A. Cuyvers
In dit artikel wordt het Kadi-arrest van het HvJEG (3 september 2008) besproken. In dit artikel wordt eerst de feitelijke en juridische context weergegeven. Vervolgens wordt ingegaan op de verhouding tussen EU- en VN-recht en de positie van fundamentele rechten in die verhouding. Daarbij wordt ingegaan op enkele problematische punten in de uiteindelijke positie van het Hof waaronder de ‘Solange-val’. In §4 wordt vervolgens gekeken naar de gevolgen van het schenden van fundamentele rechten en het Kadi-arrest, waarna tot slot kort wordt ingegaan op de rechtsbasis en wordt geëindigd met een conclusie.
Verdieping | Studentartikel
maart 2009
AA20090155