De strafrechtelijke aansprakelijkheid van de lokbeambte


In dit artikel wordt de vraag behandeld in hoeverre de undercover-agent, hier ‘lokbeambte’ genoemd, zichzelf kan vrijwaren van de mogelijkheid strafrechtelijk aansprakelijk te worden gesteld door een beroep op het ontbreken van de materiële wederrechtelijkheid van zijn activiteiten, die formeel (uitlokking tot) een strafbaar feit inhouden. Na een inleidende begripsbepaling en een waar gebeurd verhaal over een door twee lokbeambten betrapte weduwe, wordt de opzetleer bekritiseerd, die veel is gebruikt om tot straffeloosheid van de lokbeambte te komen. Daarna volgt een beschouwing over het ontbreken van de materiële wederrechtelijkheid in het algemeen en tenslotte een toepassing van dit leerstuk op het geval van de lokbeambte.


Verschijningsvorm: Maandbladartikel (download pdf)

Auteur(s): C. Fetter

Verschijning: november 1987

Archiefcode: AA19870673