Resultaat 1–12 van de 16 resultaten wordt getoond
T.J.M. Mertens
Bestaat er slechts een gradueel verschil tussen het recht op leven en de andere, aan de mens als mens toekomende rechten of is het recht op leven van een andere orde? En verder: wat impliceert dat recht en wie gaat er eigenlijk over? Deze vragen komen hier aan de orde zonder ze te antwoorden. Wie weet immers wat dat is: leven?
Verdieping | Verdiepend artikeloktober 2021AA20210907
A.E.M. Leijten
Mensenrechten zijn overal. Dit leidt soms tot ongemak over de rol van de rechter in combinatie met de centrale plaats van het EVRM. Deze bijdrage zorgt voor een beter begrip van de ontwikkeling van mensenrechten in het licht van de veranderde taakopvatting van de overheid. Voor een groter aandeel in deze ontwikkeling zijn zowel de Nederlandse rechter als de wetgever en het bestuur aan zet.
Verdieping | Verdiepend artikeloktober 2020AA20200901
W.J. Veraart
In deze bijdrage wordt de stelling verdedigd dat het na de Urgenda-uitspraak van de Hoge Raad niet meer goed mogelijk is de rechtsstaat te beschermen zonder acht te slaan op de klimatologische omstandigheden die ons momenteel beroeren. Betoogd wordt dat de Urgenda-uitspraak ons in dat opzicht heeft teruggevoerd naar Montesquieu en juist niet van zijn denken verwijderd, zoals sommige critici beweren.
Opinie | Opiniërend artikeloktober 2020AA20200928
W. Sorgdrager
Het machtsevenwicht van de trias politica is geen statisch gegeven. De machten verschuiven ten opzichte van elkaar. Lange tijd is de rechter gezien als de zwakste van deze staatsmachten, maar door de toegenomen mondigheid van de burger worden meer vragen aan de rechter voorgelegd. De rechter moet daarop responderen. In die respons speelt ook de toetsing aan het internationale recht een grote rol. Deze veranderende positie van de rechter kan nu niet meer als de ‘zwakste’ van de drie staatsmachten beschouwd worden. Dat schuurt wel eens.
Verdieping | Verdiepend artikeloktober 2020AA20200874
A.C. Hendriks
Diverse personen wensen hun leven met behulp van een medisch deskundige eerder te (laten) beëindigen. In Nederland kan dat onder bepaalde voorwaarden. De Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl) biedt artsen duidelijkheid over wat hen in dergelijke situaties is toegestaan. Artsen hoeven bij naleving van de wettelijke zorgvuldigheidseisen niet te vrezen voor strafrechtelijke vervolging dankzij een bijzondere strafuitsluitingsgrond in het Wetboek van Strafrecht. Deze strafuitsluiting geldt volgens de wet alleen voor levensbeëindiging van personen van 12 jaar en ouder. Buiten de wet om bestaat er in uitzonderlijke situaties de mogelijkheid het leven van een pasgeborene (tot 1 jaar) te beëindigen. Is het inmiddels tijd om het leven van kinderen tussen de 1 en 12 jaar in voorkomende gevallen ook te kunnen beëindigen zonder dat de arts strafrechtelijk wordt vervolgd? Een analyse en een voorstel voor een antwoord op deze vraag.
Verdieping | Verdiepend artikelmaart 2024AA20240211
L.M. Komp
Artikel 2 van het EVRM bepaalt dat het recht van eenieder op leven wordt beschermd door de wet. Desondanks zijn in de afgelopen 30 jaar naar schatting 40.000 mensen omgekomen bij een poging op irreguliere wijze de EU te bereiken. Lisa-Marie Komp deed onderzoek naar de vraag of EU-lidstaten juridisch aansprakelijk zijn voor het grote aantal doden.
Literatuur | Proefschriftbijdragejanuari 2022AA20220073
M.A.J.M. Buijsen
De vaccinatiegraad onder kinderen daalt. Uitbraken van ernstige infectieziekten zijn in Nederland inmiddels aan de orde van de dag. Debet hieraan is vaccine hesitancy. Politici hebben de invoering van een vaccinatieplicht voorgesteld. De auteur betoogt dat vaccinatiebeleid ook een grondrechtenkwestie is. Een dalende vaccinatiegraad is een schending van het aan het sociale grondrecht op gezondheid inherente verbod op regressie. Hoewel dat grondrecht niet tot invoering van vaccinatieplichten verplicht, staan andere grondrechten er nauwelijks aan in de weg.
Opinie | Opiniërend artikeloktober 2024AA20240826
J.Th.J. van den Berg
Tegenover een parlement dat gebrekkige aandacht toont voor de constitutionaliteit van de wetgeving, staat een rechterlijke macht die zich lang niet altijd meer door de wet alleen laat leiden. Vooral in de politiek is de irritatie over het handelen van de rechter toegenomen, waarop rechters opmerkelijk defensief reageren. Tijd om te waken voor overdrijving, maar ook voor nieuwe concentratie op waarde en inhoud van de wet.
Verdieping | Verdiepend artikeloktober 2020AA20200864
P.P.T. Bovend'Eert
In de Amerikaanse ‘political question’-doctrine staat de vraag centraal of de rechter in staat is een geschil te beslissen op basis van concrete en bruikbare rechtsnormen die uit de (grond)wet en het recht af te leiden zijn. Daarnaast kan van belang zijn dat de onderliggende kwestie eigenlijk thuishoort bij de politieke staatsmachten. Het is wenselijk dat de Nederlandse rechter een vergelijkbare benadering kiest bij geschillen met een sterk politiek karakter, zoals de Urgenda-zaak.
Opinieoktober 2020AA20200911
J.M. ten Voorde
Politieambtenaren mogen in de uitoefening van hun taak geweld aanwenden, onder omstandigheden ook vuurwapens. In deze bijdrage worden nationale en internationale regelgeving met betrekking tot politieel vuurwapengebruik geanalyseerd en enkele actuele vraagpunten besproken.
Verdieping | Verdiepend artikelmei 2014AA20140346
A.G. Castermans, C.W. Demper
Hoge Raad 19 juli 2019, nr. 17/04567, ECLI:NL:HR:2019:1223, NJ 2019/356, m.nt. A.G. Castermans & C.W. Demper (Mothers of Srebrenica)
Annotaties en wetgeving | Annotatiedecember 2019AA20190981
B.C. van Beers
Mag een arts op grond van een eerder opgestelde euthanasieverklaring het leven van haar diep demente patiënt beëindigen, omdat zij meent dat er sprake is van uitzichtloos, ondraaglijk lijden, zelfs als de inmiddels wilsonbekwaam geworden patiënt zelf expliciet zegt (nog) niet dood te willen? Onlangs beantwoordde de rechtbank Den Haag deze vraag bevestigend. Dit artikel biedt een kritische juridische en rechtsfilosofische analyse van het vonnis.
Opinie | Opiniërend artikelfebruari 2020AA20200141