Empathie en legibility als nieuwe meerwaarde van de jurist in de maatschappij
Een cliënt stapt je kantoor binnen met: ‘ChatGPT zegt dat mijn testament niet klopt.’ Je hebt net weken geschaafd aan een complex concept. Vervang ‘testament’ door ‘contract’, ‘advies’ of ‘vonnis’: iedere jurist krijgt dit voor zijn kiezen. We zitten in een nieuw tijdperk: doe-het-zelf-juristerij met AI. Nederlanders ‘gpt’en’ er lustig op los voor contracten en bezwaarschriften. Bijna zes miljoen 18- tot 65-jarigen gebruiken AI-tools in hun dagelijks leven (onderzoek Newcom, augustus 2025). De vraag is niet of dit stopt. De vraag is: wie geloven rechtszoekenden als het spannend wordt? De praatgrage papegaai ChatGPT, Claude die twijfel terugkaatst, of de jurist die eerlijk ‘dit kan niet’ zegt?
Taalmodellen zoals ChatGPT en Claude zijn namelijk ‘meesters’ in iets heel menselijks: om iemand te bevestigen. De woorden die je erin stopt, worden gespiegeld en verpakt in keurige vriendelijke zinnen. Vaak precies op het taalniveau van de gebruiker. Ze voorspellen het meest plausibele vervolg, maar niet de meest waarschijnlijke uitkomst. Als een cliënt vraagt ‘wat klopt er niet aan mijn testament?’, dan is de kans groot dat er ook een ‘dit klopt niet’ terugkomt.
Juristen gaan echter voor waarheid boven wenselijkheid. De notaris heeft een informatie- en waarschuwingsplicht. De advocaat heeft een waarheidsplicht richting de rechter. Zo hebben we het in de rechtsstaat geregeld. Maar alleen regels citeren en parafraseren, overtuigt de cliënt al lang niet meer. De ‘concurrentie’ van vandaag is geen andere notaris, advocaat of adviseur, maar een prettig klinkend antwoord van de chatbot op het telefoonscherm.
Sommige juristen zien empathie als franje. Ik ben er echter van overtuigd dat ‘cognitieve empathie’ dé beroepsattitude is, zeker in dit AI-tijdperk. Het is het vermogen je in iemands denk- en gevoelswereld te verplaatsen. Te begrijpen wat je cliënt bedoelt en je reactie daarop af te stemmen. Zonder erkenning van de zorg van de cliënt is er geen ruimte voor de correctie van wat deze van het AI-antwoord gelooft. Dit betekent: eerst empathisch luisteren, dan pas uitleggen. Het hoogste doel daarbij? Een trusted advisor zijn. De adviseur die de cliënt bij twijfel als eerste belt. Omdat deze eerlijk, uitlegbaar en in het belang van de cliënt adviseert. Ook als het antwoord soms ‘nee’ is.
Een beetje ongemakkelijk misschien, maar ook juristen ‘dwalen’ door AI. Inmiddels gebruiken 3,6 miljoen werkenden AI-tools op hun werk, juristen dus ook. Onlangs nog in een handelsnamenzaak: een advocaat voert meerdere onjuiste en niet-bestaande ECLI’s op. Volgens haar door het omzetten van doc naar pdf. Duidelijk is dat hier ChatGPT of een AI-broertje is gebruikt. De rechter laat dit in het midden, maar haalt wel artikel 21 van het Wetboek van Rechtsvordering erbij: de waarheidsplicht ten aanzien van de aangevoerde feiten in een procedure. Er lijkt bij de betreffende advocaat sprake van een klassieke automation bias. We overschatten systemen die meestal gelijk hebben. De enige remedie voor deze bias is saai maar noodzakelijk; de antwoorden van AI steeds zelf te controleren.
Dus ja, laten we ons opnieuw uitvinden en onze vaardigheden ontwikkelen naar wat de tijd vraagt. We gaan als juristen naar een ander soort meerwaarde in de maatschappij. Niet door harder te roepen dat AI ernaast zit, maar door beter te laten zien hoe wij tot waarheid komen. Dat wordt ook wel legibility genoemd. Het uitleggen hóe iets tot stand komt. Maar we gebruiken empathie om de cliënt eerst echt te begrijpen, vóór we overtuigen. Hoe leuk is het om jezelf opnieuw uit te vinden! Ik studeer veel op cognitieve empathie en stuitte daarbij op primatoloog Frans de Waal, die mensapen na een conflict liet verzoenen of voedsel delen met een ander die niets te eten heeft. Hij ontdekte dat mensapen empathie kunnen leren. Dan moet dat juristen toch ook lukken? 😉
Ik deed trouwens de proef: is ChatGPT écht een papegaai? Ik vroeg: Team Friet of Patat? ‘Onder de rivieren “friet”, erboven “patat” – maar als ik móét kiezen: Team Friet.’ Er volgden etymologische verwijzingen en frietkot-anekdotes. Viel het dan toch wel mee met papegaaien? Maar het toetje: ‘ik zeg net zo makkelijk patat als je dat wilt’. Tja… de friet-patat-kaart is geen strakke Noord/Zuid-streep. En, voor de duidelijkheid: ik ben #TeamFriet. ChatGPT is #Teamzeghetmaar.
Deze column is eerder verschenen in Ars Aequi oktober 2025.
Categorieën: Columns, Weblogs




