M.J.G.C. Raaijmakers
Hoge Raad 5 september 1990, nr. 28, ECLI:NL:HR:1990:AB9154, RvdW 1990, 154 en NJ 1991, 62 m.n. Maeijer; TVVS 1991, pp. 137-139 m.n. Bak/Boukema (PG Hof Amsterdam/Koninklijke Nedlloyd Groep NV)
In deze uitspraak van de Hoge Raad is aan de orde in hoeverre de Procureur-Generaal (P-G) bevoegd is om op de voet van art. 999 Rv (oud) verandering van de jaarrekening te vorderen. De P-G stoelt haar vordering op het openbaar belang. De Hoge Raad oordeelt dat de P-G daarvoor een specifiek openbaar belang moet hebben en dat het feit dat een jaarrekening openbaar dient te worden gemaakt niet meteen meebrengt dat daarin een openbaar belang bestaat. Ook het feit dat er rechtsonzekerheid bestaat op het gebied van het jaarrekeningenrecht, is voor de Hoge Raad nog geen reden om een openbaar belang waarop de vordering is gestoeld aan te nemen. In de noot wordt hier dieper op in gegaan.
Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1991
AA19910667