscheiden zijn. De eerste 20 tot 25 jaar worden gekenmerkt door een beleid, dat vooral is gericht op de kwetsbaarsten onder de ouderen. Vanaf 1975 krijgt daarnaast de maatschappelijke integratie van ouderen veel aandacht. In de jaren tachtig tenslotte zien we dat de beheersbaarheid van de kosten steeds belangrijker wordt.
Bijzonder nummer | Ouderenrecht
oktober 1988
AA19880633