Summertime, and the living is easy…

Column Vanessa Mak.

‘Summertime, and the living is easy / fish are jumpin’ and the cotton is high…’. De openingszinnen van Gershwins klassiekerSummertime, onder andere vertolkt door Billie Holiday, roepen zonder moeite de sfeer op van het diepe zuiden van de VS in de tijd dat katoenplantages nog vol in bedrijf waren. Die geschiedenis – van de slavernij, de Amerikaanse burgeroorlog tussen de noordelijke en de zuidelijke staten, en veel later decivil rights movement – is in de Amerikaanse maatschappij nog steeds heel voelbaar aanwezig. Dat vertaalt zich ook in het recht. De spanningen tussen, met name, de zwarte en blanke bevolking blijven een probleem waar het rechtssysteem in de VS zich in veel gevallen geen raad mee weet.

Een aantal incidenten waarbij blanke politieagenten met geweld optraden tegen zwarte Amerikanen, met in twee gevallen de dood tot gevolg, heeft de raciale verhoudingen in de VS het afgelopen jaar wederom op scherp gezet. In Ferguson, een voorstad van St. Louis, werd tiener Michael Brown door een agent doodgeschoten. Brown was ongewapend en werd, als de rapporten in diverse media correct zijn, in de rug geschoten, terwijl niet duidelijk is of hij de agent bedreigd had. Op Staten Island werd Eric Garner, zelf ook ongewapend, door een agent zo stevig in een houdgreep genomen dat hij stikte. Zijn woorden ‘I can’t breathe’ werden een protestslogan tegen het gewelddadig bejegenen van zwarte Amerikanen door de politie.

Het juridisch antwoord op deze gebeurtenissen is teleurstellend geweest. Zowel in zaak Brown als de zaak Garner is de dienstdoende agent vrijgesproken van verdere vervolging. In beide gevallen volgden protesten – niet onverwacht voor een samenleving die zo langs raciale lijnen verdeeld is als de Amerikaanse. Een recentere beslissing van een zogeheten ‘grand jury’ om een agent wel te vervolgen – in dit geval ging het om een nog onervaren agent die in het trappenhuis van een flatgebouw in Brooklyn, New York, een zwarte man doodschoot – wordt als een kleine overwinning beschouwd. Op grotere schaal gezien blijft echter kenmerkend dat het Amerikaanse rechtssysteem sterk bevooroordeeld is jegens zwarte, of Afrikaans-Amerikaanse burgers. Dat geldt niet alleen voor de politie, maar lijkt ook op te gaan voor de rechterlijke macht, gezien het statistisch disproportioneel hoge aantal zwarte veroordeelden dat de Amerikaanse gevangenissen bevolkt.

Is er ruimte voor bezinning? President Obama hield een gloedvolle speech bij de herdenking van de burgerrechtenmars in Selma waarin hij benadrukte dat de strijd nog niet gestreden is (terug te lezen op www.whitehouse.gov/the-press-office/2015/03/07/remarks-president-50th-anniversary-selma-montgomery-marches). Hij verwees daarbij onder andere expliciet naar het kiesrecht. Regelgeving waarmee voorwaarden worden gesteld om te kunnen stemmen – ik besprak ze in mijn column van januari 2015 – wordt in veel Amerikaanse staten toegestaan, ook al maken de regels het in de praktijk vaak onmogelijk voor zwarten (of andere minderheden) om naar de stembus te gaan. Het US Supreme Court heeft in Shelby County goedkeuring gegeven aan deze praktijken maar, aldus Obama, wellicht is het tijd dat de politiek ingrijpt om de stembus voor iedereen bereikbaar te maken.

Verder kunnen ook rechterlijke uitspraken een landslide-effect hebben. Voor een grote groep jeugdige gevangenen, waarvan in de praktijk het merendeel zwart, betekent de uitspraak van het Supreme Court in Graham v. Florida (560 U.S.__(2010)) een mogelijkheid tot een nieuwe kans. In deze zaak oordeelde het hoogste gerechtshof dat voortaan aan minderjarigen geen levenslange gevangenisstraf mag worden opgelegd indien zij niet de mogelijkheid hebben om op enig moment een herziening van de straf en vervroegde vrijlating (parole) aan te vragen. Daarmee komt de VS in de pas te lopen met regels die in veel andere landen al veel langer gebruikelijk zijn. Niettemin zal ook een veroordeelde die van de nieuwe regels gebruik wil maken een lange adem moeten hebben. Zie bijvoorbeeld de uitstekende documentaire van Canadese filmmaakster Nadine Pequeneza, 15 to Life: Kenneth’s Story (http://15tolifethefilm.com/). De strijd is inderdaad nog niet gestreden.

Deze column is eerder verschenen in Ars Aequi juni 2015.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *