Pieter

‘[Wij] betreuren […] dat al die geweldige docenten en onderzoekers worden overschaduwd door de huidige dominante cultuur. […] Laat er geen geheim over bestaan: dat is wat er mis is. De wokecultuur heeft onze academie al decennialang in een wurggreep en dreigt haar te verstikken. […] De linkse vooringenomenheid druist maar door bij docent, onderzoeker en hoogleraar. De faculteiten van sociale wetenschappen verworden langzaam tot de meest asociale broeinesten. Rechtenfaculteiten omarmen steeds meer de onrechtigheid en wetteloosheid. Er is niks geestigs meer aan de geesteswetenschappen na jaren aan oppervlakkigheden.’

Laat deze woorden goed doordringen. Hier spreekt niet Viktor Orbán. Dit zijn de woorden van Patrick van der Hoeff, gesproken in onze eigen Tweede Kamer namens de PVV. Achter de bezuinigingen op het hoger onderwijs steekt geen logica of begrotingstekort. Ze zijn politiek gemotiveerd. Geert heeft liever geen kritische juristen. Liever geen docent die uitlegt dat de ‘asielnoodmaatregelenwet’ niet kan, hoe partijdemocratie werkt of wat genocide is. De rechtenfaculteiten worden niet zonder reden genoemd.

Misschien zijn de bezuinigingen voor de juridische hogescholen en faculteiten niet catastrofaal. Ze zijn wel triest. De financiën zijn al jaren weinig riant; pas de laatste twee jaar ging het iets beter. Met het extra geld van Dijkgraaf zijn talentvolle promovendi aangesteld, hebben veel universitair docenten een vast contract gekregen en is iets van samenwerking tussen de rechtenfaculteiten ontstaan. Veel voor weinig, wat nu alweer teloorgaat. De meeste faculteiten hebben een vacaturestop en schrappen vakken en onderwijsuren; sommige moeten zwaar reorganiseren. Gezellig is het ook niet, als in elke vergadering het b-woord valt.

Dit is geen vrolijk stukje. Maar het is belangrijk. Want vooral jonge juristen worden geraakt, en daar mogen we ons allen zorgen over maken. Er is niet alleen de dreiging van de langstudeerboete, die extra druk legt op studenten die al steeds meer druk ervaren. De bezuinigingen betekenen minder werkgroepen in de week, minder scriptiebegeleiding en minder persoonlijke aandacht – en het houdt in de rechtenstudie al niet over. De bezuinigingen betekenen nog meer docenten op een tijdelijk contract, met nauwelijks ervaring en zonder onderzoekstijd. En het schrappen van promotieplekken nu betekent over vijf jaar een tekort aan talentvolle universitair docenten, terwijl die nu al niet zijn te vinden. Zo gaat een generatie voor de universiteit verloren. Wie heeft straks zin om zondags zes scripties te lezen?

Mijn collega’s en ik hebben afgelopen maand gedemonstreerd, en we zullen dat blijven doen. Doet u mee? En laten we intussen bidden tot Enschede. Pieter, is zo hard en zo snel bezuinigen werkelijk nodig?

Deze column is eerder verschenen in Ars Aequi december 2024.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *