Resultaat 13–14 van de 14 resultaten wordt getoond

Veelheid van rechtsbronnen: één IPR?

A.V.M. Struycken

Het recht verdraagt geen wanorde. Wanordelijk recht schiet tekort in het doen ontstaan en voortbestaan van gerechtigheid in de maatschappelijke verhoudingen. De redactiecommissie van dit Bijzonder nummer ziet een probleem ontstaan; zij vindt het althans van belang zich de vraag te stellen of de harmonie in het recht heden ten dage kan worden behouden bij de veelheid en de betekenis van de niet-Nederlandse rechtsbronnen. In het onderstaande wordt gepoogd enige gedachten te ontwikkelen over de wijze waarop de wetgever bij voorkeur te werk zou moeten gaan in de sector internationaal privaatrecht (IPR). Eerst wordt ingegaan op de vraag waar de Nederlandse wetgever de wettelijke voorschriften van IPR bij voorkeur zou moeten onderbrengen (I). Vervolgens komt aan de orde de vraag hoe verdragsregels en EG-voorschriften zouden moeten worden ingepast (II).

Bijzonder nummer | Rechtsharmonie - Wetsharmonie
mei 1996
AA19960347

Wat hebben de Europese Richtlijnen in ons vennootschapsrecht aangericht?

L. Timmerman

In deze bijdrage wordt de vraag besproken of de Europese Richtlijnen inzake het vennootschapsrecht afbreuk hebben gedaan aan de systematiek van het Nederlandse vennootschapsrecht. Het antwoord op deze vraag dient naar mijn inzicht te zijn dat de systematiek van het Nederlandse vennootschapsrecht als gevolg van de impuls van de Europese Richtlijnen op een aantal punten verbeterd is. Het Nederlandse vennootschapsrecht heeft in het algemeen een heilzame invloed van de Europese Richtlijnen ondergaan. Hiervan geef ik een aantal voorbeelden in paragraaf 2. Op een beperkt aantal punten lijken de Richtlijnen aan de Nederlandse wetgever oplossingen te hebben opgedrongen die niet goed in het Nederlandse privaat- en vennootschapsrecht passen. Deze gevallen komen aan de orde in paragraaf 3.

Bijzonder nummer | Rechtsharmonie - Wetsharmonie
mei 1996
AA19960309

Resultaat 13–14 van de 14 resultaten wordt getoond