Resultaat 1–12 van de 433 resultaten wordt getoond
M. Adams, G.J. Leenknegt
Dit voorjaar zal de regering voorstellen een algemene bepaling toe te voegen aan de Grondwet, inhoudende dat de Grondwet de rechtsstaat, de democratie en de mensenrechten waarborgt. De auteurs menen dat de voorgestelde bepaling in normatieve zin niet veel toevoegt aan onze Grondwet; in een meer symbolische zin is de bepaling wel van belang. De genoemde waarden zouden daarom op een andere plek tot uitdrukking moeten komen: voorafgaand aan de gehele Grondwet – als preambule dus.
Verdieping | Verdiepend artikelmaart 2015AA20150207
L. van den Berge
Als geen andere staatsman geldt Johan Rudolf Thorbecke (1798-1872) als een ‘filosoof in de politiek’. Over de wijsgerige achtergronden van zijn politieke optreden is dan ook veel gepubliceerd. De verhouding tussen het denken van Thorbecke met dat van Hegel is daarbij sterk onderbelicht. Dat komt waarschijnlijk onder andere doordat Thorbecke zich in enkele dagboekaantekeningen sterk tegen Hegel en zijn volgelingen verzette. Veel biografisch georiënteerde onderzoekers lieten de verhouding tussen de ideeën van Hegel en die van Thorbecke daarom ongeëxploreerd. Maar of Thorbecke zich nu tegen Hegel afzette of niet: dat hun beider visies op het recht, de staat en de geschiedenis behalve enkele verschillen vooral ook opmerkelijke gelijkenissen vertonen is evident. Een nadere bestudering hiervan vergroot ons inzicht in de wijze waarop Thorbecke een conservatief-liberaal rechtsfilosofisch kader schiep waarbinnen het recht en de staat zonder revolutionair geweld konden worden vernieuwd.
Bijzonder nummer | Duits rechtjuli 2014AA20140525
S. Dijkstra
Computergebruikers worden in toenemende mate geconfronteerd met ongevraagde reclameberichten per e-mail, de unsolicited commercial e-mail (UCE). Verschillende wegen worden bewandeld om deze stroom e-mailberichten te beperken: één van de mogelijkheden is een wettelijk verbod in de vorm van een zogenaamde opt-in. De vraag doet zich voor of een dergelijke regeling niet in strijd is met de vrijheid van meningsuiting zoals deze is neergelegd in artikel 7 Gw, het door de Commissie Franken voorgestelde artikel 7 Gw en artikel 10 EVRM.
Verdieping | Studentartikelmaart 2003AA20030140
P.W.C. Akkermans
Hoge Raad 22 januari 1988, nr. 13465, ECLI:NL:HR:1988:AD0151 (Maimonides Lyceum) Arrest van de Hoge Raad en daarbij behorende noot waarbij de vrijheid van onderwijs aan de orde komt. Daarbij is deze zaak tevens van belang voor het leerstuk van de horizontale werking van grondrechten. In deze zaak werd aangenomen dat het niet-toelaten van een leerling omdat deze niet in overeenstemming was met de richting van de school geen onrechtmatige daad oplevert. De Hoge Raad doet de zaak zelf af. In de bijbehorende noot wordt op de vrijheid van onderwijs en de daarbij behorende beperkingen verder in gegaan. Ook komt het leerstuk van horizontale werking van grondrechten aan de orde.
Annotaties en wetgeving | Annotatiejuni 1988AA19880391
R. Lambrichts
Reactie op een redactioneel artikel waarin beschreven wordt hoe volgens de redacteuren de grondrechten in de toekomst beknot kunnen worden.
Opinie | Reactie/nawoordjuni 1993AA19930452
J.J.J. Sillen
U.S. Supreme Court 4 maart 2024, 601 U.S. 100 (2024) (Trump v. Anderson)
Annotaties en wetgeving | Annotatiemei 2024AA20240453
N.J.L. Swart
In Engeland is in de afgelopen jaren in hoog tempo een breed scala aan demonstratiebeperkende bepalingen ingevoerd met de Police, Crime, Sentencing and Courts Act 2022 en de Public Order Act 2023. De wetgeving richt zich op het strenger aanpakken van disruptieve protesttactieken, zoals het belemmeren van nationale infrastructuur. In dit artikel worden deze recente Engelse wetswijzigingen besproken en kritisch geanalyseerd in het licht van het recht op vrijheid van vreedzame vergadering zoals vastgelegd in artikel 11 EVRM.
Verdieping | Verdiepend artikeljuni 2025AA20250417
R.J.B. Schutgens, E.G.A. van der Werf
Annotaties en wetgeving | Annotatienovember 2017AA20170928
M. Bouwmeester, W.W.P. Damen
In de nasleep van het kinderopvangtoeslagschandaal wordt nog volop gedebatteerd over de vraag hoe een vergelijkbaar systeemfalen in de toekomst moet worden voorkomen. Ter verdieping van dit debat pleit deze bijdrage voor een internationaal perspectief op het fenomeen van de dystopische digitale verzorgingsstaat. Er wordt aandacht besteed aan internationale lessen voor drie concrete onderwerpen: de borging van de menselijke maat, de beheersing van overheidsalgoritmes, en de revitalisering van rechtsstatelijke checks and balances.
Opinie | Opiniërend artikelseptember 2025AA20250606
H.G. Hoogers
Blauwe pagina's | Ode aan de schakelbepalingenfebruari 2017AA20170084
M. Nap
Blauwe pagina's | Ode aan de schakelbepalingenjuni 2017AA20170468
F.H. van der Burg
Kamerontbinding in een periode van grote sociale onrust Vraag In 1993 is er in Nederland een minderheidskabinet aan de macht bestaande uit CDA- en VVD-ministers. Dit kabinet geniet de gedoogsteun van de kleinere christelijke partijen GPV en SGP. De CDA beschikt over 45 kamerzetels, de VVD over 25. De beide kleine christelijke partijen te zamen over 7 zetels. Bij de laatste verkiezingen was de opkomst zeer slecht: 55 %- Van deze lage opkomst hebben de kleinere partijen minder te lijden dan de grote. De PvdA heeft 40 zetels en D'66 18. De CPN beschikt over 7 zetels. PPR en PSP zijn samengegaan in een Radicaal Socialistische Partij die over 5 zetels beschikt. Voorts is er een Partij Nationale Kracht (PN KJ die zich verzet tegen de aanwezigheid in Nederland van gastarbeiders en niet-blanke minderheidsgroepen. Deze partij heeft 2 zetels. Een partij van woningzoekenden en krakers heeft I zetel. Er heerst grote sociale onrust. De lonen worden beheerst door een loonmaatregel. Er worden veelvuldig wilde stakingen gehouden. Het komt meermalen voor dat ook het overheidspersoneel staakt. Daarbij worden de regels van de in 1987 tot stand gekomen wettelijke regeling betreffende stakingen van overheidspersoneel niet steeds in acht genomen. Het is enige malen voorgekomen dat staatsbladen niet op tijd gepubliceerd werden vanwege stakingen bij het Staatsdrukkerij- en Uitgeverijbedrijf. De vraag hoe het staat met de inwerkingtreding van de desbetreffende wetten, is bij de Hoge Raad aanhangig. De gewapende afdeling van de PNK houdt regelmatig demonstraties in de binnensteden van Amsterdam, Rotterdam, Hengelo en Enschede. Dit leidt tot vechtpartijen met aldaar woonachtige gastarbeiders. Voor Amsterdam, Rotterdam en Twenthe is de toestand van verhoogde waakzaamheid afgekondigd. Het kabinet heeft enige nederlagen geleden met betrekking tot een nieuwe nota toneelbeleid en een structuurschema kernenergiecentrales. Bij de behandeling van de nieuwe wettelijke regeling voor het voortgezet onderwijs (middenschool) weigeren de gedogende partijen het kabinet te steunen omdat de in deze wettelijke regeling vervatte planprocedure te weinig ruimte biedt voor scholen van vrij gemaakt gereformeerde signatuur. Het kabinet heeft aan de stemming over dit wetsontwerp de kabinetskwestie verbonden. Het wetsontwerp wordt door de Tweede Kamer verworpen. De meerderheid van het zittende kabinet wil kamerontbinding. De minister-president zendt een daartoestrekkend ontwerp-besluit aan de Koningin. Is kamerontbinding onder de geschetste omstandigheden geoorloofd? Bij het antwoord moet de vraag betreffende kamerontbinding onder verantwoordelijkheid van een kabinet met gedoogsteun worden onderscheiden van de vraag betreffende kamerontbinding onder verantwoordelijkheid van een kabinet dat bij het stellen van de kabinetskwestie verslagen wordt. Voorts moet worden nagegaan in hoeverre de toestand van verhoogde waakzaamheid relevant is voor kamerontbinding. Het is nuttig steun te zoeken bij buitenlands vergelijkingsmateriaal.
Perspectief | Rechtsvraagjanuari 1981AA19810034