C.M. Grundmann-van de Krol
In december 2001 maakte een schikking een einde aan een in Londen aanhangige rechtszaak aangespannen door het Britse pensioenfonds van Unilever tegen zijn externe vermogensbeheerder Merrill Lynch. Het pensioenfonds stelde de vermogensbeheerder aansprakelijk voor het niet behalen van een bepaald rendement en het nemen van te veel beleggingsrisico’s. In onderstaand artikel wordt naar aanleiding van deze zaak in het kort ingegaan op de aansprakelijkheid van de ‘vrije hand’-vermogensbeheerder naar Nederlands recht en wordt de vraag aan de orde gesteld of behalve de hoedanigheid van de belegger ook de hoedanigheid van de vermogensbeheerder een rol mag spelen in de mate van de door de vermogensbeheerder in acht te nemen zorgplicht.
Opinie | Opiniërend artikel
april 2002
AA20020233