Internationaal Europees en buitenlands recht

Resultaat 1249–1260 van de 1456 resultaten wordt getoond

Rechtsvraag (232) Intellectuele eigendom-Europees recht

W.A. Hoyng

Rechtsvraag op het gebied van het Europese intellectuele eigendomsrecht, meer in het bijzonder het merkrecht waarbij merkinbreuk bij een internationaal (gedeeltelijk) geregistreerd merk aan de orde is.

Perspectief | Rechtsvraag
april 1994
AA19940252

Rechtsvraag (235) Staatsrecht

L.F.M. Besselink

Rechtsvraag op het gebied van het staatsrecht waarbij onder andere aan de orde komt de rechtsmacht van de Nederlandse rechter om in het buitenland gepleegde oorlogsmisdrijven met terugwerkende kracht te beoordelen.

Perspectief | Rechtsvraag
september 1994
AA19940619

Rechtsvraag (237) IPR-Burgerlijk procesrecht

Conservatoir beslag zeeschepen

R.J.C. Flach

Rechtsvraag op het grensvlak van het burgerlijk procesrecht en het internationaal privaatrecht. De vraag is welke rechter bevoegd is om internationale beslag op zeeschepen te leggen.

Perspectief | Rechtsvraag
december 1994
AA19940858

Rechtsvraag (242) Internationaal strafrecht

G.A.M. Strijards

Rechtsvraag op het gebied van het internationaal strafrecht waarbij uitleveringsvraagstukken aan de orde komen.

Perspectief | Rechtsvraag
april 1995
AA19950309

Rechtsvraag (250) Handhaving van gemeenschapsrecht

J.A.E. Vervaele

Rechtsvraag waarbij de handhaving van het Europees gemeenschapsrecht aan de orde komt. Er worden vragen gesteld over vooral procedurele onderdelen van de handhaving en samenwerking met nationale autoriteiten.

Perspectief | Rechtsvraag
februari 1996
AA19960136

Rechtszekerheid – rechtsbedeling – rechtsbescherming: het gesloten stelsel van bevoegdheidsregels voor arbeidsgeschillen van het EEX

Glaxosmithkline c.s./Rouard

M.V. Polak

Hof van Justitie Europese Gemeenschappen (HvJ EG) 22 mei 2008, zaak C-462/06, ECLI:EU:C:2008:299 (GlaxoSmithKline c.s./Rouard) Uitspraak van het HvJ EG over de reikwijdte van art. 6 EEX met betrekking tot de bevoegdheidsregels ten aanzien van individuele verbintenissen uit arbeidsovereenkomst. In de noot wordt de wijze van rechtsvinding besproken die het HvJ EG hanteert. Daarnaast wordt er ingegaan op de invloed van deze uitspraak ten aanzien van internationale arbeidsgeschillen. Ook wordt onderzocht of de bevoegdheidsregels die voortvloeien uit deze uitspraak ook van toepassing zijn op verzekerings- en consumentenovereenkomsten.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
september 2008
AA20080641

Redelijke termijn in strafzaken

A.H.J. Swart

Europese Hof voor de rechten van de mens (EHRM/ECHR) 25 november 1992, Application no. 12728/87, ECLI:CE:ECHR:1992:1125JUD001272887, NJ 1993, 24 m. nt. EAA (Abdoella v. The Netherlands) In deze uitspraak van het EHRM is de redelijke termijn als uitvloeisel van de fair trial-regel aan de orde. Het EHRM oordeelt dat de in het arrest geschetste periode niet buitenproportioneel is. Wel oordeelt het EHRM dat de toezending van de stukken bij de ingestelde cassaties te lang is. In de noot wordt dieper ingegaan op de redelijke termijn in strafzaken.

Annotaties en wetgeving | Annotatie
april 1993
AA19930309

Regering, staat en soevereiniteit

D.J.W. Jongsma, E.A.G. van Schagen

Redactioneel opiniërend artikel waarin bepleit wordt dat er ter beschrijving van een staat naast de vereisten van een territoir, bevolking en gezag over beiden genoemde ook een normatieve maatstaf moet gelden. Aan de hand van het drama in Darfur wordt dit verder ingekleurd.

Opinie | Redactioneel
februari 2008
AA20080093

Richard Posner: meer dan rechtseconoom alleen

E.H. Hondius

In deze column schrijft Ewoud Hondius over de literaire carrière van één van de bekendste Amerikaanse rechters, Richard Posner.

Opinie | Column
december 2016
AA20160930

Richtlijnen: 25 jaar later

S. Prechal

Sacha Prechal promoveerde 25 jaar geleden op een proefschrift over richtlijnen, getiteld 'Directives in European Community Law. A Study on EC Directives and their Enforcement by National Courts'. In deze bijdrage blikt ze terug op haar proefschrift en wat er sindsdien op dit gebied is gebeurd.

Literatuur | Voortschrijdend inzicht
oktober 2019
AA20190815

Risicomanagement van verdragen

J.A.M. Zwienenberg

Door het veranderlijke karakter van de onderlinge internationale betrekkingen kunnen verdragen die het ene moment van belang geacht worden, op een ander moment dat belang verliezen of zelfs een blok aan het been worden. Evenzeer kunnen de omstandigheden die tot het sluiten van een verdrag hebben geleid, zich zodanig wijzigen dat het verdrag zijn waarde verliest of alleen door wijziging kan behou¬den.Met het oog op een betrouwbare en stabiele samenwerking is het van groot belang dat de risico's die ontstaan door het aangaan van wederzijdse betrekkingen, reeds in de onderhandelingsfase worden onderkend en door middel van voorzieningen of verdragstechnieken worden ondervangen. (Risicomanagementtechnieken).In dit artikel wordt de vraag beantwoord over welke verdragstechnieken staten beschikken teneinde de verschillende soorten risico's te ondervangen. Voorafgaand aan de beantwoording van deze vraag zal een onderscheid gemaakt worden tussen verschillende soorten verdragen en risico's, bijvoorbeeld het externe risico, het waarderisicoen het niet-nakomingsrisico.

Verdieping | Studentartikel
februari 1989
AA19890102

Roman-Dutch law in modern South African succession law

F. du Toit

Post thumbnail

Modern South African succession law adheres to many of the tenets of Roman-Dutch succession law, and present-day South African courts frequently invoke Roman-Dutch authority to address questions regarding contemporary succession law. This article explores the history and current significance of Roman-Dutch law in South African succession law.

Verdieping | Verdiepend artikel
april 2014
AA20140278

Resultaat 1249–1260 van de 1456 resultaten wordt getoond