Resultaat 25–36 van de 37 resultaten wordt getoond

juni 1993

Katern 47: Mensenrechten

J. van der Velde

december 1999

Katern 73: Mensenrechten

M.L. van Emmerik

juni 2000

Katern 75: Europees recht

- UL Europa Instituut

Mensenrechten en oorlogsmisdadigers

Het recht op een eerlijk proces in internationale strafrechtspraak

M. Boot

In dit artikel wordt besproken hoe er in de internationale strafrechtspraak, bij de berechting van vermeende oorlogsmisdadigers, wordt omgegaan met belangrijke strafrechtelijke beginselen uit het EVRM en het IVBPR.

Verdieping | Verdiepend artikel
juni 2001
AA20010443

Milosevic en command responsibility

De strafrechtelijke aansprakelijkheid van een agressor

E. van Sliedregt

In dit opiniërende artikel wordt ingegaan op de strafbaarheid van Slobodan Milosovic. De volgende onderwerpen komen daarbij aan de orde: aansprakelijkheid van het individu in het internationale strafrecht, aansprakelijkheid van leidinggevenden en command responsibility.

Opinie | Opiniërend artikel
september 2001
AA20010635

Recht op pleidooi

G.R. Rutgers

Hoge Raad 10 november 2000, nr. R99/060HR, ECLI:NL:HR:2000:AA8289, RvdW 2000, 220 (Pitt/Van Frederici) In het Antilliaanse burgerlijk procesrecht is een appellant niet verplicht in hoger beroep grieven aan te voeren. Het oordeel van het Antilliaanse Hof dat een appellant die geen grieven heeft ingediend of die wegens termijnoverschrijding geacht moet worden geen grieven te hebben ingediend, is in strijd met het in artikel 6 EVRM aan een procespartij in een burgerlijk geding gegeven recht op ‘fair hearing’.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 2001
AA20010260

Rechtspraak Vreemdelingenrecht 2013 nr. 17

ICC getuigen

Redelijke termijn in strafzaken

A.H.J. Swart

Europese Hof voor de rechten van de mens (EHRM/ECHR) 25 november 1992, Application no. 12728/87, ECLI:CE:ECHR:1992:1125JUD001272887, NJ 1993, 24 m. nt. EAA (Abdoella v. The Netherlands) In deze uitspraak van het EHRM is de redelijke termijn als uitvloeisel van de fair trial-regel aan de orde. Het EHRM oordeelt dat de in het arrest geschetste periode niet buitenproportioneel is. Wel oordeelt het EHRM dat de toezending van de stukken bij de ingestelde cassaties te lang is. In de noot wordt dieper ingegaan op de redelijke termijn in strafzaken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930309

Schrijfaktie Amnesty International

Amnesty International

Schrijfoproep van Amnesty International ten aanzien van Turkije tegen marteling en executies tijdens hechtenis en buitengerechtelijke executies.

Verdieping | Verdiepend artikel
maart 1993
AA19930180

Schrijfoproep Saoedi Arabië

Saoedi Arabië: onrechtvaardige berechting achter gesloten deuren

Amnesty International

Het recht op een rechtvaardig en onpartijdig proces wordt in Saoedi Arabië op grove wijze geschonden. Het strafprocesrecht dient er als verlengstuk van de macht van de staat. Individuen worden tegen deze macht op geen enkele manier beschermd. Hierdoor kunnen mensenrechten op grote schaal geschonden worden. Zowel James Rebenito als Nieves werd slachtoffer van deze schendingen. Amnesty International roept de Saoedische autoriteiten op een einde te maken aan de maar voortdurende flagrante mensenrechtenschendingen door het recht op een rechtvaardig proces te erkennen en te incorporeren in haar wetgeving.

Verdieping | Verdiepend artikel
februari 1998
AA19980097

Tijdelijke wet Kroongeschillen

J.J. Wiarda

In dit artikel wordt de Tijdelijke wet Kroongeschillen (TwK) besproken. De TwK is tot stand gekomen nadat de Benthem-uitspraak is gedaan en werd beslist door het EHRM dat het Kroonberoep in strijd was met het recht op een eerlijk proces in de zin van art. 6 EVRM. In dit artikel komt ten aanzien van de TwK aan de orde: De afdeling voor geschillen van bestuur als rechter, het bereik van de TwK, de opzet en structuur van de wet, de toetsingsinstrumenten, ambtsberichten, advisering enz. Vervolgens komt aan de orde wat de toekomstige, defitieve regeling wordt.

Annotaties en wetgeving | Wetgeving
januari 1988
AA19880031

Toekomstige uitspraken van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens

H.G. Schermers

Dit is het derde overzicht van zaken die door de Europese Commissie voor de Rechten van de Mens naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens zijn verwezen en waarover binnen het komende jaar een uitspraak van het Hof kan worden verwacht. Evenals vorige keer zijn een tiental zaken gelicht uit de stroom van zaken die aan het Europese Hof voor de Rechten van de Mens zijn voorgelegd. Wij hopen hiermee de voor de Nederlandse studenten belangrijkste zaken onder de aandacht van de lezer van Ars Aequi te brengen. In de verslagperiode (1 februari tot 1 oktober 1995) werden 294 zaken door de Commissie naar het Comité van Ministers verwezen. 169 daarvan betroffen de duur van procedures in Italië. Van deze 294 zaken werden er 41 naar het Hof verwezen. De overige 253 worden door het Comité van Ministers van de Raad van Europa afgedaan.

Verdieping | Verdiepend artikel
november 1995
AA19950863

Resultaat 25–36 van de 37 resultaten wordt getoond