jaarrekening

Toont alle 5 resultaten

‘Openbaar belang’ en ‘belanghebbenden’ bij de jaarrekening van rechtspersonen

M.J.G.C. Raaijmakers

Hoge Raad 5 september 1990, nr. 28, ECLI:NL:HR:1990:AB9154, RvdW 1990, 154 en NJ 1991, 62 m.n. Maeijer; TVVS 1991, pp. 137-139 m.n. Bak/Boukema (PG Hof Amsterdam/Koninklijke Nedlloyd Groep NV) In deze uitspraak van de Hoge Raad is aan de orde in hoeverre de Procureur-Generaal (P-G) bevoegd is om op de voet van art. 999 Rv (oud) verandering van de jaarrekening te vorderen. De P-G stoelt haar vordering op het openbaar belang. De Hoge Raad oordeelt dat de P-G daarvoor een specifiek openbaar belang moet hebben en dat het feit dat een jaarrekening openbaar dient te worden gemaakt niet meteen meebrengt dat daarin een openbaar belang bestaat. Ook het feit dat er rechtsonzekerheid bestaat op het gebied van het jaarrekeningenrecht, is voor de Hoge Raad nog geen reden om een openbaar belang waarop de vordering is gestoeld aan te nemen. In de noot wordt hier dieper op in gegaan.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 1991
AA19910667

De aard van de aansprakelijkheid uit hoofde van een 403-verklaring

R.M. Wibier

Een zogenaamde 403-verklaring is een verklaring waarin de consoliderende vennootschap zich hoofdelijk aansprakelijk heeft gesteld voor de schulden uit rechtshandeling van de vrijgestelde vennootschap. De kwalificatie van een schuld waarvoor meerdere schuldenaren kunnen worden aangesproken als hoofdelijk, kan verstrekkende gevolgen hebben. Hoe ver dat gaat blijkt uit de in dit artikel te bespreken uitspraak van de Hoge Raad in de zaak Bia Beheer.

Verdieping | Verdiepend artikel
oktober 2015
AA20150778

Jaarrekeningsrecht en joint ventures

S.E. Eisma

Het jaarrekeningrecht vormt een complex geheel van regels dat een aparte plaats inneemt in het rechtspersonenrecht. In het onderhavige artikel wordt ingegaan op een aantal vragen van jaarrekeningrecht die spelen als er joint ventures in het spel zijn.

Bijzonder nummer | Joint Ventures
mei 1995
AA19950385

Juridische aspecten van de voltooiing van de Europese Gemeenschappelijke Markt

Het Europees economisch samenwerkingsverband

J. van Rijn van Alkemade

De Wet van 28 juni 1989, Stb. 245, die op 1 juli in werking is getreden, heeft betrekking op de uitvoering van de Verordening nr. 2137/85 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juli 1985 tot instelling van de Europese economische samenwerkingsverbanden. In deze bijdrage staat het fenomeen van het Europees Economisch Samenwerkingsverband centraal. Achtereenvolgens komen het doel van het EESV, het belang van de verordening, de algemene opzet van de verordening, de Franse herkomst van het EESV ter sprake. Ook wordt er een vergelijking tussen het EESV een de Europese NV getrokken wordt er aandacht besteed aan het medezeggenschapsrecht, enquêterecht en de jaarrekening.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
oktober 1989
AA19890841

maart 2001

Katern 78: Ondernemingsrecht

G. van Solinge

Toont alle 5 resultaten