Toont alle 9 resultaten

Constitutionele toetsing anno 2022: tussen dikastocratie en toeslagenschandaal

M.J. Vetzo

Constitutionele toetsing staat volop in de belangstelling. Getuige de ‘Hoofdlijnenbrief constitutionele toetsing’ wil het kabinet-Rutte IV nu ook echt werk gaan maken van wijziging van het toetsingsverbod. Het kabinet balanceert daarbij tussen meer rechterlijke rechtsbescherming enerzijds en het voorkomen van vergaande wijzigingen in de verhouding rechter-wetgever anderzijds. Voor het verdere debat over constitutionele toetsing anno 2022 is het behulpzaam als enkele van de (oudere) dichotomieën waarvan het kabinet zich bij die evenwichtsoefening bedient, worden ingeruild voor hedendaags, verfijnder rechtsdenken.

Rode draad | Grenzeloze Grondwetten
november 2022
AA20220912

De constitutionele crisis in Polen: een uitdaging voor de EU

M. Stremler

Post thumbnail

De crisis rond het Poolse constitutionele hof is een Europese aangelegenheid, omdat de Poolse constitutionele orde deel uitmaakt van het fundament van de Europese Unie. Hoewel optreden door de Europese Commissie daarom gerechtvaardigd is, moet de Commissie wel uitkijken niet meer kwaad dan goed te doen.

Opinie | Opiniërend artikel
december 2016
AA20160952

De Grondwet wacht op licht, maar wij gaan in donkerheid

J.W. Sap

Post thumbnail

Politiek wordt vaak gezien als de kunst van het mogelijke, maar het is tijd dat politici zich persoonlijk geroepen voelen om zich te richten op het ‘onmogelijke’. In brede kring wordt het inmiddels als onverantwoordelijk beschouwd wanneer politici weigeren stappen te zetten op het gebied van staatsrechtelijke vernieuwing. Ten diepste is aan de orde hoe wij in Nederland met elkaar willen samenleven. Inzake de democratische rechtsstaat kan een staat niet neutraal zijn.

Opinie | Opiniërend artikel
mei 2014
AA20140354

De invoering van een algemene bepaling of preambule bij de Nederlandse Grondwet in rechtsvergelijkend perspectief

J. Goossens, M.P. Kuijvenhoven

Op 5 april 2022 heeft de Tweede Kamer in tweede lezing het voorstel aangenomen tot toevoeging van een ongenummerde, algemene bepaling bij de Nederlandse Grondwet, namelijk ‘De Grondwet waarborgt de grondrechten en de democratische rechtsstaat.’ Deze bijdrage bevat een tekstuele rechtsvergelijking van de drie kernbeginselen in deze inleidende bepaling (democratie, rechtsstaat en grondrechten) met de preambules en het corpus van de 192 andere, geldende nationale grondwetten.

Rode draad | Grenzeloze Grondwetten
mei 2022
AA20220412

Free as a bird? Het Europees Hof van Justitie onderstreept de autonome positie en toetsingsvrijheid van de nationale rechter

H.C.F.J.A. de Waele

Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU; Grote Kamer) 22 februari 2022, zaak C-430/21, ECLI:EU:C:2022:99 (RS)

Annotaties en wetgeving | Annotatie
mei 2022
AA20220395

Groningen beeft – tijd voor een constitutioneel hof

E.H. Hondius

Ewoud Hondius pleit voor de instelling van een Grondwettelijk Hof, en gebruikt de compensatie voor de gedupeerden van aardbevingen in Groningen als voorbeeld waarom zo’n Hof nodig is.

Opinie | Column
mei 2014
AA20140345

Heeft het burgerlijk recht een constitutioneel hof nodig

R. de Graaff, O. Oost

Inmiddels pleiten ook civilisten voor constitutionele toetsing en voor de oprichting van een constitutioneel hof. Kennelijk staat de civiele rechter niet altijd te springen om grondrechten goed te beschermen. Bij die aanname kunnen echter kanttekeningen worden geplaatst. Het burgerlijk recht is een ‘living instrument’ dat ook zonder constitutionele toetsing en zonder constitutioneel hof kan worden ingezet om grondrechten te beschermen.

Opinie | Redactioneel
januari 2016
AA20160003

Parlementariërs als rechters

J. Uzman

Post thumbnail Net zoals rechtspraak soms op politiek terrein komt, vervullen politici weleens semi-rechterlijke functies. Maar de jongste impeachment van Donald Trump roept de vraag op of zij daar nog wel geschikt voor zijn.

Opinie | Amuse
juni 2021
AA20210526

Urgenda: tijd voor een constitutioneel hof?

G. Boogaard

Post thumbnail De opwinding over het Urgenda-arrest is vooral van staatsrechtrechtelijke aard. In het civiele recht lijkt eerder sprake van een zekere onverstoorbaarheid. Rechterlijke onverstoorbaarheid is op zich goed voor de trias politica, maar bij te veel civiele onverstoorbaarheid in grote constitutionele kwesties, wordt het misschien toch tijd voor een constitutioneel hof.

Blauwe pagina's | Recht en politiek
oktober 2020
AA20200862

Toont alle 9 resultaten