De verdeling van de rechtsmacht tussen de burgerlijke rechter en de administratieve rechter


Het komt voor dat de civiele rechter voor een probleem wordt gesteld dat tevens ligt op het terrein van de administratieve rechter. In een dergelijk geval is de vraag wat de civiele rechter moet doen: moet hij verwijzen naar een administratieve rechter, moet hij de zaak aan zich houden en zich daarbij richten naar het oordeel dan wel de jurisprudentie van zijn administratiefrechtelijke collega, of moet hij zijn eigen koers varen met het risico van verschil van inzichten? De civiele rechter is niet eens gebonden aan zijn eigen beslissingen, althans formeel niet, evenmin als een lagere rechter aan het oordeel van een hogere rechter gebonden is. Het zou vreemd zijn wanneer hij wel formeel aan beslissingen van administratierechtelijke colleges zou worden gebonden. Even vreemd en onwenselijk is het echter wanneer geen coördinatie van beslissingen zou plaatsvinden. Hoe hierover te oordelen?


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): P. Smits

Verschijning: mei 1987

Archiefcode: AA19870304