Ars Aequi september 2024


Ars Aequi opent het collegejaar met een studentartikel van Rosan Witmond. Zij gaat nader in op de vraag hoe de Nederlandse strafrechter een vervolging voor opruiing (art. 131 Sr) moet beoordelen, indien de verdachte zich beroept op het betogingsrecht (art. 11 EVRM). Otto Spijkers geeft in zijn bijdrage aan waarom het hof Den Haag in de F-35-zaak met een verwijzing naar de verplichting tot voorkomen van genocide het arrest wellicht nog sterker, overtuigender en vollediger had kunnen maken. Leonie Verwey geeft in dit nummer een voorzet voor professionele kwaliteitsstandaarden voor de advocatuur. De advocatentuchtrechter bepaalt nu deze standaarden in zijn jurisprudentie, terwijl de beroepsgroep dat zelf zou moeten doen.

Maaike Atsma en Charlotte Pavillon schrijven over nieuwe regels van de EU om misleiding in streefclaims tegen te gaan. Schieten deze wellicht hun doel voorbij? Lex Zard brengt ons op de hoogte van de frictie tussen de EU en Meta, moederbedrijf van o.a. Instagram en Facebook, dat eerst zonder toestemming gebruikers volgde, en nu een dubieus ‘Consent-or-Pay’-model heeft bedacht. Verder reflecteren Margreet Luth-Morgan, Carinne Elion-Valter en Lonneke Poort op het belang van ethiek en kritische reflectie in relatie tot veranderende leerdoelen, vaardigheden en toetsvormen, mede in het licht van generatieve AI.

In de rechtspraak over voortplantingskwesties gaat het veelal alleen om vergoeding vanwege een aantasting van het zelfbeschikkingsrecht. In de Rode Draad ‘Dissenting Opinions’ pleit Rebecca Bosch voor het heroverwegen van deze eenzijdige blik. Op de Blauwe Pagina’s ‘Verdraaid recht’ vraagt Michiel Duchateau of het ‘verdraaide toetsingsverbod weg moet. Verder vind je in dit nummer de eerste Ars Aequi-column van Koen van Vught, de bekendmaking van de winnaar van de rechtsvraag van Sarah Schoenmaekers en nog veel, veel meer!

Bekijk inhoudsopgave


Verschijningsvorm: Maandbladexemplaar (download pdf)

Verschijning: september 2024

ISSN: 22125205