M.J.G.C. Raaijmakers
Hoge Raad 12 oktober 2001, nr. R00/166HR, ECLI:NL:HR:2001:ZC3697, RvdW2001, 153 (K. te D./M. te G.)
Verdeling huwelijksgoederengemeenschap na echtscheiding, in het bijzonder van het daartoe behorende aandeel van de man in een specialistenmaatschap en de waarde van de daarin begrepen goodwill. Waardering en verdeling van dit aandeel staande de maatschap. Vrouw krijgt vordering terzake van aan de man te zijner tijd aan hem terzake van goodwill uitgekeerde netto vergoeding. Die vordering wordt echter pas opeisbaar nadat de man die vergoeding heeft ontvangen.
Annotaties en wetgeving | Annotatie
maart 2002
AA20020163